24 november 2019

Michael Berg - Ik zie je (2019)

Als de hersens zijn ingeslagen begint het verhaal echt 



(Door Hans Knegtmans)

Carol Brodie, de hoofdpersoon van Ik zie je, heeft besloten er twee maanden tussenuit te piepen. Dat is, in haar eigen woorden, 'om de accu op te laden en een eind te maken aan jaren somberen'. Dit klinkt als een serieuze kwestie en terecht.

Om me te beperken tot het topje van de ijsberg: na drie succesvolle romans kampt Brodie al vijf jaar met een onvervalste writer's block. Keer op keer moet ze erkennen dat de paar pagina's van gisteren rommel zijn om je diep voor te schamen.

Ook op andere fronten is haar leven geen succes. Haar (gehuwde) vrijer Simon is een middelbare zelfvoldane kwast, en moeder een benepen zeur. Vader was een schat, maar is veel te vroeg aan kanker overleden. De psychotherapeut die ze bezoekt, sleept met wisselend succes het ene medicijn na het andere aan. Brodie lijkt niet voor het geluk geboren te zijn.

De schijterige onzekerheid van de antiheldin is voor de lezer geen pretje.

Het hoeft geen betoog dat zo iemand niet een-twee-drie 'de accu opgeladen' heeft. Vakantie houden is een kunst die ze nauwelijks beheerst, zelfs als de omgeving - de prachtige Mont Ventoux in de Provence - daar uitdrukkelijk toe noodt.

Niet dat ze zich opsluit in haar riante huurvilla, maar haar bezorgdheid speelt haar parten in de sociale omgang. Zo wordt een onbekende leeftijdgenote die ze aanvankelijk slechts kent als een aantrekkelijke jonge vrouw die naakt baantjes trekt in het zwembad, zonder goede reden iemand waarover ze zich zorgen moet maken. 'Wie is de vrouw? Is ze alleen? Wat doet ze voor de kost of hoeft ze niet meer te werken?'

Voor de lezer is die schijterige onzekerheid geen pretje, maar het laat zich raden dat Brodie vooral haar eigen leven verpest. De auteur doet er nog een schepje bovenop door zijn antiheldin met ongeloofwaardige regelmaat naar de rosé en sigaretten te laten grijpen. 'Morgen stop ik.' Zei de vrouw die ons ook heilig beloofde morgen met haar nieuwe roman te beginnen.

Het duurt meer dan honderd pagina's tot het verhaal eindelijk op gang komt. De zwemster, die zich Ilse Graf noemt, slaat een ongenode man met een beeldje de hersens in. Carol kent de werkelijke toedracht, maar praat zichzelf aan dat het incident te wijten was aan 'een ongeluk, zelfverdediging of noodweer'. Niet iedereen deelt haar mening.

Opmerkelijk genoeg stijgt in de resterende hoofdstukken niet alleen de spanning, maar ook de kwaliteit van het verhaal. Dan zien we ook - eindelijk - dat Michael Berg in ieder geval niet zijn vermogen verloren heeft een spannende intrige te bedenken.

Michael Berg - Ik zie je. Uitgeverij The House of Books, 336 pag.

Deze recensie, met toestemming van de auteur overgenomen, verscheen eerder in Het Parool.

Geen opmerkingen: