26 december 2015

Debutantenbal (nieuws, 2015)

TALENTEN OM IN DE GATEN TE HOUDEN

De komende maanden krijgt een flink aantal thrillerdebutanten de ruimte van hun uitgever. Er zitten een bedrijfskundige, journalisten, een voormalig taxichauffeur, de winnares van een schrijfwedstrijd, maar ook een gelauwerde filmregisseur tussen. Hier een rijtje namen om naar uit te kijken.


Black Eyed Susans
Uitgeverij A.W. Bruna presenteert ons Julia Heaberlin. Zij is een Amerikaanse prijswinnende journaliste, wier artikelen verschenen in kranten als The Detroit News en The Dallas Morning News. Ze was verantwoordelijk voor een reeks reportages over de moord op een aantal willekeurig gekozen meisjes en vrouwen, van wie de lichamen werden gevonden in de woestijn van Mexico. Een andere reeks betrof verhalen over vrouwen die het slachtoffer waren van huiselijk geweld. Haar debuut Black Eyed Susans (verschijningsdatum april 2016) is vernoemd naar een in Noord-Amerika te vinden plantensoort, onder hoveniers ook wel bekend als Rudbeckia hirta. De 16-jarige Tessa wordt aangetroffen in een veld met deze gele bloemen. Ze is op sterven na dood en heeft alleen slechts een vage herinnering aan hoe zij daar terecht is gekomen. Haar getuigenis leidt er wel toe dat de dader alsnog in de dodencel zijn tijd moet uitzitten. Althans, dat denkt ze.

De monarch
Canadees Jack Soren is geboren en getogen in Toronto. Zijn loopbaan is op z'n minst opmerkelijk te noemen: Zo schreef hij handleidingen voor het gebruik van software, was een tijdlang kelner, maar ook taxichauffeur. Privédetective staat ook op zijn cv, maar hij vond zichzelf maar een bar slechte speurder. Wellicht betekent zijn eersteling De monarch (april 2016, Harper Collins Holland) de start van een veelbelovende carrière in het thrillergenre. In Sorens debuut staat Jonathan Hall op het punt zijn carrière als internationaal kunstrover aan de wilgen te hangen, totdat zijn handelsmerk, een monarchvlinder, ineens opduikt in New York. Gekerfd in het verminkte lichaam van een bekende tv-presentator. En er vallen nog meer doden. Hall vermoedt dat iemand hem wil laten opdraaien voor de reeks moorden.

In een donker donker bos
Met Jack Soren heeft de Britse Ruth Ware ervaring in de horeca gemeen. Ware groeide op in Lewes, Sussex. Na haar studie aan de universiteit van Manchester vertrok ze naar Parijs om na een tijdje weer terug te keren naar het Verenigd Koninkrijk. Ze heeft gewerkt als serveerster, boekverkoper, lerares Engels en persvoorlichter. Ze is getrouwd en woont met man en twee kleine kinderen in Noord-Londen en werkt nu voor een grote uitgeverij in de Britse hoofdstad. In haar thrillerdebuut In een donker donker bos (april, 2016, Luitingh-Sijthoff) wordt Nora ‘uit het niets’ uitgenodigd voor het vrijgezellenfeest van Clare, die ze al tien jaar niet gezien heeft. Nora besluit te gaan. Maar wat hooguit een ongemakkelijk feestje zou moeten zijn, eindigt met een moord. Nora komt bij in het ziekenhuis, maar ze weet niet meer wat er is gebeurd.

Wat de jongen zag
Ben McPherson werd geboren in Glasgow en groeide op in die andere mooie Schotse stad, Edinburgh. Toen hij achttien was, hield McPherson Schotland voor gezien. Hij studeerde talen in Cambridge en werkte daarna vele jaren in de film- en televisiebranche in Londen. In het jaar 1998 zou zijn leven op slag veranderen. Na een 'werkdag' van maar liefst 48 uur ging McPherson een glas drinken in het journalistencafé Coach and Horses in Soho en ontmoette daar de vrouw met wie hij zou gaan trouwen. McPherson woont nu met zijn vrouw en hun twee zonen in Oslo. Hij werkt als columnist voor Aftenposten, een van de grote dagbladen in Noorwegen. In Wat de jongen zag (februari, Luitingh-Sijthoff) vinden Alex Mercer en zijn zoon Max hun buurman dood in bad. Het lijkt zelfmoord, totdat de politie Alex’ echtgenoot Millicent ondervraagt over een armband die in het huis van de buurman is gevonden. De vrouw bekent een kortstondige flirt – meer was het niet. Maar Max weet dingen over zijn moeder die geen zoon zou moeten weten.

De laatste tour
Afgelopen zomer werd Inge Duine in de bloemetjes gezet in Brouwerij De Prael in Amsterdam. Daar werd bekend gemaakt dat zij de winnares was van de Schrijf- & Huiverwedstrijd, georganiseerd door uitgeverij De Fontein en de Literaire Thrillersalon. Schrijven heeft ze altijd al gedaan, zo werkte ze voor dagblad BN/De Stem, schreef voor de kranten van de Universiteit van Tilburg en Avans Hogeschool. Bij die laatste instelling is Duine nu docent communicatie. Bij De Fontein komt in mei haar debuut De laatste tour uit. De thriller speelt zich af in het Franse Rouen, dat in de ban is van de Tour de France. Rechercheur Pierre Thilliez heeft weinig met La Grande Boucle, maar als een coureur vlak voor de start van een etappe dood wordt aangetroffen op zijn hotelkamer, staat de hele tourcaravaan op zijn kop. De rechercheur moet zeer tegen zijn zin in meereizen met het tourpeloton. Dan rijdt de geletruidrager het ravijn in. Toeval of niet?

Mea Culpa
De Britse Clare Mackintosh was twaalf jaar lang werkzaam bij de politie, waarvan een aantal jaren bij de recherche. Vier jaar geleden verliet zij het korps om freelance journalist en social media adviseur te worden. Nu schrijft ze fulltime, onder andere voor bladen en kranten als Good Housekeeping en de Daily Mail en de Guardian. Haar thrillerdebuut Mea Culpa (maart 2016, De Fontein) kreeg een publicitaire boost toen het werd geselecteerd voor onder andere de Richard and Judy Book Club. In het boek laat de alleenstaande moeder Jenna Gray de hand van haar zoontje even los en dan gebeurt het ondenkbare. Hij rent de straat over en komt onder een auto terecht. Om de vreselijke waarheid te ontlopen verhuist ze naar een afgelegen plek aan de kust van Wales, maar de pijn, herinneringen en rouw blijven allesoverheersend. Haar verleden haalt Jenna in, met alle verwoestende consequenties van dien.

De hashtagmoorden
Op haar website heeft Angela Clarke een lijstje met haar capaciteiten geplaatst. Zo schreef ze memoires, romans, toneelstukken en scenario's. Een andere kwalilteit is dat ze niet goed is in 'nee' zeggen. Ze kreeg een column toebedeeld nadat ze in een dronken bui een krantenredacteur had aangesproken op het kleine aantal vrouwelijke auteurs op zijn krant. Ze is er rotsvast van overtuigd dat chocoladebiscuits een goede keus zijn om als ontbijt te nuttigen. Verder heeft ze geschreven voor The Guardian, The Independent, The Daily Mail, Cosmopolitan, Writing Magazine en You Magazine. Dit jaar won ze de Young Stationers’ Prize, een aanmoedigingsprijs voor aanstormend schrijftalent.
Haar thrillerdebuut De hashtagmoorden (maart 2016, The House of Books) heeft Freddie Venton als hoofdpersoon. Ze werkt in een koffiebar, maar droomt van een carrière als journaliste. Een toevallige ontmoeting leidt haar naar de plek waar een gruwelijke moord is gepleegd. Wanneer de moordenaar op Twitter berichten begint achter te laten, stort ze zich op de zaak.

Maestra
De thriller Maestra verschijnt in maart 2016 in het Verenigd Koninkrijk (en in april in Nederlandse vertaling bij The House of Books), maar de afgelopen maanden was er al veel te doen over het boek van L.S. Hilton, oftewel Lisa Hilton. TriStar Pictures kocht in een vroeg stadium de filmrechten, de vertaalrechten zijn inmiddels aan 26 landen verkocht. The Daily Mail bombardeerde de schrijfster - zeer tegen haar zin, trouwens - al tot de nieuwe E.L. James.
Lisa Hilton (40) is journaliste, biografe en historica, die meerdere boeken op haar naam heeft staan, waaronder een biografie van koningin Elizabeth I. Hilton is opgegroeid in Engeland en heeft in Key West, New York, Florence, Parijs en Milaan gewoond. Tegenwoordig woont ze in Londen. Ze studeerde Engels en kunstgeschiedenis.
Maestra is de eerste in een serie van drie psychologische thrillers en vertelt het verhaal van Judith Rashleigh, die overdag werkzaam is op een prestigieus veilinghuis in Londen en 's avonds nog wat bijverdient in een weinig aangename bar. Rashleigh wordt door het veilinghuis op straat gezet als ze ontdekt dat er een vervalst schilderij onder de hamer komt. Ze ontdekt dat er een complot in de maak is, vlucht naar de Franse Rivièra en raakt uiteindelijk in een strijd verwikkeld, waarin ze moet vechten voor haar leven.

De stalen Madonna
Onder de debutanten van komend voorjaar bevindt zich ook een MOMBN'er, een Min Of Meer Bekende Nederlander. Het is de in 1953 in Aardenburg geboren Ate de Jong, filmregisseur. Hij verwierf bekendheid met films als Een vlucht regenwulpen, Brandende Liefde en Het bombardement (met Jan Smit in de hoofdrol). Verder was hij als producent betrokken bij de films Left Luggage, The Discovery of Heaven en Zomerhitte.
Zijn eerste spannende roman De stalen Madonna (februari) is gebaseerd op autobiografische feiten, laat uitgeverij The House of Books weten. Het is het eerste deel in een serie jetset-crimeverhalen. Leo Berliner krijgt de kans de moord op zijn eigen vrouw te onderzoeken, wanneer een filmverzekeraar hem vraagt de moord op een Amerikaanse filmproducent op te helderen. Een routineklus volgens deze opdrachtgever: de maffia heeft het gedaan, een snoepreisje naar een Amerikaanse filmset. Leo grijpt de buitenkans met 'verscheurd enthousiasme' aan. Maar Hollywood blijkt een nog grotere slangenkuil dan Leo had verwacht.

De man met negen vingers
Thomas Rydahl werd in 1974 in het Deense Aarhus geboren. Van jongs af aan schreef hij verhalen. In zijn tienerjaren won hij een verhalenwedstrijd met een Young Adult-roman. Hij studeerde filosofie en psychologie, maar volgde ook een opleiding tot brandweerman. Hij voltooide een studie aan Forfatterskolen, de Deense Schrijfacademie in 1999. Rydahl woont ten noorden van Kopenhagen samen met zijn vrouw, hun twee kinderen, vier katten, een hond en een hamster. Hij houdt van bier uit lokale brouwerijen.
In zijn debuut De man met negen vingers (mei 2016, De Geus), dat met De Glazen Sleutel, de belangrijkste Scandinavische thrillerprijs, werd bekroond, verruilt hoofdpersoon Erhard zijn gezinsleven in Denemarken voor een eenzaam bestaan op Fuerteventura. Op dit Canarische eiland werkt hij als pianostemmer en taxichauffeur. Dan raakt hij per toeval betrokken bij het onderzoek naar de dood van een baby.

Het glazen huis
Leonora Christina Skov (1976) is een Deens schrijfster die meerdere romans op haar naam heeft staan. Ze was als literatuurcritica verbonden aan het dagblad Politiken. Sinds 2006 schrijft zij columns en bespreekt ze literatuur voor het weekblad Weekendavisen. Ook treedt ze regelmatig op als commentator op de Deense televisie.
In haar thrillerdebuut Het glazen huis (maart 2016, Cargo) komen zeven kunstenaars en wetenschappers bij elkaar op een onbewoond eiland voor de Deense kust. Ze ontvingen allemaal een anonieme uitnodiging om een maand in alle rust te komen werken. Als blijkt dat hun tijdelijke huis volledig van glas is en ze volkomen afgesneden zijn van de buitenwereld, zijn de gasten meer op elkaar aangewezen dan ze lieft is. Dan verdwijnt een van hen en komt een ander dodelijk ten val. Langzaam wordt duidelijk dat de gasten zonder het te weten een gedeeld verleden hebben., vol leugens en bedrog.

Mijn naam is vrijheid
De naam van thrillerdebutant Jax Miller viel al in het voorjaar van 2014 toen vlak voor de London Book Fair uitgeverij HarperFiction een contract sloot met haar voor het schrijven van twee thrillers. Hoe groot het voorschot voor Miller was, werd toen niet bekend gemaakt. Wel is bevestigd dat het om een bedrag ging met zes cijfers voor de komma. Volgens de uitgever heeft Miller met haar debuut Freedom's Child een adembenemende, snelle thriller afgeleverd. Miller verklaarde tegenover het magazine The Bookseller: ,,Ik voltooide mijn manuscript op dinsdag, mijn literair agent las het op woensdag, sloot op donderdag een deal met mij en stuurde het vrijdag naar HarperFiction. Het contract werd vervolgens getekend op maandag.'
Mijn naam is vrijheid (mei 2016, Cargo) gaat over een vrouw, Freedom genaamd, die de laatste achttien jaar onder een getuigenbeschermingsprogramma heeft geleefd, nadat ze was vrijgepleit voor de moord op haar man. Als haar dochter, van wie ze beviel in de gevangenis en die ze heeft moeten afstaan ter adoptie, wordt vermist, ontsnapt Freedom aan haar begeleiders, vastbesloten om haar kind te redden.
Miller is geboren en getogen in New York en woont thans in het Ierse graafschap Meath. In 2013 stond ze, onder haar echte naam Aine O'Domhnaill, op de shortlist van de Debut Dagger van de Crime Writers' Association met het verhaal The Assassin's Keeper. Freedom's Child was toen al in de maak.

Het verkeerde pad
Debutante Rebecca Griffiths groeide op in Wales en studeerde af in Engelse literatuur. Na een succesvolle zakencarrière in Londen, Dublin en Schotland keerde ze terug naar Wales, waar ze op het platteland woont met haar man, een beeldend kunstenaar, hun hond en een stel uit de kluiten gewassen schapen.
Hoofdpersoon in Het verkeerde pad (april 2016, Ambo|Anthos) is Sarah d’Villez. Jaren geleden is zij als tiener elf dagen vastgehouden door een man. Op miraculeuze wijze wist ze te ontsnappen. Ze probeerde daarna een leven op te bouwen, maar haar huwelijk valt in duigen en ze komt tijdelijk bij haar moeder te wonen. Nu haar kidnapper op het punt staat vrijgelaten te worden, zit er voor Sarah slechts één ding op: vluchten uit Londen en onderduiken op het platteland van Wales.

Maakbaar
De derde debutant van vaderlandse bodem is de bedrijfskundige Mariette Zweers (1968). Eerder publiceerde ze een kort verhaal in Linda en was ze finaliste bij een schrijfwedstrijd.
In Maakbaar (mei 2016, Ambo|Anthos) heeft Anna, begin veertig, een succesvol leven opgebouwd in het noorden van het land, ver weg van haar geboortedorp aan de kust. Ze heeft een eigen bedrijf, een liefhebbende man en twee kinderen. Niemand weet van haar betrokkenheid bij de tragische dood van haar schoolvriendin Mette. Maar dan komt Anna oog in oog te staan met Miriam, een vriendin van vroeger.

Dood van een thrillerschrijfster
Tot slot een al bekende auteursnaam: Pauline Slot. Bepaald geen debutante, deze schrijfster van een zestal romans. Ze mocht echter niet in dit overzicht ontbreken omdat ze met een opmerkelijk boek komt. Een pastiche op een zomerthriller, zegt haar uitgeverij, De Arbeiderspers. In mei verschijnt daar Dood van een thrillerschrijfster. Het boek gaat over de succesvolle thrillerschrijfster Esther Noordvlucht. Zij huurt een strandstudio op een idyllisch landgoed in Griekenland en is te gast bij Selma Hoogstins, auteur van bloedserieuze romans. Ook aanwezig zijn zes schrijfcursisten die dromen van hun eigen bestseller. De thrillerschrijfster werkt aan een moordplot, maar vindt zelf vroegtijdig de dood. Wat is er met haar gebeurd?

(Eerder verschenen op Hebban.nl)

Klein hoekje (nieuws, 2015)

AGATHE WURTH SCHRIJFT LAATSTE THRILLER

Haar vierde thriller 'De Minerva moord' is tevens haar laatste. Schrijfster Agathe Wurth wil zich vanaf nu gaan concentreren op het kleinere verhaal, zo heeft ze aangekondigd.


Met De Minerva Moord heeft Agathe Wurth volgens haar uitgever Ellessy Crime een thriller geschreven die twee kanten van een dodelijk ongeluk belicht. Wat gebeurt er als je een fataal ongeval op je geweten hebt? Kun je daar eigenlijk wel mee wegkomen? Wat betekent het voor de nabestaanden?

In de thriller vieren Robert van Hout en zijn vrouw Céleste dat het manuscript van Roberts eerste boek wordt uitgebracht. Na een gezellige avond met vrienden rijden zij op de terugweg een man dood. Céleste neemt in paniek de teckel van de man mee en de politie weet niet te achterhalen wie de man van Emma heeft doodgereden of waar de hond is gebleven. Emma's leven staat op zijn kop, terwijl het leven van Robert en Céleste langzaam maar zeker zijn normale weg vervolgt – tot de situatie op een onverwacht moment compleet escaleert.

'Met onder meer De Verschijning en Ongeluk laat Wurth zien hoe zij als vertelster diep in het hoofd van al haar karakters kruipt', aldus de uitgever. 'Ook in De Minerva Moord blijkt de auteur een meester in het observeren van mensen en van het plaatsen van karakters in alledaagse situaties.'

Wurth heeft haar uitgever laten weten dat De Minerva Moord haar laatste thriller is en dat zij zich vanaf nu stort op het korte verhaal. 'Maar wie weet', aldus de auteur, 'een misdaad zit soms ook in een klein hoekje, en dus passend in een klein verhaal...'

Wurth woonde en werkte vele jaren in het buitenland (Verenigde staten, België en Groot-Brittannië). Ze woont nu alweer jaren in Rotterdam. Ze werkte in een pathologisch-anatomisch laboratorium en daar werd volgens haar website de kiem gelegd voor haar interesse in onnatuurlijke doodsoorzaken.

Ze debuteerde met psychologische misdaadroman Ongeluk (2005). Een aan haar rolstoel gekluisterde vrouw vertelt over de verdwijning van haar buurvrouw. Het blijkt dat ze verdronken is in de gracht voor hun flat in het Rotterdamse Kralingen. Politieonderzoek wijst uit dat het een noodlottig ongeval betreft. De inspecteur die de leiding van dat onderzoek heeft, raakt bevriend met de gehandicapte vrouw. Hij komt er achter dat haar invaliditeit het gevolg is van een verkeersongeval in haar jeugd. Hij duikt in haar verleden en probeert degene die het ongeluk veroorzaakte alsnog te pakken te krijgen. Dan wordt er een dode man in de bosjes bij de flat gevonden. Is het dit keer moord of toch een ongeval?

In De Maasmoorden (2007) wordt een jonge vrouw dood gevonden in het Kralingse Bos, een meisje verdwijnt spoorloos als ze voor een sollicitatiegesprek naar Rotterdam komt. Als zij op dezelfde wijze vermoord blijkt te zijn, vreest inspecteur Leo Vermeulen met een seriemoordenaar te maken te krijgen. Hij heeft dan ook niet veel tijd voor de amoureuze escapade van de vrouw van een goede vriend. Zij is hals over kop verliefd geworden op een taxichauffeur en heeft haar man verlaten, zonder adres achter te laten. Dan blijkt dat de moordenaar in taxikringen moet worden gezocht. Als nog een derde jonge vrouw wordt gevonden, krijgt Vermeulen belangstelling voor de nieuwe vriend van de weggelopen vrouw.

Vier jaar geleden verscheen Wurths derde misdaadroman, De verschijning. Een vrouw staat in de lift van de Bijenkorf in Rotterdam plotseling oog in oog met haar dertig jaar geleden overleden echtgenoot. Niemand gelooft haar verhaal. Ze neemt contact op met een jeugdvriendin, vrouw van inspecteur Leo Vermeulen. Korte tijd later rijdt ze met haar auto de Nieuwe Maas in. Uit een getuigenverklaring blijkt dat ze met opzet door een zware auto met grote snelheid van de kade is afgeduwd. Moord dus. Door middel van dagboekfragmenten komt Vermeulen er achter wat er dertig jaar geleden gebeurd is: een vrachtwagencabine waarvan de oplegger met vracht kort daarvoor gestolen is, stort in een ravijn in Schotland, vliegt in brand en de chauffeur komt om. Wie is er begraven in het familiegraf in Gorssel? Er volgt nog een moord en een ontvoering. Inspecteur Vermeulen raakt via zijn vrouw persoonlijk betrokken bij een geraffineerd misdaadcomplot en internationale drugshandel.

Een moordenaar op het eiland (nieuws, 2015)

Tien dingen die je nog niet wist over 'En toen waren er nog maar....'  



BBC One zendt een driedelige miniserie uit gebaseerd op And then there were none, het bestverkochte boek van Agatha Christie ooit. Superfan Chris Chan verzamelde een tiental feiten over het beroemde boek die je waarschijnlijk nog niet wist.

Oorspronkelijk heette het in 1939 gepubliceerde boek Ten little niggers, afgeleid van het gelijknamige kinderversje waarin na elke strofe een negertje verdwijnt.

In 1948 bracht uitgeverij Sijthoff het boek uit onder de titel Tien kleine negertjes. De achttiende druk uit 1994, verschenen bij Luitingh-Sijthoff, droeg nog steeds die titel. Pas tien jaar later kwam de uitgever met de meer politiek correcte titel En toen waren er nog maar...

In de Verenigde Staten moest men niets van de oorspronkelijke titel hebben. Daar verscheen het boek in 1940 en werd And Then  There Were None genoemd. In het Verenigd Koninkrijk werd de detective in 1965 hernoemd tot Ten Little Indians. De Queen of Crime zelf bewerkte het verhaal in 1943 tot een toneelstuk.

Het verhaal speelt zich af aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Het is 1939. Tien mensen zijn uitgenodigd om een weekend door te brengen in een landhuis op Soldier Island, een afgelegen eilandja voor de kust van Devon. Ze hebben geen contact met het vasteland en hun gastheer en gastvrouw, Mr. en Mrs. U.N. Owen zijn geheimzinnig genoeg afwezig. Op de eerste avond krijgen de tien gasten via een grammofoonplaat te horen dat ze stuk voor stuk worden beschuldigd van een misdaad. Meteen daarna valt de eerste gast dood neer. Als een aantal uren later een tweede gast dood wordt gevonden slaat de angst toe. Er is een moordenaar en daar ze slechts met zijn tienen op het eiland zijn is de moordenaar één van hen.

De tv-film die op BBC One wordt uitgezonden, is de eerste bewerking voor televisie die zich houdt aan het einde zoals die door Agatha Christie is opgeschreven. Scenarioschrijver Sarah Phelps verklaarde tegenover de BBC dat ze gechoqueerd was door het brute verhaal. 'Maar je kunt het ook zien als een spel met een uiterst geraffineerd en ongewoon plot.'

Agatha Christie zei zelf eens over And There Were None: 'Het thema fascineerde me enorm. Het verhaal waarin tien mensen moeten sterven mocht niet belachelijk overkomen. Ook de moordenaar mocht niet aan het begin al meteen bekend zijn. Er ging een enorme hoeveelheid planning vooraf aan het schrijven. Maar ik ben tevreden met de uitkomst. Het verhaal is helder, verrassend en leunt op een perfect en rationeel plot. Het boek is goed ontvangen en gerecenseerd. Maar degene die nog het meest opgetogen is over het boek, ben ikzelf. Ik weet beter dan welke recensent dan ook hoe moeilijk het was om te schrijven.'

Superfan Chris Chan - op zijn twaalfde had hij alle Christie-boeken al gelezen - stelde een lijstje met tien wetenswaardigheden over En toen waren er nog maar... samen.

  • Agatha Christie voelde zich haast verplicht om het boek te schrijven. Het vooruitzicht dat een zo effectief mogelijke verhaallijn zo moeilijk op papier te krijgen was, fascineerde haar. De plot werd zo vaak herschreven totdat Christie het goed genoeg vond om aan het verhaal te beginnen. 
  • Christie had oorspronkelijk een verhaal met twaalf personages op het eiland in gedachten. Twee karakters meer dan waarmee ze uiteindelijk het verhaal vulde. 
  • In eerdere brainstormsessies waren de misdrijven die sommige personages pleegden anders dan die uiteindelijk in het verhaal werden verwerkt. Het personage dat uiteindelijk gouvernante Vera Claythorne werd, dreef haar minnaar tot zelfmoord. Het karakter Emily Brent, de stijve, oude vrijster, pestte haar dienstmeid dermate dat die vergif innam en de oud-generaal John Gordon Macarthur stuurde ooit dertig soldaten onnodig het slagveld op.
  • Toen Agatha Christie aan de toneelversie van And Then There Were None werkte, besloot ze er een gelukkiger eind aan te breien. In de finale van het toneelstuk overleven personages het verblijf op Soldiers Island en raken verliefd op elkaar. Omdat het stuk tijdens de Tweede Wereldoorlog zou worden opgevoerd, vond Christie het slot van het originele verhaal veel te somber. 
  • Aanvankelijk wilde niemand de toneelversie op de planken brengen. Producenten geloofden niet dat het verhaal in het theater zou aanslaan. Men was bang dat de bezoekers erom zouden gaan lachen. Na veel pogingen vond Christie een producent bereid die de gok wel wilde wagen.

  • De schouwburg waar And Then There Were None in het begin werd opgevoerd, werd tijdens de oorlog gebombardeerd. Het stuk verhuisde vervolgens naar een ander theater.
  • And Then There Were None is waarschijnlijk het meest geparodieerde werk van Christie. Zo is er een stripalbum over Superman, dat stevig leentjebuur speelt bij het originele verhaal. De tekenfilmserie Family Guy kwam met aflevering getiteld And Then There Were Fewer.
  • In de filmversies van And Then There Were None is vaak van locatie gewisseld. De versie uit 1945 hield zich nog aan het eiland voor de kust van Engeland. Maar latere verfilimingen speelden zich af in een chalet op de top van een berg, dan wel in de woestijn van Iran of tijdens een safari in Afrika. 
  • In een vroege tv-versie van het boek, realiseerde een van de slachtoffers zich niet dat hij nog steeds 'op camera' was. Nadat hij was 'doodgestoken', stond hij op en liep weg met zijn handen in zijn zakken.
  • In een wereldwijde peiling gehouden in meer dan honderd landen is And Then There Were None dit jaar uitgeroepen tot Meest Favoriete Christie-verhaal ter Wereld.

02 december 2015

Het momentum (nieuws, 2015)

MAAND VAN HET SPANNENDE BOEK KRIMPT IN

Het logo van Juni - Maand van het Spannende Boek heeft zijn langste tijd gehad. Evenals de 'maand' zelf. Die actieperiode waarin de thriller centraal staat, wordt ingekort naar zeventien dagen: De Spannende Boeken Weken.






Boekpromotor Stichting CPNB heeft haar relaties en partners meegedeeld dat Juni - Maand van het Spannende Boek als campagne 'een krachtig merk' was en 'vaste waarde' had. Maar als periode te lang was om de aandacht van het publiek vast te houden. Daarom kiest de CPNB vanaf volgend jaar voor de Spannende Boeken Weken. Onder het motto 'kortere campagneperiode, krachtiger signaal' wordt van 3 tot en met 19 juni, dus zeventien dagen lang, het spannende boek gepromoot.

Volgens de CPNB is het thrillergenre nog steeds ongekend populair. 'De omzetcijfers van boekhandels die meedoen aan de campagne zijn nog altijd aantoonbaar beter dan die van niet-deelnemende boekhandels. Maar feit is dat het momentum lastig een hele maand lang vast te houden is.' Het is dan ook 'op veler verzoek' dat de CPNB heeft gekozen voor een kortere actieperiode van ruim twee weken.

Eerder dit jaar bleek al uit een peiling onder bezoekers (lezers, schrijvers, boekverkopers) van de website Hebban.nl, dat zij een maand durende campagne te veel van het goede vinden. Zo meldde schrijver René Appel: 'Het is moeilijk om een maand lang de aandacht gevangen te houden. Lezers denken over het algemeen ook trouwens dat het De week van het spannende boek is.' Zijn collega Corine Hartman vindt een actieweek (met eventueel een tweede week in november) toereikend.

20 november 2015

Goed bezig (nieuws, 2015)

Gouden Boek voor Simone van der Vlugt




Simone van der Vlugt kreeg gisteren op de Margriet Winterfair uit handen van zangeres Edsilia Rombley een Gouden Boek uitgereikt voor de behaalde mijlpaal van 250.000 verkocht exemplaren van Blauw water. De thriller is inmiddels aan een 24e druk bezig.

De thrillerschrijfster debuteerde in 2004 met De reünie, maar schrijft tegenwoordig ook regelmatig historische romans, waarvan De lege stad het meest recente voorbeeld is. In februari 2016 verschijnt Nachtblauw, haar nieuwste titel, wederom een historische roman. De boeken van Simone van der Vlugt boeken worden over de hele wereld vertaald en leverden haar in alleen Nederland en Vlaanderen al twee miljoen verkochte exemplaren op.

Blauw water is het vijfde boek in 2015 dat de Gouden status behaalt. De andere titels die dit jaar de 250.000 verkochte exemplaren haalden, waren Kieft van Michel van Egmond, Dat heb ik weer! van Carry Slee, Het Muizenhuis – Sam & Julia van Karina Schaapman en Dat kan niet waar zijn van Joris Luyendijk. Die laatste won eerder deze week de NS Publieksprijs, een prijs die Simone van der Vlugt ook al eens in ontvangst mocht nemen. In totaal zijn er inmiddels 16 Gouden Boeken, waarvan twee kinderboeken, drie Platina Boeken en slechts één Diamanten Boek, Een vlucht regenwulpen van Maarten 't Hart.

In Blauw water krijgen twee wildvreemde vrouwen op een intense manier met elkaar te maken, als een van hen samen met haar dochtertje gegijzeld wordt en de ander probeert te helpen.

Bron: Hebban.nl

Nogal observerend ingesteld (nieuws, 2015)





RENÉ APPEL: SCHRIJVER IN HET HIER EN NU

In een kleine drie decennia heeft de 70-jarige René Appel meer dan 25 misdaadromans geschreven. Twee maal won hij de Gouden Strop en recent ontving hij De Gouden Vleermuis voor zijn oeuvre. Rinus Ferdinandusse noemt hem de maestro van de doorzonkamerthriller. Een portret in zijn eigen woorden.


Ideeën
‘Soms haal ik dingen uit kranten of ik zie iets op tv, waarbij ik denk: daar zit misschien een verhaal in . Een andere keer hoor ik iets of wordt me iets verteld. Niet dat er allerlei moorden in mijn omgeving gebeuren, maar je vangt iets op van het soort conflict dat mensen hebben. Dan denk ik er over na hoe dat conflict verder uit de hand zou kunnen lopen.’
(interview in dagblad De Limburger, 2005)

Spanning
‘Mijn boeken moeten een beetje verontrustend zijn. Ik houd van subtiel opgebouwde spanning: een persoon die door het bos loopt, achter zich wat hoort en het gevoel krijgt dat er iets of iemand dichterbij komt. Voor mij geen wilde achtervolgingen of auto’s vol cocaïne. Een kleine misdaad die heel heftig kan uitpakken, is veel interessanter.’
(interview in de Telegraaf, 2005)

Ritme
‘Gelukkig kan ik snel schrijven. Acht tot tien boekpagina’s per dag, als ik lekker in het ritme zit. Ik heb zelfs een keer honderd pagina’s per week geschreven, toen ik alleen in een vakantiehuisje zat. Ik hoef over het algemeen ook weinig te schrappen en te verbeteren. Het staat er meestal in één keer goed op, zoals dat heet.’
(interview in de Volkskrant, 1998)

Observerend
‘Ik denk dat je twee soorten schrijvers hebt. Voor de eersten is het eigen leven vooral de bron die inspiratie levert voor hun verhalen, terwijl de anderen hun verhalen buiten zichzelf plaatsen. Ik behoor tot het tweede type schrijver. Ik ben nogal observerend ingesteld. Ik kijk erg naar mensen en wat er om me heen gebeurt. Daar heeft mijn vrouw nogal eens last van. Zitten we in een restaurant en kijkt ze me een beetje dwingend aan. Dat merk ik niet omdat ik weer bezig ben met observeren. Dan zie ik mensen die een half uur tegen elkaar zitten te zwijgen. Dus interpreteer ik er lustig op los, zo van hoe zou het huwelijk van die twee zijn. Ik heb een grote mate van nieuwsgierigheid naar mensen. Wat ze doen, wat ze bezielt. Hoe ze zich gedragen.’
(interview in Twentsche Courant Tubantia, 2005)

Triviaal
“Nee, dat soort boeken lees ik niet.’ Die frase hoorde ik nogal eens wanneer mensen erachter kwamen dat ik thrillers schreef. Ik werkte tenslotte op de Faculteit der Letteren en in de jaren tachtig hield men zich daar ver van dit triviale genre. De eerste (en laatste) associatie van dergelijke boeken was immers met schrijvers als Havank of Ellery Queen, en boven dergelijke pulp voelde je je ver verheven nadat je de middelbare school had verlaten.’
(column in Vrij Nederland, 2011)

Literatuur
‘De literatuur bevat veel gebakken kunstproza. Mooie zinnetjes heten al snel een mooie stijl, maar een goede stijl is als je weet hoe je karakters moet introduceren, hoe je dialogen schrijft, enzovoorts. Bij mij creëren juist mooie woorden een afstand tot het verhaal. Wat ik ook zo vreemd vind aan literair proza is dat mensen in die boeken ook nooit tv kijken. Ze lezen ook zelden kranten. De alledaagse werkelijkheid waarin mensen leven, dringt niet in die romans door. Mensen die de hele dag thuis zitten, kijken wel eens naar belspelletjes en dat schrijf ik dan weer wel op.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Clichés
'Ik verzet me tegen de clichés in de misdaadliteratuur. Eén van mijn boeken heeft een open einde. Er zijn recensenten die hebben gezegd dat dat absoluut niet kan. Flauwekul. Waarom moet er altijd een ontknoping zijn? Zoals ik het ook onzin vind dat het traditie is dat de misdadiger altijd gepakt wordt in de misdaadliteratuur. Het kwaad wordt gestraft en het goede zegeviert, dat vind ik een cliché. Dat gebeurt in het werkelijke leven toch ook niet.’
(interview in het AD, 2001)

Realiteit
‘Misdaadliteratuur schurkt vaak wat meer tegen de realiteit aan. Zo heeft de opkomst van de LPF met Fortuyn geen enkele spoor nagelaten in de vaderlandse letteren, terwijl er maar liefst drie thrillers zijn verschenen, die wel dit onderwerp als uitgangspunt hebben gekozen, inclusief interessante speculaties over mogelijke complotten.’
(Artikel René Appel in VARA-magazine, 2005)

Herkenbaar
‘Voor mijn werk is het heel erg belangrijk dat de omgeving herkenbaar is: ik laat er nu eenmaal dingen gebeuren die heel bizar en heftig zijn. De lezer gaat daar alleen in mee als die gelooft in de situatie. Daar investeer ik veel tijd in en ik laat de eerste versie van een verhaal daarom altijd door een expert lezen. Ik streef er niet naar om tijdloos te schrijven, mijn thrillers spelen zich af in het hier en nu.’
(interview in de Telegraaf, 2005)

Baantjer
‘Mensen denken ook vaak: die Appel is misdaadschrijver, dan zal hij Morse en Frost wel mooie vinden. Ik hou niet van formuleverhalen. (…) Voor mij geen Baantjer. Het is clichématig, een voortdurende recycling. Appie Baantjer vind ik een aardige man, maar zo’n serie is opgewarmde prak.’
(VARA TV Magazine, 2005)

Wraak
‘Er zijn grote verschillen tussen René Appel als privépersoon en René Appel als schrijver. In het eerste geval sluimeren bij mij wel wraakgevoelens als ik me slecht bejegend voel, maar loop ik meestal weg van het conflict; het blijkt dan namelijk meestal vanzelf over te gaan. Als schrijver zoek ik het conflict uiteraard juist op. Als mogelijke slachtoffers geen wraak meer willen, dan heb je geen verhaal. Hoe verrassender de wraak des te mooier het verhaal. Dus misschien sublimeer ik mijn wraakgevoelens wel in mijn boeken.’
(interview in GPD-dagbladen, 2009)

Bestselleritis
'Ik ben blij dat de Nederlandse misdaadroman beter verkoopt, ik gun iedereen een forse verkoop, maar het zou aardig zijn als het spectrum van wat er over de toonbank ging, wat breder was. De bestselleritis, met als extreem voorbeeld De Da Vinci Code van Dan Brown, is niet alleen voor de misdaadromans een probleem, m aar voor de hele boekenwereld.Rinus Ferdinandusse vertelde laatst een mop: er is een vliegtuig zoek geraakt in de Bermudadriehoek, er zijn geen overlevenden gevonden, maar wel 321 exemplaren van De Da Vinci Code. Die bestselleritis benauwt auteurs enorm, want iemand die De Da Vinci Code heeft gekocht, gaat niet nog een Nederlandse thriller meenemen. (…) Die bestselleritis is echt een verarming van de cultuur.’
(interview in Boekblad Magazine, 2006)

Recensenten
‘Als het om recensenten gaat: ik zou ze – bij negatieve opmerkingen over mijn boeken – graag van repliek dienen, maar dat is iets heel anders dan het koesteren van wraakgevoelens, laat staan het daadwerkelijke overgaan tot een wraakneming. Het is wel jammer dat een debat schrijver-recensent vrijwel onmogelijk is. Het zou schrijvers eens de kans geven hun gemoed te luchten.’
(interview in GPD-dagbladen, 2009)

Van kwaad tot erger
‘De problemen komen niet altijd van buiten, die zitten ook in je. Ik schrijf over situaties waarin ik niet terecht denk te kunnen komen. Dat klinkt wellicht wat arrogant. In mijn boek Tegenliggers schrijf ik bijvoorbeeld over een rijschoolhouder die volledig ontspoort als de echtscheidingsprocedure waarin hij zit uit de hand loopt. Zo’n typisch van-kwaad-tot-erger-scenario, dat ik veel om me heen heb gezien. Mij is dat niet op die manier overkomen. Mijn scheiding, zo’n 25 jaar geleden, is zo soepel verlopen, dat mijn dochter bij mij is komen wonen. Die heb ik min of meer alleen opgevoed. Het is in redelijk goede harmonie gegaan. Zeker van de kant van mijn dochter die papa’s nieuwe vrouw volledig accepteerde.’
(interview in PZC, 2005)

Lymfeklierkanker
‘Je hebt ook mensen bij wie de knop kanker indrukt en ze lopen leeg. Toen (in 1995, red.) ik de diagnose hoorde, dacht ik: ik ga dood. Heel simpel. Ik vond het vooral voor mijn gezin heel erg, voor mezelf niet zo. Want als je dood bent, merk je het niet meer. Naarmate ik meer informatie kreeg over behandelingen, won bij mij de gedachte terrein dat ik het er levend vanaf zou brengen en weer gezond zou worden. Er is leven vóór de dood en het moment van sterven wilde ik zo lang mogelijk uitstellen.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Zijn vader
‘Later ben ik erachter gekomen dat hij een man was met heel gefrustreerde artistieke ambities. Hij las niet, maar hij schreef wel. Mijn vader (die een schildersbedrijfje had, red.) was de dorpsdichter van Hoogkarspel. Schreef de jaarlijkse revue voor de plaatselijke gymnastiekvereniging en mensen kwamen wel eens bij hem langs voor een gedicht bij een zilveren bruiloft. Hij was ook muzikant. Speelde vaak in orkestjes, die dan bij ons kwamen repeteren. Hij had dan wel een gewoon beroep, maar was ook artiest. Zo werd hij in het dorp ook bekeken. Daar geneerde ik me hevig voor. In de ogen van kinderen kunnen ouders maar beter zo gewoon mogelijk zijn.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Patricia Highsmith
‘Ik ben als schrijver erg door haar beïnvloed. Ik houd van de manier waarop ze spanning creëert. Bij haar gaat het vooral om de ontwikkeling van haar karakter. De figuren zijn bij haar echt onderdeel van het verhaal. (…) Als ik schrijf, weet ik niet wat er gaat gebeuren. Al schrijvende vormt zich het verhaal. Ik heb de indruk dat zij ook zo werkt.’
(interview in Het Parool, 1995)

Tomas Ross
‘Wat betreft productie, consequentie en niveau Nederlands beste misdaadauteur – als ik mezelf even wegcijfer. Ik vind het heel knap wat hij doet. Ik zou het niet kunnen. Ik zou het ook niet willen, hoor. Het is mijn genre niet. Bij hem draait het vooral om de plot. Daar is hij echt heel goed in. Psychologisch vind ik hem echter niet sterk. Zijn personages hebben niet veel diepgang, ontwikkelen zich nauwelijks: het zijn marionetten in het verhaal.’
(interview in Het Parool, 1995)

Damesthriller
‘Ik kan me iets voorstellen bij de kritiek op dat genre die je wel hoort: het is nogal stereotiep allemaal. Een aantal vrouwelijke auteurs schrijft steeds hetzelfde boek, lees er één en je kent het hele verzameld werk. Aan de andere kant: het geslacht van de auteur zegt helemaal niets over de kwaliteit. Kijk maar naar het fantastische werk van Ruth Rendell (…) en Patricia Highsmith. Vrouwen kunnen het dus best.’
(interview in Vrij Nederland, 2014)

Betrouwbaarheid
‘Wat ik ontzettend belangrijk vind, is betrouwbaarheid. Dat je op mensen kunt rekenen als ze wat toezeggen. Het zou best kunnen zijn dat ik dat in mijn jeugd heb meegekregen. Voor hetzelfde geld heb ik het helemaal zelf ontwikkeld. Mensen in mijn boeken zijn vaak niet betrouwbaar. Dat maakt de verhalen juist interessant.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Taalchauvinisme
‘Wat wel ten nadele van het Nederlands kan werken, is dat ons taalchauvinisme niet zo groot is. Het Nederlands is bezig enig terrein te verliezen. Nederlanders doen tamelijk vlug afstand van hun eigen taal. (…) Als een buitenlander ons iets in gebroken Nederlands vraagt, dan hebben wij enorm snel de neiging over te gaan in het Engels. Britten en Amerikanen die hier komen, klagen er wel eens over: zij willen zich de Nederlandse taal eigen maken, maar worden er niet tot in staat gesteld.’
(interview in BN/De Stem, 2001)

Seksscènes
‘Ik vind ze zelf behoorlijk gênant om te lezen. Bovendien heb ik moeite met het benoemen van de essentiële lichaamsdelen. Je kunt kiezen tussen kut en vagina. Dat laatste vind ik te medisch en kut weer te plat. Wat doe je dan? Dan doe je het niet, dan suggereer je het maar.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)


CURRICULUM VITAE

René Appel werd op 19 september 1945 geboren in Hoogkarspel. Hij studeerde Nederlands en legde zich toe op de taalkunde. Binnen die taalkunde richtte hij zich op de verwerving van het Nederlands als tweede taal, waarin hij tot 2003 bijzonder hoogleraar was aan de Universiteit van Amsterdam, de stad waar hij ook woont. Na een op eigen initiatief geschreven kritiek over De terroristen van Sjöwall en Wahlöö, werd hij in 1976 vaste recensent voor misdaadliteratuur, wat hij tien jaar bleef. In 1987 verscheen zijn eerste psychologische thriller Handicap. Daarna publiceerde hij ruim 25 thrillers en enkele verhalenbundels. Hij ontving twee keer de Gouden Strop: voor De derde persoon (1991) en Zinloos geweld (2001). Eind oktober 2015 kreeg hij op het Nederlands Thrillerfestival een prijs voor zijn gehele oeuvre: De Gouden Vleermuis.

Dit verhaal stond eerder op Hebban.nl

Bazaar (nieuws, 2015)


WISSELING VAN DE WACHT SLUITSTUK MR MERCEDES-TRILOGIE

Luitingh-Sijthoff heeft de rechten verworven voor Stephen Kings nieuwe boek, 'End of Watch' ('Wisseling van de wacht'), het derde deel van de trilogie rondom detective Bill Hodges en de Mercedes Killer. Eerder verschenen al 'Mr. Mercedes' en 'De eerlijke vinder'.

De vertaalrechten van End of Watch werden in Nederland verhandeld door literair agent Paul Sebes van agentschap Sebes & Bisseling. Wisseling van de wacht verschijnt op 7 juni 2016.

Met Wisseling van de wacht sluit Stephen King zijn trilogie rondom gepensioneerd detective Bill Hodges en meervoudig moordenaar Brady Hartsfield af. Het boek is een vervolg op de gebeurtenissen in Mr. Mercedes, waarin Hartsfield acht mensen vermoordde en in een coma raakte, en De eerlijke vinder, waarin Hodges wordt herenigd met zijn oude detectivevrienden Jerome en Holly. In het laatste deel worden Hodges en zijn collega’s andermaal geconfronteerd met moorden die gelinkt kunnen worden aan de Mercedesmoorden uit het eerste deel. De drie delen vormen een trilogie, maar zijn ook afzonderlijk te lezen.

Eerder verscheen De bazaar van boze dromen van Stephen King: twintig verhalen van de grootmeester, waarvan achttien nog niet eerder in Nederlandse vertaling zijn verschenen. Naast een luxe paperback is De bazaar van boze dromen ook verkrijgbaar als gelimiteerde gebonden editie.

In februari volgend jaar gaat in de Verenigde Staten de televisieserie 22-11-1963 van start, gebaseerd op de gelijknamige bestseller van King waarin Jake Epping (gespeeld door Golden Globe-winnaar James Franco) terug in de tijd reist om de moordenaar van J.F. Kennedy te stoppen. De serie is geproduceerd door J.J. Abrams (Lost, Mission Impossible III) in opdracht van videostreamingdienst Hulu.

Framing (column, 2015)



UNICITEIT

(Door Peter Kuijt)

Ze bestaan nu een kleine drie maanden, hebben een eigen Twitter-account, een eigen Facebookpagina en ook nog een eigen Hebban-page: Moordwijven. En het clubje van tien thrillerschrijfsters van Nederlandse en Vlaamse bodem heeft al een eerste succesje binnen: ‘Moordwijf’ Ilse Ruijters sleepte eind oktober de Hebban Thriller Debuut Prijs in de wacht. Maar van een collectieve krachtsinspanning kun je natuurlijk nauwelijks spreken: Ruijters schreef haar winnende boek De onderkant van sneeuw volkomen op eigen kracht.

Origineel is de beweging niet. De Moordwijven verwijzen hoffelijk naar Killer Women, een groep van vijftien Britse thrillerschrijfsters die naast hun ambacht ook gemeen hebben dat ze in Londen wonen of werken. De Killer Women kunnen worden geboekt voor optredens tijdens literaire festivals, in bibliotheken en boekwinkels. Ze kunnen ook workshops geven en gaan – op verzoek – in debat met elkaar of met anderen. Maar bovenal willen ze nog meer in contact komen met hun lezers. En dat gaat kennelijk beter in gezamenlijkheid.

Hier in Nederland zijn de Moordwijven alom enthousiast onthaald. Op hun Facebookpagina gaan de duimen massaal omhoog. Maar in Engeland is er al een kritisch geluid te horen. Journaliste, auteur en stand-up comedian Viv Groskop vindt het prima dat de Killer Women bestaan. ‘Het is goed dat de auteurs zaken zelf ter hand nemen. Wie weet hebben ze gelijkgestemde zielen nodig tegen wie ze kunnen verzuchten over hoeveel ze wel niet moeten twitteren, bloggen, instagrammen, Facebooken en nog meer moeten doen voor hun eigen pr.’ Maar ze signaleert ook dat het om schrijfsters gaat, die door uitgevers doorgaans denigrerend worden neergezet als mid-list authors. Er is geen goede Nederlandse vertaling voor, maar bedoeld worden schrijvers die debutant noch een melkkoe à la J.K. Rowling zijn.

En dat is toch waar uitgevers op gespitst zijn, schrijft Groskop. ‘Het zijn eigenlijk de enige twee soorten schrijvers waar uitgevers van houden. Of je bent een debutant die hard op weg is een regelrechte sensatie te worden of jouw auteursnaam is inmiddels een merk dat staat voor regelmatige en forse verkoopaantallen.’ Als je je tussen deze twee groepen beweegt, ben je eigenlijk, zoals Groskop het kwalificeert, dead in the water: oftewel, je bent mislukt en het ziet er niet naar uit dat je succesvol wordt.

Het clubje Moordwijven telt drie debutanten, onder wie dus de eerder genoemde Ruijters. Geen van de tien auteurs heeft tot dusver de Bestseller 60 gehaald.

Je kunt je afvragen waartoe Moordwijven in het leven is geroepen. Na de oprichting op 2 september werd er een persbericht verspreid waarin ze meldden de krachten te bundelen om zich met hun werk te onderscheiden in ‘de overvloed aan thrillers op de boekenmarkt’. Dat willen ze doen met gezamenlijke presentaties, signeersessies en workshops. Verder willen ze met elkaar van gedachten wisselen en elkaar voeden met feedback. ‘Met een gedeelde inzet hopen de Moordwijven een herkenbaar gezicht te vormen richting lezers en pers en collectief en individueel meer rendement (naamsbekendheid, publiek) te behalen.’ Elders benadrukken de dames dat hun clubje niet te groot mag worden, want ‘dan gaat de uniciteit van de groep snel verloren’. Daarom, zo klinkt het een tikje hooghartig, ‘hanteren wij een kritisch toelatingsbeleid’.

Het behartigen van elkaars belangen is een loffelijk streven. Praten over het ambacht is nooit verkeerd. Maar moet je je daarvoor per se binden aan een clubje van tien, dat een flink aantal vrouwelijke vakgenoten en in ieder geval al hun mannelijke collega’s buitensluit? Gevraagd naar waarom Moordwijven op sekse discrimineert, antwoordde Ilse Ruijters op het Nederlands Thrillerfestival dat ‘we gewoon tien heel leuke vrouwen zijn’. Je ziet meteen voor je hoe de club is ontstaan: een paar schrijfsters komt elkaar tegen op een terrasje, ze hebben zojuist gelezen over Killer Women en na wat glazen ijsthee, wijn of bier, schetsen ze op een bierviltje de eerste contouren van hun collectief.

Moordwijven wil ‘de uniciteit’ van de groep bewaren. Maar gaat het hier niet juist om de uniciteit van de auteur? Elke schrijver wil zich toch onderscheiden van de ander? Beter en creatiever zijn dan de ander? En dat moet toch vooral voortkomen uit de samenwerking van de auteur met haar redacteur en uitgever? Het kan toch niet de bedoeling zijn dat op de boeken van Moordwijven-auteurs een Moordwijven-mal wordt gelegd? Als dat wel zo is, dan maakt het geen bal meer uit of je een boek van Marlen Beek-Visser, Nicolet Steemers, Isa Maron, Belinda Aebi of Hilde Vandermeeren (to name a few) koopt. Eén pot nat.

Het valt nog te bezien of de Moordwijven ook maar de minste rimpeling in de vijver van de polderthriller kunnen bewerkstelligen. De status van bestsellerauteur of in ieder geval ‘individueel meer rendement’ gun je ze alle tien, maar of het in het leven roepen van een collectief ze dat broodnodige ‘kontje’ geeft, mag je gerust betwijfelen. Op persoonlijk vlak zullen de tien vast en zeker allemaal moordwijven zijn. Maar als clubje zijn hun intenties vooralsnog vaag, te algemeen en even weinig inhoudelijk als het schilderijframe waarachter de Moordwijven op het Thrillerfestival poseerden voor wie hen ook maar wilde fotograferen.

03 november 2015

Volwassen geworden (nieuws, 2015)


AFSCHEID VAN ANNIKA

Met 'IJzer en bloed' neemt Liza Marklund na achttien jaar afscheid van misdaadverslaggeefster Annika Bengtzon. ‘We zijn samen volwassen geworden.’ Een zwart gat valt voor Marklund niet te vrezen: ze schrijft columns, maakt documentaires, is UNICEF-ambassadeur en mede-eigenaar van een uitgeverij. En dan is er ook nog dat huis in Marbella.


Liza Marklund gaat niet over één nacht ijs. Het besluit om protagonist Annika Bengtzon na elf avonturen haar congé te geven, nam de Zweedse bestsellerauteur een flinke tijd terug. In een interview met de Vlaamse journalist Bart Holsters in de krant De Morgen zei Marklund acht jaar geleden dat ze een bepaalde planning met Bengtzon in gedachten had. ‘Mensen vragen me al een poos hoeveel boeken ik over Annika wil schrijven,. Zes, acht, tien? Ik heb daar nooit op geantwoord, omdat ik het niet wist. Maar vanochtend heb ik het beslist: het worden er elf. Geen tien of twaalf, dat doet iedereen, nee, elf. (…) En ik weet al wat er met Annika zal gebeuren, maar dat verklap ik lekker niet.’

Annika verscheen overigens al vroeg in het leven van Marklund. ‘Zodra ik begreep dat je met letters woorden kunt vormen, begon ik spannende verhaaltjes te schrijven over een meisje dat Annika heette’, aldus de schrijfster op haar website. ‘Ik weet niet wat het is met deze naam. Mijn enige pop heette Annika, mijn beste vriendin heette zo en mijn eerste kind kreeg die naam. Op een of andere manier was Annika altijd bij me. Journaliste Annika Bengtzon heb ik vernoemd naar mijn dochter en mijn favoriete baas bij de krant waar ik gewerkt heb, Bengt Bengtzon, de grootste junk voor hard-boiled nieuws ooit.’

Liza Marklund (1962) werd geboren in een dorpje in de buurt van Luleå, in het hoge noorden van Zweden. In deze geïsoleerde omgeving groeide ze op met de Bijbel en de zondagsschool. Het dichtstbijzijnde theater was driehonderd kilometer verderop. Een bibliotheek was niet voorhanden, maar Marklund las alles wat ze kon krijgen. En dat waren voornamelijk de mysterieboeken rond het meisje Nancy Drew en misdaadromans van Amerikaanse makelij. Op haar zestiende liet ze de middelbare school achter zich en begon aan een ongeregeld leven dat haar over de hele wereld voerde: naar Zuid-Amerika, de Verenigde Staten, Israël en Groot-Brittannië. Ze werkte in een circus, een hotel, een restaurant en ze reed voor een verzekeringsmaatschappij auto’s van de oost- naar de westkust van de VS. Op haar eenentwintigste keerde ze terug naar Stockholm, kreeg een dochter en volgden een cursus journalistiek, waarmee haar loopbaan als journaliste begon. Op haar 32ste werd redactiechef van de eerste Metro.

'Die Nancy Drew-boeken leerden mij lezen en uiteindelijk ook schrijven’, vertelde Marklund in een interview met NRC Handelsblad. ‘Pas later, nadat ik de zogenaamde serieuze literatuur begon te lezen, besefte ik hoe uniek die Nancy Drew-reeks was. Meisjes in de hoofdrol en geen jongens! Alles is altijd mannelijk aan zoveel jeugdboeken, zelfs de honden en katten zijn mannelijk. Ik verzette me daartegen.’

Rijk karakter
Marklunds streven bij het scheppen van haar protagonist was van Annika Bengtzon ‘een rijk karakter’ te maken. ‘Een mens van vlees en bloed met alle fouten en deugden die een mens maar kan hebben. Ze moest intelligent en ambitieus zijn, bijna op het onaangename af. Weinig toeschietelijk naar haar collega’s en ze moest te ver en te diep gaan. Aan de andere kant moest ze een liefhebbende moeder zijn, onzeker zijn met mannen, kwetsbaar zijn en te veel huilen. Het is eigenlijk onmogelijk voor vrouwen om je zo te gedragen en nog steeds aan de weg te timmeren. Vrouwen worden niet geacht de fouten te maken die Annika maakt.’

In de misdaadromans van het duo Sjöwall en Wahlöö waren vrouwen armzalige wezens, constateerde Marklund naar eigen zeggen. ‘Door mannen gedumpt, altijd verwikkeld in kortstondige liefdes. Hun erotiserende uitstraling was nihil.’ In feite waren het geen vrouwen, maar mannen zonder penis, aldus de schrijfster in een interview met Opzij. Er bestond geen echte vrouwelijke misdaadheld. ‘Die moest ik creëren. Dat zo’n volwaardige vrouw niet bestond, maakte me woedend.’

De schrijfster ontkent dat ze met name een vrouwelijk publiek voor ogen heeft. ‘Ik mik nergens op’, zei ze in het interview met Holsters. ‘Ik heb niemand in gedachten wanneer ik schrijf. Ik doe het voor mezelf, saai genoeg. Ik kan alleen schrijven wat ik zelf interessant vind, met een realistische dimensie die mij aanspreekt. Ik ben een eenvoudige persoon. Ik ben modaal, wat mij interesseert zal anderen dus ook aanspreken. Als ik iets belangwekkend of schokkend of onrechtvaardig vind, is de kans groot dat veel andere mensen dat ook doen.’

Dat ‘modale’ van Marklund kun je ondertussen wel met een korreltje zout nemen. Naast bestsellers produceert de 53-jarige Zweedse televisiedocumentaires, is ambassadrice voor het kinderfonds van de Verenigde Naties en heeft ze haar eigen uitgeverij. Ze pendelt geregeld heen en weer tussen haar huis in Stockholm en haar optrekje in het Spaanse Marbella.

Eind jaren negentig stond ze aan het hoofd van de nieuwsdienst van de grootste Zweedse televisiezender, toen ze plotsklaps ontslag nam om spannende boeken te schrijven. ‘Ik was opgeklommen van journaliste tot hoofdredactrice van een grote krant. Daarna werd ik executive editor bij Channel 4. Maar rond mijn 34ste besefte ik dat ik niet veel hoger kon.’ Een managementsfunctie vond Marklund sowieso niet bevredigend. ‘Als journalist heb je controle over je werk, maar als manager word je verondersteld te managen. Dat lag me minder. Ik vond het wel interessant, maar niets om jaren te blijven doen.’

Bengtzon is daarentegen loonslaaf gebleven. ‘Voor mij is ze een nuttig instrument om te vertellen over de dingen die mij interesseren. Ik plaats haar elke keer in een positie waar ze het verhaal ontwikkelt. Bovendien is haar persoonlijke leven altijd een afspiegeling van het thema van het boek, zodat ik met een dubbel perspectief kan werken.’

Voordat ze Annika Bengtzon bedacht, ging Marklund in het buitenland op zoek naar materiaal dat haar mogelijk zou kunnen inspireren. ‘Ik heb ze allemaal gelezen, Minette Walters, Sue Grafton, Elizabeth George, Patricia Cornwell. Hun vrouwen lijken op elkaar, ze zijn vrijgezel, hebben geen kinderen. En ze worden wel neergeslagen of gestoken of beschoten, maar nooit verkracht. Het zijn geen vrouwen, ze zijn seksueel neutraal. Dat wilde ik niet. Ik had iemand met vrouwelijke rondingen nodig.’

AfscheidOndanks het besluit om te stoppen met de journaliste, bejubelt Marklund op haar website nog steeds het schrijven van een serie. ‘Ik denk dat de voordelen opwegen tegen de uitdagingen. Ik ken mijn karakters nu door en door en ook mijn lezers kennen die. Ik hou ervan als karakters zich ontwikkelen, maar het is niet per se noodzakelijk.’

Dertien miljoen thrillers over Annika Bengtzon verkocht Marklund, maar het eerste succes kwam haar niet aanwaaien. Ze stapte met haar eerste thriller, Springstof, naar een bevriende journalist die een klein, onbekend uitgeverijtje leidde en enthousiast was over de heldin van haar roman. ‘In het begin hadden we problemen met de distributie’, memoreert ze in een interview met HP/De Tijd. ‘De erkende boekhandel vond het verhaal waardeloos, kende mijn naam en de uitgever niet en wilde het dus niet afnemen. Toen hebben we benzinestations en ijssalons benaderd en gevraagd of zij het wilden verkopen. Ze deden het en het werd een succes! Na een jaar klopten ook alle ketens en academische boekhandels aan met de vraag of ze het mochten verkopen.’

En na het elfde avontuur IJzer en bloed scheiden nu dus de wegen van schepper en heldin. ‘Mijn personage heeft het einde van haar reis bereikt’, liet Marklund eerder dit jaar weten. 'Ik leef al met Annika sinds de zomer van 1997. Toen ben ik begonnen met over haar te schrijven. Achttien jaar lang heb ik elke dag met haar doorgebracht.’ Ze beloofde haar lezers ‘een waardig afscheid’ van de journaliste en blijkens de eerste recensies is Marklund daar prima in geslaagd.

Maar is er ook leven na Annika? Wat Marklund betreft wel. Ze stopt even met schrijven, zei ze in een interview met Kees de Bree op Crimezone, drie jaar geleden. ‘Dan ga ik het internationale perspectief van Mensenrechten bestuderen. (…) Ik vind het fijn om nieuwe dingen te leren, mezelf te vernieuwen. Als je dat niet doet, ben je dood.’

Bronnen: NRC Handelsblad, De Morgen, Opzij, HP/De Tijd, website Liza Marklund, Hebban. Foto auteur: Annika Marklund

Verliefd op Steinbeck (nieuws, 2015)

DE KEUZES VAN JOHN GRISHAM

Hij leest nooit zijn eigen boeken als ze uitkomen. Die ene keer dat hij het wel deed, beviel hem matig. Wel kocht hij ooit acht exemplaren van zijn eigen thriller. Maar dat was weer voor een goed doel. Het magazine Entertainment Weekly vroeg bestsellerauteur John Grisham naar zijn favorieten.


John Grisham kan weer een potje breken bij de Amerikaanse thrillerrecensenten. Zijn jongste thriller Rogue Lawyer (in het Nederlands verschenen onder de weinig inspirerende titel De verdediging) doet het goed bij de critici. De New York Times noemde het een van Grishams betere boeken van de laatste jaren. USA Today vond het een vermakelijke thriller, terwijl The Washington Post de geraffineerde verhaallijn roemde. 'De thriller zou als lesmateriaal kunnen dienen bij schrijfcursussen.'

Ter promotie van zijn achtentwintigste boek beantwoordde Grisham een vermakelijk vragenlijstje over zijn leesgewoonten, dat hem was voorgelegd door het magazine Entertainment Weekly.
 
Mijn favoriete jeugdboek
John Grisham
: 'Ik kan me herinneren dat ik als klein kind Dr. Seuss las en regelmatig herlas. Toen ik zo'n tien jaar oud was las ik vele malen Emil and the Detectives (van Erich Kästner). Daarna ontdekte ik Tom Sawyer en Huck Finn en sindsdien lees ik Mark Twain.

Het boek waarvan ik het meest genoot op school
'Er is een wet in de staat Mississippi die bepaalt dat leraren Engels het werk van William Faulkner door de strotten van hun leerlingen moeten duwen. Omdat we zo ploeterden met Faulkners boeken, stond een onderwijzer ons toe om iets te lezen waarvan we werkelijk zouden genieten: The Grapes of Wrath (De druiven der gramschap, red.). Ik werd onmiddellijk verliefd op John Steinbeck.'

Het boek dat me deed besluiten om schrijver te worden'Toen ik bloed, zweet en tranen vergoot bij het voltooien van mijn eerste boek in 1987, publiceerde Scott Turow zijn thriller Presumed Innocent. Het werd een bestseller en Scott was de nieuwe ster aan het literaire firmament. Ik kan niet zeggen dat het boek me overtuigde om schrijver te worden, wel motiveerde het me om A Time to Kill af te ronden.'

De klassiekers die ik tot mijn schaamte nooit heb gelezen'Er zijn er zo veel, maar ik schaam me er niet echt voor. Moby-Dick, Ulysses, Crime and Punishment, om er een paar te noemen. Maar ik heb ze wel geprobeerd. Ik geef boeken altijd honderd pagina's de tijd, zeker klassiekers, voordat ik ze door de kamer gooi.'

De boeken die ik telkens weer lees en herlees'Dat zijn er eigenlijk maar drie. Ik noemde eerder al The Grapes of Wrath. Om de vijf jaar lees ik The Little Drummer Girl (De lokvogel) van John le Carré. Alleen maar om mezelf nog even in te prenten hoe briljante suspense eruit ziet. En de afgelopen vijfentwintig jaar heb ik Sophie's Choice van William Styron zeker vijf keer gelezen.'

Een filmbewerking van een boek die me beviel'Three Days of the Condor. Ik heb de film gezien toen hij veertig jaar geleden in de bioscoop draaide en ik vond hem prachtig. Jaren later las ik het boek en ook dat beviel me, hoewel hij behoorlijk verschilt van de film. Het was een van die zeldzame keren dat de film beter was dan het boek.'

De beste verfilming van een van mijn boeken'The Rainmaker. Francis Ford Coppola schreef en regisseerde de film en hij was vastbesloten om het boek te volgen.'

Die ene keer dat ik mijn eigen boek kocht
'Ik was een keer op weg naar een fondsenwerver, die ik een aantal boeken had beloofd om bij een prijsvraag weg te geven. Een van mijn boeken was toen net uit en mijn uitgever bezuinigde niet bepaald op de promotie. Ik stapte een grote winkel binnen en overal stonden displays met mijn boeken erop. Mijn portretfoto reikte van de vloer tot het plafond. Ik kocht acht exemplaren, betaalde met een creditcard, maar de verkoper zei er niets over, hij keek ook niet op. Ik kon niet ophouden met grinniken tot ik weer bij mijn auto aankwam.'

Lees ik mijn boeken als ze uitkomen?
'Bijna nooit. Als het boek verschijnt, ben ik het al beu, het verhaal interesseert me niet meer en meestal werk ik al weer aan iets anders. Twee keer heb ik de fout gemaakt om ten behoeve van de luisterboeken mijn werk weer te lezen. Het ging om de roman Bleachers en de verhalenbundel Ford County. Ik heb niet de minste aandrang om dat ooit nog een keer te doen. De boeken kwamen oud en afgezaagd over.'

Wat lees ik nu?
'Go Set a Watchman van Harper Lee en The Sound and the Fury van William Faulkner. Nee hoor, grapje.'

Bron: Entertainment Weekly 

02 november 2015

Gesignaleerd 402 (nieuws, 2015)

vers van het mes!

KAREN ROSE - OP DE HIELEN

Bij uitgeverij De Fontein Romans & Spanning verschijnt Op de hielen, de nieuwe thriller van de Amerikaanse schrijfster Karen Rose, ook wel  de koningin van de romantische spanning genoemd.

Volgens de uitgever is het werk van Rose een combinatie van de spanning van Karin Slaughter met de romantiek van Nora Roberts. Op de hielen is een thriller waarin stalkers, een erfenis en een duister verleden een rol spelen.

Psychologe Faith probeert een nieuw leven op te bouwen in het huis van haar oma dat ze onlangs erfde. Wanneer er in de buurt twee studentes worden vermist, en de FBI een groot onderzoek opent, wordt Faith geconfronteerd met een duister verleden dat ze graag had willen vergeten. En haar stalker lijkt dichterbij dan haar lief is...

Karen Rose (Washington D.C. 1964) is een Amerikaanse auteur van romantische thrillers. Ze studeerde af als chemisch ingenieur aan de universiteit van Maryland en werkte daarna in de levensmiddelentechnologie.

In 2003 debuteerde Rose met de standalone thriller Don't tell. Daarna schreef ze tot 2014 nog eens veertien andere romantische thrillers, waaronder ook de serie met FBI-agent Daniel Vartanian. In 2015 verscheen haar zestiende thriller: Closer than you think. Rose' boeken zijn regelmatig te vinden op de bestsellerlijsten van de New York Times, USA Today, Sunday Times, Der Spiegel, Irish Times. Zelfs in Zuid-Afrika en Australië is de auteur populair.

Rose ontving tweemaal de Romance Writers of America RITA Award voor Best Romantic Suspense. De eerste keer in 2005 voor I'm watching you (niet vertaald) en daarna in 2010 voor Silent scream (De mond gesnoerd). Vijf van haar andere boeken bereikten de finale van de RITA Award. Haar werk werd in meer dan vijfentwintig talen vertaald en in vele landen gepubliceerd, waaronder Duitsland, Frankrijk, Spanje, Noorwegen, Polen, het Verenigd Koninkrijk, Japan en Nederland.

31 oktober 2015

Oudejaarsnacht (nieuws, 2015)



HERCULE POIROTPRIJS NAAR PATRICK CONRAD

Patrick Conrad, auteur van Moço, heeft vandaag de achttiende Knack Hercule Poirotprijs gewonnen. Hij droeg deze prijs op aan recensent Fred Braeckman, de dit jaar overleden drijvende kracht achter de onderscheiding. 
Conrad kreeg vandaag de prijs op de openingsdag van de Boekenbeurs uit handen van de acteur Herbert Flack, alias commissaris Van In uit de misdaadserie Aspe.
De Knack Hercule Poirotprijs bekroont jaarlijks het beste Vlaamse misdaadverhaal. Patrick Conrad krijgt een cheque van 5000 euro en een Mont-Blancpen Leo Tolstoy, limited edition.

De jury selecteerde de winnaar uit een shortlist van vijf boeken. De winnaar van vorig jaar, Toni Coppers, kaapte deze keer de publieksprijs weg met De vleermuismoorden.

Moço is het tragische verhaal van verloren familiebanden en de ondergang van idealen. Beroepsfotograaf Harry Kramer is gespecialiseerd in morbide foto's, die hij aan het sensatieblad Shock slijt. Het is oudejaarsnacht vlak voor de millenniumbug kan toeslaan in 2000. Hij draalt om het verplicht bezoek aan zijn moeder te brengen. Maar groot is zijn verrassing als hij op de stoep het lijk van zijn moeder aantreft. Gevallen of geduwd uit het raam? En waarom is een schilderijtje van Permeke verdwenen uit haar flat ? En waarom verdwijnt plots ook Moço, een zwerver die tegenover de flat kampeerde in een parkje ?

De zoektocht naar het verleden van zijn kille, spilzieke, en overspelige moeder brengt tal van onthullende verrassingen mee, zeker in Kafee Atlas aan de Antwerpse Kaai.

De ongeschreven regel dat geen enkele auteur voor de tweede keer de Hercule Poirotprijs wint, is ook dit jaar niet overtreden. Conrad was vier keer eerder genomineerd voor de prijs, maar mocht hem nog niet eerder mee naar huis nemen.

Bron: Knack

27 oktober 2015

Bloemenzee (nieuws, 2015)

CORINE HARTMAN BASEERT NIEUWE THRILLER OP FAMILIEDRAMA

Nederland telt elk jaar zo'n veertig partnerdodingen. De afgelopen tien jaar hebben ruwweg 250 kinderen hierdoor een biologische ouder verloren. Corine Hartman baseert haar nieuwe thriller Een vlaag van waanzin op een dergelijk, waargebeurd familiedrama.


Een vlaag van waanzin verschijnt niet bij Karakter, waar Hartmans eerdere thrillers, waaronder de Jessie Haider-reeks, werden uitgebracht. Het nieuwe boek komt in februari 2016 uit bij Cargo, de uitgever die Hartmans coproductie Doodskopvlinder met Tomas Ross publiceerde.

Het verhaal: Voor de buitenwereld vormen ze een perfect gezin: Anthonie en Romée van Baerle en hun drie kinderen. Ze wonen in een villa met een zwembad. Hij is een succesvolle ondernemer, zij een toegewijde yogalerares. Maar dan krijgt Anthonie van zijn vrouw te horen dat ze hem gaat verlaten. Romée is verliefd op een ander en wil een tijdje op zichzelf gaan wonen om afstand te nemen. Diezelfde nacht vermoordt Anthonie zijn vrouw. Een vlaag van waanzinvertelt zijn verhaal. En het hare.

Manuscript
En dan is er nieuws van Gouden Stropwinnaar Donald Nolet. Ruim tweeëneenhalf jaar na zijn winnende debuut Versleuteld, verschijnt in mei 2016 zijn nieuwe thriller Handschrift van de duivel.

Nolet verhaalt over de briljante jonge wiskundig Zina Welter, die zich heeft teruggetrokken uit de maatschappij. In haar afzondering is ze gefascineerd geraakt door het Voynich Manuscript, een eeuwenoud geschrift, geschreven in een onbekende taal. Zina begint te werken aan een algoritme, waarmee ze hoopt dit mysterie te kunnen ontcijferen. Op een bijeenkomst van Voynich-experts ontvouwt ze haar plannen. Vanaf dat moment wordt ze meegesleurd op een zoektocht die haar naar Rome, Wenen en uiteindelijk een verborgen tombe in Praag leidt.

Concentratiekamp op Vlieland (nieuws, 2015)


LIJFSTRAFFEN OP HET BINNENHOF

In de thriller Verweesde kudde is het schrikbeeld dat Geert Wilders de Nederlander graag voorspiegelt, waarheid geworden. De samenleving is geïslamiseerd. Toch is zijn boek niet bedoeld om expliciet te wijzen op eventuele gevaren van de islam of andere godsdiensten, benadrukt schrijver Ronald A.R. Aarsen.


Verweesde kudde speelt zich af in het Nederland van 2035. De westerse samenleving is geïslamiseerd en de bevolking heeft zich apathisch bij de situatie neergelegd. Koninklijke erfopvolging is uit de grondwet geschrapt, de Oranjes zijn naar Argentinië vertrokken en Nederland is een republiek. De sharia is ingevoerd en tegenstanders van de machthebbers kunnen rekenen op lijfstraffen, uitgevoerd op het Binnenhof, of verdwijnen naar een geheim concentratiekamp op Vlieland.

Dit is het decor van de thriller Verweesde kudde van Ronald A.R. Aarsen, gepensioneerd ambtenaar van de Diplomatieke Dienst. Het boek is maandag 26 oktober verschenen.

In het verhaal wordt diplomaat Alex van Heert teruggeroepen uit het buitenland en krijgt hij de opdracht om illegale groepen die een afwijkende mening hebben op te sporen. Hij heeft zich in de tussentijd echter al bij een van die clubs aangesloten. Een nog dieper verborgen gezelschap bestaat uit leden van de regering en kopstukken uit de autochtone bevolking. Zij willen samenwerken om moslims en christenen nader tot elkaar te brengen. Het hoofd van de veiligheidsdienst heeft echter zo zijn eigen agenda. Hij wil ook de groepen opsporen, maar slechts met het doel ze te vernietigen. Van Heert raakt verzeild tussen twee vuren.

Schrijver Ronald A.R. Aarsen (1940) was vanaf 1967 werkzaam op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Later was hij plaatsvervangend Kanselier en financial controller op diverse ambassades, voornamelijk in Afrika. 'Dit boek is niet bedoeld om expliciet te wijzen op eventuele gevaren van de islam of andere godsdiensten', benadrukt de auteur. 'Wel laat het zien wat er zou kunnen gebeuren wanneer massa-immigratie niet gepaard gaat met integratie in bestaande samenlevingen. Dus wanneer gescheiden bevolkingsgroepen ontstaan die naast elkaar leven in plaats van met elkaar, waardoor radicale elementen kunnen floreren.' Verweesde kudde wordt op de markt gebracht door uitgeverij Village, een imprint van Van Dop Uitgevers.

Van Aarsens hand verscheen eerder De kanselier, waarin hij gebeurtenissen in de diplomatieke dienst beschrijft, die hij typeert als 'een nomadische tocht van 40 jaar'. Niet alleen wordt het leven en werken op Nederlandse ambassades in onder andere Duitsland, Indonesië en Kenia beschreven, ook komen diverse misstanden aan bod.

Koude onderkant (nieuws, 2015)


DEBUUTPRIJS VOOR ILSE RUIJTERS

Schrijfster Ilse Ruijters uit Almere heeft zondag 25 oktober de Hebban Thriller Debuutprijs 2015 in ontvangst genomen voor haar thriller De onderkant van sneeuw. Ze kreeg de Award uitgereikt door Bronja Hoffschlag, winnares van de vorige editie.

De prijsuitreiking vond plaats tijdens het Nederlands Thrillerfestival in Zoetermeer. De thrillerdebuutprijs werd in 2013 door hoofdredacteur Sander Verheijen in het leven geroepen en betekende de eerste lezersjuryprijs van thrillersite Crimezone.

Ruijters winnende boek verscheen in september 2014 bij The House of Books. De thriller vertelt het verhaal van Irene die de driejarige peuter Maja doodreed. Irene dreigt kopje onder te gaan in een immens schuldcomplex en lijkt zichzelf gek te maken; of doet iemand anders dat?

Eerdere winnaars van de Hebban Thriller Debuutprijs waren Arjen Lubach (IV, 2013) en Bronja Hoffschlag (De dode kamer, 2014). De andere genomineerden voor de prijs van deze editie waren Chantal van Mierlo met De nummers, Eva Monté (Te koop),  Bianca Nederlof (Ongrijpbaar), René van Rijckevorsel (Tunis) en Arjan Hoks met De verloren dochters.

Thrillerveteraan René Appel nam de Gouden Vleermuis in ontvangst uit handen van Ria Oostrop, voorzitter van het festival. De oeuvreprijs werd voor de derde keer uitgereikt. De eerste was voor Charles den Tex. Vorig jaar werd Tomas Ross gehuldigd voor zijn bijdrage aan de Nederlandse misdaadliteratuur.

(Bron: Hebban.nl)

18 oktober 2015

Vechten om vertaalrechten (nieuws, 2015)

ONVERWACHT THRILLERSUCCES VOOR ROEMEENSE JOURNALIST

De in Roemenië geboren Eugene Chirovici vestigde zich drie jaar geleden in Groot-Brittannië. Nu staat zijn eerste in het Engels geschreven thriller op het punt een internationaal succes te worden.


Eugene Chirovici
De misdaadroman The Book of Mirrors heeft de aandacht getrokken van uitgevers in 23 landen. Vertaalrechten worden aan de lopende band verkocht. Eugene Chirovici (51), die in de plaats Reading woont, publiceerde de afgelopen twee decennia tien literaire thrillers in zijn geboorteland. Maar de markt daar is te klein om er een redelijk belegde boterham mee te verdienen. Chirovici werkte er dan ook als journalist. Maar nu wacht hem een voorschot van zeven cijfers voor de komma met dank aan de contracten die inmiddels gesloten zijn.

'Ik weet niet zeker of ik me wel realiseer wat er gebeurt', aldus de schrijver in The Guardian. 'Het is overweldigend en onverwacht.'

De auteur, die onder de naam E.O. Chirovici schrijft, had bij het eerste Britse literaire agentschap waarnaar hij zijn manuscript stuurde, meteen succes. Daarvoor was hij afgewezen door zes Amerikaanse literaire agentschappen. 'In hun brieven schreven ze niet waarom', aldus Chirovici. Zijn agent begon drie weken gegadigden te zoeken voor The Book of Mirrors. Binnen drie uur had hij een Italiaanse uitgever gevonden, terwijl elf Duitse uitgeefhuizen vochten om de vertaalrechten.

Een uitgever beschrijft The Mirror of Books als een kruising tussen De verborgen geschiedenis van Donna Tartt en De schaduw van de wind van Carlos Ruiz Zafón. Het boek speelt zich af in deze tijd, maar gaat over een moord op een charismatische hoogleraar aan Princeton University in de late jaren tachtig van de vorige eeuw. Een literair agent in New York ontvangt een onvolledig manuscript van een boek, genaamd The Book of Mirrors. Het is geschreven door een man die destijds student was aan de universiteit. In het manuscript heeft hij een aanwijzing naar de moordenaar 'verstopt'. De schrijver overlijdt voordat de literaire agent meer over hem te weten kan komen. De agent vervolgens op zoek naar de waarheid achter de moord.

Chirovici kwam naar Groot-Brittannië omdat zijn zoon kon gaan studeren aan de universiteit van Cardiff en zijn vrouw een aanbod had gekregen om er als financieel analist te gaan werken. 'Het is de bedoeling dat ik fulltime schrijver word', aldus Chirovici.

(Bron: The Guardian)

Max van Olden (interview, 2015)

'GRISHAM IS EEN REUS'

Vers van de pers ligt 'Lieve edelachtbare' in de winkel, het thrillerdebuut van advocaat Max van Olden (1973). Zijn uitgever noemt hem de Nederlandse John Grisham. Een kennismaking in twaalf vragen.


(Door Peter Kuijt)


Voor de thrillerlezer, die - hopelijk - niet al te vaak met rechtszaken te maken heeft, ben je (nog) een onbekende. Zou je je in het kort aan de lezer willen voorstellen?

Max van Olden: 'Ik ben geboren in Zevenaar, heb rechten gestudeerd in Nijmegen en woon alweer vijftien jaar in Amsterdam, waar ik ook werk als advocaat. Al vanaf mijn jeugd lees ik veel, als klein jongetje was ik kind aan huis in de bibliotheek. Op de middelbare school klaagde iedereen steen en been over de twintig boeken die je op je lijst moest hebben, maar op die van mij stonden er meer dan veertig. Ik vond en vind lezen een erg prettig tijdverdrijf. Na mijn rechtenstudie ben ik ook gaan schrijven.'


We begrijpen dat je als advocaat gespecialiseerd bent in portret- en auteursrecht. Heb je in jouw praktijk weleens zaken meegemaakt die betrekking hadden op (al dan nog niet) gepubliceerde misdaadromans?
'In mijn eigen praktijk heb ik dat nog niet meegemaakt. Er zijn wel verschillende procedures gevoerd over de Endstra-tapes met de discussie op hoog academisch niveau of er auteursrechten rusten op de gesprekken met vastgoedondernemer Willem Endstra. Die gesprekken, die in boekvorm werden uitgegeven, waren opgenomen op de achterbank van een politieauto. Voor een auteursrechtjurist en boekenliefhebber als ik was dat natuurlijk een prachtzaak om te volgen.'


We lezen dat jouw interesse ligt in de hoek van ‘onrechtmatige (pers)publicaties’. Welke zaken heb je zoal op je bordje gekregen?
'Jaren geleden haalde een zaak die ik voor een arts behandelde de voorpagina's van de landelijke dagbladen. Het ging om de inmiddels overleden Haagse arts dr. Sickesz, van wie werd gezegd dat ze aan kwakzalverij deed. Ik heb het hoger beroep in die zaak gedaan bij het hof, en met succes. Er moest een rectificatie komen. Helaas is de uitspraak later vernietigd door de Hoge Raad, maar ik vond het één van de interessantste zaken die ik ooit heb gedaan. Verder sta ik regelmatig mensen en bedrijven bij die, al dan niet met gebruik van een verborgen camera, in consumentenprogramma’s als Kassa en Radar te zien zijn geweest, en heb ik een religieuze organisatie en verschillende schrijvers bijgestaan.'


Waarom heb je gekozen voor het schrijven van een thriller en niet voor een non-fictieboek? Jouw boek gaat immers over 'chantage en machtsmisbruik binnen het Nederlandse rechtssysteem'.
'Dat is heel eenvoudig: in fictie kun je alles naar je hand zetten. Je kunt de verhaallijnen, de personages en de settings uitdenken en de spanning optimaal doseren. Bovendien vind ik het leuk om een vleugje entertainment aan het verhaal toe te voegen, een lichte toets. Die vrijheid is fantastisch. Non-fictie kan ook heel spannend zijn, maar dan ben je gebonden aan de feiten en dat ligt me wat minder.'


Hoe ben je op het idee voor Lieve edelachtbare gekomen? Is het verhaal wellicht gebaseerd op een ervaring uit de beroepspraktijk? Kunnen sommige personen zich in de karakters herkennen?
'Het verhaal is honderd procent fictie. Ik heb het bedacht toen ik me realiseerde dat er in het strafrecht interessante, onzichtbare muren staan tussen de drie partijen: de rechterlijke macht, de advocatuur en het Openbaar Ministerie. Dat is dramatisch gezien een mooi gegeven en aangezien ik al een tijd een boek wilde schrijven ben ik daarmee aan slag gegaan. Toen ik eenmaal had besloten welke van die muren ik wilde afbreken kwam ik snel tot een idee. Mocht iemand zich overigens wél in een van de twee hoofdpersonages uit mijn boek herkennen dan raad ik diegene dringend aan alvast een goede advocaat te nemen…'


Hoelang heb je aan het boek gewerkt?

'Ik schreef na het avondeten steeds een paar uur en in het weekend. Toen het manuscript al in een vergevorderd stadium was, heb ik ook een hele week in mijn eentje in een bungalow zitten werken. Dat was geweldig. Het huisje stond in de bossen en als ik over mijn laptop heen keek, zag ik spechten en eekhoorns in de bomen zitten. Het hele traject, van eerste idee tot boekpresentatie, heeft een kleine twee jaar geduurd.'


Hoe is het schrijven überhaupt bevallen? Een ervaring in de categorie ‘eens maar nooit weer’ of smaakte het juist naar meer?
'Het is mij zeer goed bevallen. Als ik de betreffende scène al goed in mijn hoofd had, kwamen de zinnen soms bijna vanzelf op het scherm te staan. Dat was een verrassende ervaring. Natuurlijk ging het niet altijd zo gemakkelijk. Ik heb het manuscript ook weleens een paar weken laten liggen omdat ik vastzat. Toch kwam ik er altijd weer uit. Verder heb ik een goede redacteur die de zwakke plekken kon aanwijzen. Het schrijven smaakt dus zeker naar meer.'


Jouw uitgever stelt dat je ‘de Nederlandse John Grisham’ bent. Wat vind je van deze Amerikaanse bestsellerauteur?
'Grisham is een reus. Zijn plots zijn geweldig, er zit een enorme stuwende kracht in zijn verhalen. Ik lees zijn boeken graag.'


Kun je ook aangeven wat Grishams plus- en minpunten zijn?
'Ik heb een aantal van zijn klassiekers gelezen: De advocaat van de duivel, De getuige, De cliënt en een paar minder grote titels. Zoals gezegd; de verhalen zitten erg goed in elkaar, je wilt blijven doorlezen en dat is toch een van de belangrijkste kwaliteiten van een thriller. Als ik een minpunt moet noemen dan vind ik dat zijn personages soms wat eendimensionaal overkomen. Die zouden wat mij betreft beter mogen worden uitgewerkt.'


Wie zijn jouw favoriete thrillerauteurs?

'Die vraag trek ik graag wat breder, naar spannende boeken in het algemeen want dat is wat ik meestal zoek in een boek: suspense in combinatie met originaliteit. Er hoeft voor mij namelijk echt geen lijk gevonden te worden op de eerste pagina en er hoeft ook niet per se ‘thriller’ op het omslag te staan. Ik kom dan uit op de volgende auteurs: Stephen King (Misery, De shining), Tim Krabbé (Het gouden ei), Patrick Süskind (Het parfum), John Grisham (De getuige, Advocaat van de duivel), Saskia Noort (De eetclub), Elvin Post (Roomservice, Dame blanche), Michael Berg (Heller) en S.K. Tremayne (IJstweeling).'


De Amerikaanse advocaat Phillip Margolin, die later een succesvol thrillerauteur werd, zei ooit in een interview dat hij als advocaat liever geen onschuldige cliënten had. ‘Dat is het ergste dat je als strafpleiter kunt meemaken. Als jouw verdachte schuldig is en je verliest de zaak, kun je je nog troosten met de gedachte: tja, hij deed het toch. Maar als je dat overkomt bij een onschuldige cliënt, is dat onvergeeflijk. Er staat dan ook een ongelooflijke druk op je. Je mag de zaak gewoon niet verliezen.’ Wat vind je van die uitspraak?

'Natuurlijk is het verschrikkelijk als een onschuldige cliënt in de gevangenis belandt. Maar als advocaat kun je bijna nooit zeker weten of je cliënt de waarheid spreekt, je bent immers niet bij het delict aanwezig geweest. Een gevoel van onrechtvaardigheid is dan dus vooral gebaseerd op intuïtie.
Is er wél onweerlegbaar bewijs van zijn of haar onschuld – wat niet snel het geval zal zijn – dan mag je als advocaat inderdaad niet verliezen. Toch zal het OM ook de nodige druk ervaren, want de officier van justitie ziet de vrijspraak natuurlijk al aankomen.'


Als advocaat heb je jaren geleden voor een cliënt geprobeerd een boek over een evangelist te verbieden. Hoe sta je als schrijver in het algemeen tegenover pogingen om de verschijning van een boek te verhinderen?

'Als schrijver? Nou, de vrijheid van meningsuiting is in Nederland – gelukkig – een groot goed. Er moet daarom heel wat aan de hand zijn voordat een boek door een rechter wordt verboden. Dat neemt echter niet weg dat schrijvers van non-fictie hun huiswerk goed moeten hebben gedaan voordat de drukpersen gaan draaien; voor ernstige beschuldigingen moet immers een deugdelijke feitelijke onderbouwing bestaan.

Bij fictie geldt dat herkenbaarheid nog weleens tot geschillen leidt. Als romanpersonages te duidelijk zijn te herleiden tot bestaande personen en deze bijvoorbeeld worden geschoffeerd, kan de publicatie onrechtmatig zijn. Maar zaken waarin de uitgave van een roman door een rechter is verboden zijn op één hand te tellen. Excuses, nu heb ik de vraag toch als advocaat beantwoord.'

(copyright foto auteur: Lawrence Mooij)

Boekje open (nieuws, 2015)

LE CARRÉ ONTHULT SPIONAGETRUCS IN MEMOIRES

Oud-medewerker van de Britse geheime dienst en bestsellerauteur John le Carré brengt komend jaar zijn memoires uit. Daarin opent hij deuren die voor normale stervelingen doorgaans gesloten blijven.


The Pigeon Tunnel is de titel van de memoires die John le Carré in september 2016 op de markt brengt. In het boek, dat Stories from my life als subtitel heeft, openbaart de voormalig agent van MI5 en MI6 ervaringen uit zijn spionnenleven, waarop sommige van zijn thrillers zijn gebaseerd.

'Komende uit een geheime wereld heb ik geprobeerd een theater op te zetten voor de grotere wereld waarin we leven', schrijft Le Carré in het boek. 'Eerst komt de fantasie, daarna de zoektocht naar de werkelijkheid. Vervolgens gaan we weer terug naar het imaginaire en dan naar de schrijftafel waaraan ik zit.' Volgens uitgeverij Penguin Random House is The Pigeon Tunnel Le Carré's eerste non-fictie boek. 'Het is een opwindende reis naar de wereld van 'de geheimendelers' - de mannen en vrouwen die de inspiratie vormden voor zijn boeiendste spionageromans', aldus de uitgever.

Naast memoires van John le Carré, pseudoniem van David Cornwell, zelf staat er ook een biografie van de schrijver op stapel. In november verschijnt John le Carré, the biography, geschreven door Adam Sisman bij uitgeverij Bloomsbury.

(Bron: The Guardian)