31 juli 2022

Afgunst, woede en wraak (nieuws, 2022)

Inleveren manuscript kost Loes den Hollander geld




Doorgaans slaken auteurs een zucht van verlichting als ze hun nieuwe boek hebben voltooid. Zo niet, Loes den Hollander. Zij bericht hierover op Facebook.

Na haar autobiografische boek Altijd nooit meer over het verlies van haar man Harry, zette bestsellerauteur Loes den Hollander zich weer aan het schrijven van een thriller. Dat boek verschijnt op 11 oktober bij De Crime Compagnie en heet De heks in mij.

Haar nieuwe thriller gaat over afgunst, woede en wraak. Kaia, Jill en Wies hebben één vurige wens gemeen: moeder worden. Dat lijkt niet voor alle drie weggelegd te zijn, twee van hen moeten hun grote verlangen loslaten.

Zo’n teleurstelling doet iets met een vrouw. Het veroorzaakt verdriet, maar ook afgunst, woede en soms zelfs wraakgedachten. Maar wat als je ruimte geeft aan die gevoelens? Wat als je de heks in jou tevoorschijn laat komen en niemand meer veilig is?

Eergisteren rondde Den Hollander de eerste versie af van De heks in mij. 'Het document is nog twee dagen van mij alleen, als ik mijn eigen redactie doe', laat ze weten. 'Dan gaat het naar de manuscriptbeoordelaar, dan is het definitief geen soloproject meer.' Van elk boek las ze de laatste zinnen altijd voor aan haar man Harry. 'Dat heb ik nu wéér gedaan. Ergens luistert hij.'

Vandaag is het manuscript naar de beoordelaar gestuurd. 'Wat zal ik nu eens gaan doen met mijn leven?', vraagt ze zich vertwijfeld af. Ze verzucht: 'Dit gaat weer geld kosten.' 

Loes den Hollander is een echte thrillerkoningin, aldus haar uitgeverij De Crime Compagnie. Ze heeft tientallen titels op haar naam staan. Van haar boeken zijn ruim 1 miljoen exemplaren verkocht. De schrijfster ontving tijdens het Thrillerfestival in Zoetermeer De MAX Gouden Vleermuis 2021 voor haar hele oeuvre.

30 juli 2022

Wordt verwacht 526 (nieuws, 2022)

Een gezin in verval




Bij uitgeverij Cargo verschijnt op 8 september de thriller Iedereen liegt van de Zweedse schrijfster Camilla Grebe, tweevoudig winnaar van de Glazen Sleutel. Over een stiefdochter in de puberteit en een liefhebbende echtgenoot. Of toch niet. 

Maria Foukara leidt een gelukkig leven met haar zoon, en sinds kort met haar geweldige nieuwe liefde Samir en zijn tienerdochter Yasmin. Als op een koude decembernacht Yasmin ineens spoorloos verdwijnt, denkt de politie in eerste instantie aan zelfmoord.

Maria weet niet goed wat ze met de situatie aan moet. Haar stiefdochter was niet makkelijk, maar was dat niet gewoon de puberteit? Hoe kan ze zomaar zijn verdwenen?

Wanneer Samir wordt opgepakt op verdenking van moord op zijn dochter, is Maria totaal van
slag. Heeft Samir zijn dochter uit eerwraak vermoord? Getuigen vertellen dat Yasmin slachtoffer zou zijn van lichamelijk misbruik, en langzaam ontstaan twijfels bij Maria of de dood van Yasmins moeder en zus, jaren geleden, werkelijk het gevolg van een auto-ongeluk was.

Is Samir niet de liefhebbende echtgenoot en vader die Maria dacht dat hij was, maar een gewelddadige man die het niet kon verdragen dat zijn dochter verkering met een Zweedse jongen had? Gewelddadig genoeg om een moord te plegen?

Camilla Grebe (1968) is de eerste vrouwelijke Scandinavische thrillerauteur die voor haar werk twee keer de Glass Key Award ontving. Alleen Stieg Larsson en Arnaldur Indridason gingen haar voor. Grebe heeft inmiddels vier internationaal succesvolle solothrillers op haar naam staan. Grebe was de oprichter van een luisterboekfirma en schreef met haar zus Åsa Träff enkele thrillers rond de psychologe Siri Bergman. Ze woont met haar man en twee kinderen in Portugal.

29 juli 2022

Gesignaleerd 558 (nieuws, 2022)

Peter Römer - De Cock en een dodelijk spel. Baantjer 91  



Bij uitgeverij De Fontein verschijnt op 2 augustus het 91ste deel in de reeks rond de Amsterdams bekendste rechercheur: De Cock en een dodelijk spel. 'Een heerlijk boek met een actueel thema!, aldus de uitgeverij. Hoe een partijtje tennis fataal kan aflopen.

De Cock wordt opgeschrikt door de dood van de jonge tennisspeler Daniël Sanders, die vermoord is aangetroffen in een sportschool op de Wallen.

 Deze Daniël blijkt een talentvolle speler te zijn geweest, die na zijn jonge jaren op de Amsterdamse tennisclub GSM, meedraaide in het harde profcircus.

Tijdens het onderzoek blijkt deze vriendelijke jongen echter ook een duistere kant te hebben, en naarmate het onderzoek vordert ontdekken De Cock en Vledder dat de tennisprof onderdeel lijkt te zijn van een sinister spel...

Appie Baantjer, een van 's lands populairste auteurs heeft rechercheur De Cock onsterfelijk gemaakt. Auteur en acteur Peter Römer heeft na het overlijden van Baantjer in 2010 de 'De Cock'-reeks voortgezet met nieuwe delen. Alle delen uit de reeks zijn leverbaar als boek en als e-book.

28 juli 2022

Een partij serieus (column, 2022)


Humor




(Door Peter de Zwaan)

In een week tijd: Rinus Ferdinandusse en Felix Thijssen. Leden van de oude garde die bekend werden toen alle misdaadschrijvers nog met gemak in een café konden om wat te drinken, een beetje ruzie te maken (soms ging iemand te water) en vast te stellen dat het met de Nederlandse misdaadliteratuur nooit wat zou worden. Het leek even goed te komen toen in 1986 de Gouden Strop werd ingesteld, maar na vijftien jaar bleek dat een misverstand.

Gelachen werd er ook veel op die jaarlijkse bijeenkomsten, maar er was maar een klein groepje dat vond dat humor in boeken ook kon. Ferdinandusse en Thijssen hoorden daarbij.

Ik heb niet alle boeken van alle schrijvers gelezen dus ik hou een slag om de arm, maar hoe diep ik ook ga: tot meer dan vijf kom ik niet. Henk Oolbekkink hoort bij die vijf en vrijwel niemand weet nog dat hij er was.

Drie van de vijf dood, nog twee te gaan en dan is het gedaan met de humor in de misdaadboeken. Dan zijn er alleen nog schrijvers die zeggen dat ze zich bezig houden met misdaad en dat misdaad niet, eh, om te lachen is.

Tientallen keren heb ik dat gehoord, honderden. Vooral van vrouwen, want die zijn me toch een partij serieus als het om moord en doodslag gaat, geen glimlach kan er af. Behalve dan bij Janet Evanovich, maar ik heb het nu over Nederlanders en doe de Belgen er maar bij.

In de tijd dat ik lezingen gaf, kwam het onderwerp met regelmaat ter sprake. Of nee, niet liegen nou: bracht ik het met regelmaat ter sprake. Want het gaat me aan het hart, dat gemis aan humor.

Een seriemoordenaar, schiet die echt nooit in de lach? Heeft die echt geen enkel gevoel voor humor? Maakt hij nooit een opmerking waar de man op de barkruk naast hem bier door over de toog sproeit? Een oplichter: altijd maar serieus? Als ik oplichter was en het lukte, dan zou ik elke dag beginnen met een kwartiertje schateren: wat had ik ze gisteren weer te pakken en wie zal ik vandaag te grazen nemen.

Ik heb waardering voor schrijvers die vinden dat het hun taak is om te laten zien dat niet alles in de wereld van de misdaad kommer en kwel is en dat het geen kwaad kan situaties te bedenken en dus te beschrijven waarin ernst net dat absurde randje heeft waardoor een lezer in een grinnik schiet. Hij, lezer, is die bloedserieuze halsafsnijder niet, hij is iemand die, badend door het bloed, een lach laat horen als de overijverige inspecteur uitglijdt en op zijn kont valt.

Ferdinandusse en Thijssen konden scènes met een grappig randje bedenken en zo opschrijven dat je als het ware met ze meelachte, want reken maar dat ze zelf zaten te grinniken toen ze het optikten. Thijssen was wat verfijnder, Ferdinandusse een beetje meer gericht op het komische.

Fijn lezen was dat, vond ik en het heeft me altijd verbaasd waarom er zo weinig jury’s zijn die het een moer kan schelen of een boek is geschreven met een pen (‘fijn pennetje’ zou ik zeggen als ik van clichés hield) of met de achterkant van een boomtak.

'Als het maar spannend is', bijna elk jaar is er wel een jurylid of drie die dat zegt. En humor en spanning verdragen elkaar niet, humor slaat spanning dood. Dat heb ik horen beweren door juryleden, door bibliothecarissen en door collega-schrijvers, maar dat waren dan wel schrijvers die je moet lezen als je naar bed gaat: slaap je sneller.

27 juli 2022

Zijn eigen oog (nieuws, 2022)


Schrijver Felix Thijssen overleden




Misdaadauteur Felix Thijssen is dinsdag 26 juli 2022 overleden op ‘zijn’ tempeliersvesting La Garde’ in het Franse St. Germain de Calberte. Daar woonde hij sinds midden jaren tachtig, samen met zijn echtgenote Fé Mylène. De schrijver is 88 jaar geworden.

Felix Thijssen (Rijswijk, 1933) werd geboren uit een geslacht van journalisten, avonturiers, notarissen, kunstenaars en globetrotters. Hij was lange tijd één van Nederlands bekendste thrillerauteurs. In 1999 won hij met Cleopatra (het eerste Max Winter mysterie) de Gouden Strop, de prijs voor de beste Nederlandse misdaadroman. In 2006 ontving Felix Thijssen voor Het diepe water de Diamanten Kogel, de Belgische prijs voor de beste misdaadroman. In de Max Winter serie zijn elf delen verschenen.

Thijssen schreef echter niet alleen thrillers. Hij begon zijn schrijversloopbaan als auteur van jeugdboeken, die hij publiceerde onder de pseudoniemen Ruard Lanser en Philip van Akooy. Vervolgens schreef hij sciencefictionromans rond het personage Mark Stevens en een aantal thrillers rond het personage Charlie Mann.

Zijn eigen jeugdervaringen vormden de basis voor
Onder de spekboom, een literaire autobiografie. Verder schreef hij scenario’s voor televisieseries en speelfilms als Bureau Kruislaan, Unit 13, Iris, Help de dokter verzuipt! en Wildschut.

Felix Thijssen is een van de oprichters van het Genootschap van Nederlandstalige Misdaadauteurs. In een interview naar aanleiding van het winnen van de Diamanten Kogel zei hij: 'Ook zo’n vraag die mensen stellen: Max Winter ben je dat zelf? Natuurlijk ben ik dat niet, maar vooral ook wél, want de schrijver kan niet anders dan zichzelf uitdrukken, hij heeft alleen maar zijn eigen geschiedenis, en zijn eigen oog. In de Talmoed staat het precies goed: ‘We zien de dingen niet zoals ze zijn, we zien dingen zoals wij zijn’.'

Over de staat van de Nederlandse misdaadliteratuur was Thijssen niet altijd even positief. In een interview met de Volkskrant uit 2008 zei hij dat meer dan de helft van de Nederlandstalige misdaadboeken 'in allerlei opzichten' onder de maat is. 'Elke krakkemikkig schrijvende René Appel-epigoon, die zijn karakters opzadelt met vage lustgevoelens voor de buurvrouw in de aangrenzende doorzonwoning in plaats van zich efficiënt bezig te houden met de vermoorde bankier, heeft nu onverhoeds een psychologische thriller gebaard.'

Thijssen zei zich ook groen en geel te ergeren aan de hype om op elke thriller het etiket '
literair' te plakken. 'In Amerika staat op een boek van Michael Connelly gewoon 'a novel'. Die toevoegingen zijn flauwekul.'

De schrijver vond dat een thriller aan dezelfde kwaliteitseisen moet voldoen als andere literatuur. Hij is kieskeuriger geworden, zeker met de taal. 'Ik kan heel geïrriteerd raken van een zin als '
snel klikte ik de deur open'. Dat moet zijn: 'ik klikte de deur open'. Of als er bijvoorbeeld een zin eindigt met 'zei ze fel'. Dat 'fel' moet weg. Uit de omstandigheden of uit de dialoog moet blijken welke stemming er is.' Ook verafschuwt Thijssen onbegrijpelijke uitlatingen. ,,Een collega schreef eens: 'het uitzichtloze vergezicht'. Dat ontgaat veel mensen. Maar ik zou bij god niet weten wat uitzichtloze vergezichten zijn.'

In 2018 verscheen bij uitgeverij Boekscout de thriller Moordfilm, een van de laatste publicaties van Thijssen. Eigenlijk was het boek een coproductie. Het verhaal is bedacht door de in 1939 geboren Wim 'Bill' van Roosmalen, oud-directeur/grootaandeelhouder van het filmverhuurbedrijf Gofilex. Schrijven was zijn hobby. Van zijn hand verscheen de biografie Mijn leven met film. De publicatie van Moordfilm was een droom van Van Roosmalen, maar die heeft hij  niet zien uitkomen. Hij overleed in 2012. Thijssen die bevriend was met de filmdistributeur, heeft de misdaadroman voltooid. Het verhaal speelt zich af in de filmwereld.

Zie voor uitgebreide bibliografie: http://www.felixthijssen.com 

(met dank aan Jos van Cann)


24 juli 2022

Srillerschrijver (nieuws, 2022)

Rinus Ferdinandusse (foto uit 2001)

Rinus Ferdinandusse overleden




Voormalig Vrij Nederland-hoofdredacteur en thrillerschrijver Rinus Ferdinandusse is zaterdag 23 juli op 90-jarige leeftijd overleden. Dat heeft zijn familie aan het persbureau ANP laten weten. Ferdinandusse gaf van 1969 tot 1991 leiding aan de redactie van Vrij Nederland en was initiator van de Detective & Thrillergids.

Rinus Ferdinandusse kwam in 1959 bij Vrij Nederland werken. Tien jaar later werd hij hoofdredacteur en groeide de populariteit van de krant. De hoofdredacteur bedacht onder meer de Detective & Thrillergids van VN, die uitgroeide tot een gevreesde scherprechter waarvoor misdaadauteurs sidderden en beefden. Na zijn afscheid als hoofdredacteur in 1991 bleef hij actief voor Vrij Nederland.

Ferdinandusse laat een oeuvre van 24 boeken na, voornamelijk misdaadromans. Een van zijn boeken, Naakt over de schutting (1966), werd in 1973 verfilmd door Frans Weisz. In 2001 werd hij gevraagd om het boekengeschenk te schrijven voor de Maand van het Spannende Boek. Dat werd de novelle Dovemansoren.

‘Rinus Ferdinandusse. Een goede vriend. En een voorvechter van het genre. Als criticus vind ik hem overigens veel te mild. Zeker wat betreft de Nederlandse misdaadliteratuur. Hij zou eens een keer iemand echt moeten afmaken. Dat kan helemaal geen kwaad. Zijn eigen boeken lijden aan te veel humor. Ik vind ze ook heel gedateerd, ze zijn op en top jaren zestig.’

Dat zei Tomas Ross ooit in de Parool-rubriek Op de klapstoel. Een vriend die zijn waarheid durft te zeggen. Een vriend ook die samen met je twee misdaadromans schrijft: De mannen van de maandagochtend in 2003 en Kidnap (2004). Deze thriller over de ontvoering van een industrieel was ook een van de laatste publicaties van Ferdinandusse. 

In 2008 gaat Ferdinandusse in VN nog eens goed los als hij een portret schetst van een behoorlijk hitsige en handtastelijke 
Ian Fleming, de geestelijk vader van James Bond. Dat was in de 29ste editie van VN’s Detective & Thrillergids, de roemruchte scherprechter in magazineformaat, die hij in 1980 lanceerde. Sindsdien is zijn naam niet meer in de gids gesignaleerd.

Hervormer
Marinus Daniel Ferdinandusse
 (Goes, 1931) is een van de belangrijkste hervormers van de Nederlandse misdaadroman. Eind jaren zestig en begin jaren zeventig schreef hij zogenoemde ‘srillers’ (een mengvorm van seks en thrillers), met in de hoofdrol de zzp’ende journalist Rutger Maria Lemming. 

De boeken droegen tot de verbeelding sprekende titels: Naakt over de schutting (over de illegale porno-industrie, 23 keer herdrukt en verfilmd), Zij droeg die nacht een paars corset (over een rechts complot tegen het huwelijk van prinses Beatrix en Claus von Amsberg), De brede rug van de Nederlandse maagd, En het hoofd werd op de tafel gezetDe bloedkoralen van de bastaard.

De srillers vielen op door de humor en niet zozeer door de plots. De speciale categorie van domme brigadiers in de boeken krijgt steevast namen van conservatieve politici zoals UdinkBiesheuvel en
Schmelzer.

Grappen
Deze eerste vijf boeken schreef Ferdinandusse als tijdverdrijf, zei hij in een interview met Het Parool. ‘Vroeger was ik in voor grappen.’ In 1983 verschijnt 
De haren van de vos, een thriller waarvan de plot was gebaseerd op de Lockheed-zaak, de smeergeldaffaire waarbij destijds prins Bernhard betrokken was. Dat boek bevat meer spanning en minder grappen. Ferdinandusse daarover: ‘Ik had nu geen zin om al te luchthartig te doen’, legde hij uit. 'Ik had ook meer tijd om te schrijven, hoefde het er niet tussendoor te doen. Ik wilde in ieder geval een plot maken. Ik heb zo lang als criticus over thrillers geschreven, dat ik nu zelf eens moest laten zien, dat ik wel degelijk een plot kan maken.’

In juni 1980 verscheen voor het eerst de door Ferdinandusse geïnitieerde jaarlijkse Detective & Thrillergids bij Vrij Nederland. Een keurkorps van recensenten hield en houdt nog steeds zonder aanziens des persoons de dan verschenen thrillers tegen het licht. Voor de gids bleef Ferdinandusse nog jarenlang bijdragen leveren, ook na zijn vertrek bij VN. ‘Ik heb altijd erg aardig over Nederlandse thrillers geschreven’, zegt hij begin jaren tachtig. ‘Als ik een boek heel slecht vond, besprak ik het niet. Ik heb meer voor een klimaat gezorgd, waarin de Nederlandse thriller kon gedijen. Er zijn een paar mensen die serieus over het genre schrijven. Ik denk, dat het klimaat beter is geworden.’

Dat was nog ver voordat schrijfsters als Saskia NoortSimone van der Vlugt en Esther Verhoef naar het grote publiek doorbraken met hun literaire thrillers. In de Crimezone Thrillerencyclopedie verhaalt Ferdinandusse hoe de vorming van de roemruchte gids tot stand kwam. ‘Op een redactievergadering kwam onze documentalist en thrillerschrijver Martin Koomen met het idee voor een lezersgidsje met de beste en leukste thrillers. Dat sprak me erg aan en VN had toen een aparte kleurenbijlage. De eindredactrice daarvan, Diny van de Manakker (overleden in 2008, pk) is daarna het hart en de motor van alle jaarlijkse gidsen geworden.'

Van meet af aan hanteerde de redactie van de VN-gids het befaamde maar ook vervloekte sterrensysteem. Ferdinandusse: ‘De gids heef er eveneens voor gezorgd dat de Nederlandse thrillerschrijvers in de belangstelling kwamen. Er werd vaak spottend gezegd dat de gids alleen bestond omdat het de hobby van de hoofdredacteur was – het grappige is natuurlijk dat het klopt - maar dat tegelijkertijd iedereen moest erkennen dat de gids zijn waarde elk jaar weer aantoonde.’

Eigen schrijvers eerst
In 1999 wordt Ferdinandusse benaderd door de Stichting CPNB met het verzoek om voor 2001 het geschenkboek voor de Maand van het Spannende Boek te schrijven. De boekpromotor was dat jaar eindelijk door de knieën gegaan voor de boze reacties dan wel smeekbeden van critici en vooral Nederlandse auteurs om eens voor ‘eigen schrijvers eerst’ te kiezen. In de jaren ervoor waren alleen maar buitenlandse auteurs uitgenodigd, zoals David BaldacciMinette WaltersJames EllroyElizabeth George, om maar een paar te noemen.

Ferdinandusse stemde toe en werd prompt in de zomer van 2001 door de CPNB in een reclamecampagne als de ‘godfather van het Nederlandse misdaadboek’ bestempeld. De schrijver vond die benaming onzin. ‘De CPNB was natuurlijk wel blij dat ze die term kon gebruiken, maar ze heeft hem wel zelf verzonnen. Het is voor een groot deel gebaseerd op wat ik deed voor de thrillergids.’

In de bewuste actiemaand verschijnt Dovemansoren, Ferdinandusses eerste fictieboek sinds De haren van de vos. In een interview met de krant Tubantia bekent de auteur dat het schrijven hem ontzettend is meegevallen. Het plezier om met woorden te spelen spat weer van de pagina’s. Neem bijvoorbeeld een prachtig allitererende zin als ‘driftig dubbelen doffers dakpansgewijs duiven’. ‘Ik ben altijd een woordspeler geweest’, zegt Ferdinandusse. ‘Maar mijn eerste boek durf ik niet meer te herlezen, omdat het verziekt is door dit soort grappen.’

Delfts blauw
In Dovemansoren is de hoofdpersoon een niet met naam en toenaam genoemde gepensioneerde hoofdcommissaris. De man, eigenaar van een grote collectie Delfts blauw (waaronder porseleinen handboeien), wordt weer aan zijn arbeidzame verleden herinnerd, als een infiltrante zijn hulp inroept. Ze is gewond en zal later bij hem thuis door bruut geweld aan haar einde komen. De Commissaris ziet het als zijn persoonlijke taak om de moord op de infiltrante te wreken. In Dovemansoren ziet Ferdinandusse kans om knipogen naar nieuwsontwikkelingen te verwerken. Zo bekritiseert hij de dan splinternieuwe Vinex-wijken en beschrijft hij de uitbundig verlopen uitvaart van een topcrimineel.

Zijn Detective & Thrillergids heeft veel effect gehad op de verkoop van misdaadliteratuur, is de stellige overtuiging van Ferdinandusse. ‘Schrijvers en uitgevers ontdekten: er is iets aan de gang. Mensen begonnen erover te praten. Ze belden met de vraag ‘welk boek moet ik meenemen op vakantie?’. Het schrijven over thrillers heeft er volgens mij wel toe geleid dat het publiek ze als normale boeken ging beschouwen. De planken in de boeken kast buigen nu door onder het gewicht van de thrillers. Vroeger durfde je ze niet aan de buitenwereld te tonen.’

Ferdinandusse hekelde in 2001 al de trend van de literaire thriller. Hij zou ook de eerste zijn geweest die het begrip 'literaire thriller' bedacht, in een recensie van het eerste boek van Nicci French. ‘Het is bijna extreem. Elk boek waar ook maar iets in gebeurt, heet nu ineens een thriller, het liefst met ‘literaire’ ervoor. (…) Ik denk dat nog wel eens wordt teruggegrepen naar de oude formule: boeken met één held. Ik hou van boeken waar de spanning voorp staat. Waar iemand, al deducerend en combinerend iets bedenkt waar jij als lezer nooit op zou komen. In het uitdenken van plots zoeken ze het tegenwoordig niet meer.’