22 november 2011

Wanda Reisel (interview, 2011)

'Áls je maar hard genoeg roept, komt de lawine vanzelf' 

De tiende van Wanda Reisel is een roman vol suspense. In Nacht over Westwoud schrijft ze over angst voor vreemdelingen. ,,Welvaart heeft geen gelijkheid gebracht, maar egoïsme.''

(Door Theo Hakkert)

,,We zitten hier goed'', vindt Wanda Reisel en dat is zelfs een understatement. De najaarszon staat laag, maar heeft kracht. Zo met de rug tegen het schuurtje is het goed toeven in het buitengebied van Holten. Aan de kim rijdt het verkeer over de A1, maar zo ver draagt het geluid niet. Het zou hier doodstil zijn, ware het niet dat een erf verderop de maïs van het land gaat.

Wanda Reisel is op bezoek bij een vriendin, haar oud-docente Nederlands ook, Agma Engelvaart. ,,Ik had Wanda in Amsterdam in de klas. Dat ze schrijfster zou worden wist ik niet, maar ze had toen al iets speciaals.''

Jaren later - in 1986 om precies te zijn - toen Agma Engelvaart inmiddels Nederlands gaf aan wat toen nog de Scholengemeenschap Holten heette, debuteerde Wanda Reisel met Jacobi's tocht, een bundeling van twee verhalen. Op het tuintafeltje verkeert haar tiende boek - de bundel met toneelwerk meegerekend - in het goede gezelschap van een schaaltje met pepernoten. Nacht over Westwoud is een roman met thrillerelementen. ,,Ik wilde nu eens een plotgedreven verhaal schrijven. Lekker lezen!''

Ze voert een waarnemend huisarts ten tonele, Levi Levi. ,,Waarnemend, ook letterlijk.'' Hij vervangt tijdelijk de huisarts van het vlekje Westwoud. Een niets-aan-de-handdorp, zou je zeggen. Maar het borrelt in de onderbuik. Westwoud heeft een schapenboer die populair is bij moslims. Voor het Offerfeest bestellen ze een schaap bij boer Lamberts en ze komen de dieren allemaal tegelijk ophalen. Eén dag per jaar wordt het dorp overspoeld door auto's.

Meer dan de bevolking aankan, zo blijkt. En dan wordt een dorpsdeerne ook nog zwanger van de enige moslimjongen in het dorp (een Koerd en geen moslim, maar weten zij veel?) - geheel vrijwillig en gepland, maar daar hebben de Westwouders geen boodschap aan. Criminaliteit in het dorp wordt de jongen in de schoenen geschoven. Waarna de waarnemend huisarts gedwongen wordt zijn passieve rol af te leggen. Spannend tot na het einde, waar een cliffhanger schreeuwt om een vervolg.

,,Dat wil ik graag schrijven. Veel lezers van het eerste uur hebben me de suggestie al aan de hand gedaan.'' Ze wrijft zich in de handen van voorpret.



Nacht over Westwoud is geen stijlbreuk in het werk van Wanda Reisel (Curaçao, 1955). Eerder laat de roman een nieuw facet zien van haar schrijven. Dit register bespeelt ze ook. Net zoals P.F. Thomése dat kan: elk boek in een andere stijl, met eenheid in de verscheidenheid. Ze knikt. ,,Als je twee lijnen kunt aanwijzen in mijn werk is dat aan de ene kant het psychologisch familiaire en aan de andere kant het politiek sociale. Ik heb nu voor het eerst een hechting tussen die twee weten te maken.''

Het begon, zegt ze, met het huidige tijdsgewricht. ,,Uit verontrusting over hoe een conflict van het ene op het andere moment kan omslaan. Over hoe snel en gemakkelijk we van mening veranderen en achter andermans mening aanhollen. Het is alsof mensen in een besneeuwd berglandschap moedwillig hard gaan roepen om zo een lawine te veroorzaken. Terwijl wij in het dal staan en rustig van onze glühwein drinken. We leven al zo lang beschermd dat iedereen denkt dat hen niks kan gebeuren, maar als je maar hard genoeg roept, komt de lawine vanzelf.''

De inwoners van Westwoud willen hun dorp beschermen tegen de invloed van buiten. Geen pottenkijkers, geen vreemdelingen. Een slagboom moet het de moslims onmogelijk maken hun schapen bij boer Lamberts op te halen.

,,Angst voor de vreemdeling zit ingebakken. Praatjes kunnen snel de ronde doen, zeker in zo'n dorp. We zijn zo weinig empatisch tegenwoordig. Je merkt dat de sfeer zó kan omslaan. Als de klep van de rancune open gaat...''

Op geraffineerde wijze heeft Wanda Reisel elementen uit haar directe omgeving verwerkt in Nacht over Westwoud. Voor de vergadering van verontruste dorpelingen heeft ze rijkelijk geput uit bijeenkomsten van de eigenarenvereniging van het woonblok in het Amsterdamse havengebied waar ze woont. ,,Je hebt al gauw te maken met een dictatuur van de meerderheid. Tegengeluiden worden niet op prijs gesteld of als cliché afgedaan. Of het geen idee zou zijn in de kale hal een kunstwerk te plaatsen. Als je ziet wat er dan aan briefjes met onfrisse boodschappen wordt opgehangen. Terwijl je denkt met redelijk intelligente mensen van doen te hebben.''

Zelf vindt ze het bijzonder dat er altijd water uit de kraan komt, en er elke dag post wordt bezorgd. Ze is ook van de generatie die had verwacht dat de bereikte welvaart en welzijn de mens socialer hadden gemaakt. Ze citeert Nobelprijswinnaar Imre Kertész. ,,Hij zei: 'Wat wonderlijk is en echt onverklaarbaar is niet het Kwaad maar, integendeel, het Goede'. Welvaart heeft geen gelijkheid gebracht, maar egoïsme. Mensen zijn steeds meer naar binnen gekeerd. Het eigen bezit wordt beschermd. Niks vreemdsoortigs in je tuin, dat kan gevaarlijk zijn. De inwoners van Westwoud redeneren: dit is ons paradijs, we zetten er een slagboom voor.''

MAGIE
Een van de leukste aspecten van de roman is dat de echte hoofdpersoon in het hele boek niet voor lijkt te komen. Levi Levi vervangt dokter Frits Simons, die een tijdje in Zuid-Afrika zit. Zijn geest waart rond in zijn dokterswoning - evenals zijn killerkater Flip, die niets van Levi moet hebben.

,,Blijft Simons expres weg? Zijn afwezigheid geeft zeker een gevoel van dreiging.'' De lezer zou zelfs kunnen vermoeden dat hij Levi Levi in de val heeft gelokt en met een subtiel geregisseerde wraakoefening bezig is. ,,Ik heb daar wel zo mijn ideeën over, maar dat mag iedereen zelf bedenken.'' Ze lacht er geheimzinnig bij.

Simons heeft voor zijn waarnemer, behalve een telescoop (die Levi gebruikt om de dorpsbewoners 'waar te nemen') en een karabijn, die op zolder liggen, een aantal verrassingen achtergelaten in zijn computer. Of ze voor Levi bedoeld zijn of dat het persoonlijke aantekeningen zijn, blijft de vraag, maar over al zijn patiënten heeft Simons karakteriseringen opgeschreven die veel verder gaan dan zakelijke dossiers. Een origineel handigheidje van de schrijfster om de personages te introduceren en uit te diepen. ,,Ik weet hoe een dokter denkt, dat ken ik van huis uit." Wanda Reisels vader was internist, haar moeder zat in de verpleging.

Een thriller zou ze haar roman niet noemen. ,,Wel spannend.'' Passend in haar werk ook. ,,Alleen de verteltechniek is anders. De rode draad in mijn boeken, c'est moi.''

Wat niet wil zeggen dat deze 'spannende' vorm geen eigenaardigheden met zich meebracht. ,,Als je plotmatig schrijft moet je gebeurtenissen heel precies doseren'', heeft ze geleerd. Zo heeft Levi Levi een nagelaten brief van zijn moeder in zijn bagage. Hij stelt het lezen ervan steeds uit. ,,Maar in feite was ik het die de brief het hele boek voor me uit bleef schuiven'', zegt ze lachend.

Noodzakelijk bij deze gedoseerde manier van werken is wel dat het boek het uiteindelijk zelf overneemt. ,,Er moet magie ontstaan. Bij zo'n soort plot moeten de lagen gaan werken. De radertjes gaan draaien. Gaan zaken 'als vanzelf' samenvallen, dan weet je dat je op de goede weg zit.''

Het is haar bevallen. De vraag is niet of er een vervolg komt, maar wanneer. ,,De sfeer hangt er nog'', zegt ze, wijzend naar haar hoofd. Nog een deel, ze verheugt zich erop. Gniffelend: ,,Wanda Larsson.''

Wanda Reisel - Nacht over Westwoud. Uitgeverij Contact (foto auteur: copyright GPD/Lenneke Lingmont)

Geen opmerkingen: