UITGEVER WORDEN (3)
(Door Peter de Zwaan)
Overhead, daar had ik het over in
deel twee van deze prachtserie. Samenvattingen van dialogen die ik in de
loop der jaren voerde maken veel duidelijk.
‘Jouw boeken hebben zo’n mooie
letter. Hoe heet-ie?’
‘Dat moet je aan de ontwerper vragen.
Ik heb geen idee.’
‘Hoe kom je aan die letter op het
omslag?’
‘Kom nou. Daar heb ik ook die
ontwerper voor. Hij doet alles.’
‘En de dikte van een boek?’
‘Als ik denk dat het binnen de 300
pagina’s moet kunnen dan geef ik dat door, verder bemoei ik me er
niet mee.’
‘Hoe vaak spreek je met je drukker?’
‘Eén keer. Daarna loopt het
verder wel. Als er iets misgaat dan bemoei ik me er natuurlijk wel
mee.’
‘De beoordeling van de manuscripten,
hoe zit dat?’
‘Daar heb ik een redacteur voor.’
‘Dan gok ik er op dat je ook geen
correctie doet?’
‘Ben jij mal. Voor dat rotwerk heb ik
mijn mensen.’
‘Die redacteur?’
‘Toen ik een kleine uitgever was had
ik er mannetjes voor. Vrouwtjes eigenlijk. Tegenwoordig zou je ze
flexwerkers noemen.’
‘Met een nuluren contract
natuurlijk.’
‘Allicht. Het moet betaalbaar
blijven.’
‘Ik durf het bijna niet te vragen,
maar de administratie…’
‘… wordt gedaan door de
administrateur.’
‘Dan zul je ook wel niet met je
boeken langs de boekhandelaren gaan.’
‘Zeg, hou op, kom nou.’
‘Meteen. Maar wat doe jij dan
eigenlijk wel?’
‘Nou, ik vergader veel, en ik ga met
regelmaat naar het buitenland, er is altijd wel ergens een beurs.’
Denk niet dat ik een regel heb
verzonnen. Kleine uitgevers willen nog wel eens zelf boeken verzenden
en er zijn er die hun administratie zoveel mogelijk zelf bijhouden,
maar ze koesteren het lijstje ‘mannetjes’ en ‘vrouwtjes’ die
het werk doen waar ze zelf niet zo van houden. En dat is bijna alles.
Daar krijg je overhead van en dat drukt
de winst per boek. De 7 euro die ik in de vorige aflevering noemde
wordt er flink door afgeroomd. Ik heb uitgevers gesproken die zeiden
dat ze blij waren als er zeven dubbeltjes overbleven. Twintig cent
was waarschijnlijker.
Wat leert ons dit. Volgens mij het
volgende: uitgevers zijn luie bliksems die veel mensen aan het werk
houden en dus geprezen moeten worden voor hun sociale gedrag.
Maar als ze klagen over hun inkomsten
zou u, schrijver zijnde, kunnen opmerken dat ze de handen best een
stukje verder uit de mouwen mogen steken in plaats van te zeuren over
commercieel schrijven en te beknibbelen op het voorschot.
Aha, voorschot, daar is het weer. Meer
in aflevering vier.
Peter de Zwaan (1944, Meppel) heeft tientallen publicaties op zijn naam staan, misdaadromans en jeugdboeken. Voor acht van zijn thrillers werd hij genomineerd voor de Gouden Strop, de prijs voor het beste Nederlandstalige spannende boek. Met 'Het Alibibureau' won hij in 2000 die prijs. Zijn jongste thriller, 'De bruiloften van Annika Kommer', staat op de longlist van de Gouden Strop 2013. (Foto Peter de Zwaan: Bob Bronshoff)