De Gouden Strop hangt aan een zijden draadje
Begin vorig jaar kondigde BookSpot met veel tamtam aan dat het voor zeker drie tot vijf jaar de Gouden Strop zou financieren. De webboekwinkel verdubbelde meteen het prijzengeld naar 20.000 euro. Nu trekt BookSpot zich terug als sponsor terwijl het deze maand nog wel twee prijzen van in totaal 100.000 euro toekent aan de auteurs van de beste literaire roman en het beste non-fictieboek. Het Genootschap van Nederlandstalige Misdaadauteurs (GNM) moet nu naarstig op zoek naar een nieuwe weldoener. ‘Van pleeggezin naar pleeggezin, maar de Gouden Strop blijft een weeskind in de literaire familie’, schreef een van de acht winnaars, die zich hieronder uitspreken over de toekomst van Nederlands belangrijkste thrillerprijs. ‘Het is steeds weer hetzelfde gebedel en gelazer om het prijzengeld veilig te stellen.’
Wat vind jij van het besluit van BookSpot?
Samantha Stroombergen (winnaar in 2019): ‘Jammer, natuurlijk. De thriller is een populair genre en het blijft teleurstellend dat het desondanks in het verdomhoekje blijft staan.’
Willem Asman (winnaar in 2018): ‘Bijzonder spijtig.’
Michael Berg (winnaar in 2013): ‘Behoorlijk waardeloos. Als ze nou alle prijzen hadden geschrapt had ik het nog kunnen begrijpen, maar nu de prijzen voor literatuur en non-fictie nog staan komt het erg over als minachting voor het thrillergenre. En dat steekt.’
 |
Samantha Stroombergen |
Elvin Post (winnaar in 2004): ‘Het is jammer, maar het is niet anders. Wel vreemd dat ze hebben aangegeven het voor zo'n lange periode te gaan doen en nu terugtrekken. Hebben ze een reden gegeven?’
Peter de Zwaan (winnaar in 2000): ‘Dit soort besluiten wordt op commerciële gronden genomen
. Daar kun je veel van vinden, maar als een sponsor zich daar druk om zou maken dan zou hij zich wel aan zijn woord houden. Het is niet heel chic wat nu gebeurt, maar zelfs als je heel goed luistert hoor je na kritiek geen BookSpotter die van zijn stoel valt. Blijkbaar genereren literaire romans en non-fictieboeken naamsbekendheid. Nederlandstalige misdaadromans doen dat niet. Einde organisatie Gouden Strop.’
Jac. Toes (winnaar in 1998): ‘Opmerkelijk, zeg je dan. Je belooft trouw voor drie jaar aan je geliefden Bookspot Gouden Strop en de Bookspot Schaduwprijs (27.000 euro all inclusive), je laat haar na twee jaar in de steek om haar in te ruilen voor twee veel duurdere nieuwe minnaressen, de BookSpot Literatuurprijzen fictie en non-fictie (meer dan 100.000 euro). En dan zeg je dat het een geldkwestie is.
Nog opmerkelijker is de reactie van
Peter Römer (voorzitter Genootschap Nederlandstalige Misdaadauteurs) en
Charles den Tex (voorzitter stichting Gouden Strop). Ze verklaren zich ‘dankbaar voor de afgelopen jaren’. Geen woord van verbazing, verontwaardiging of boosheid. Ik snap dat niet iedereen in de wieg is gelegd voor een vechtscheiding maar er bestaat ook nog zoiets als het nakomen van afspraken. Dat heet fatsoenlijk zaken doen. Ik ken de contracten niet die zijn afgesloten met BookSpot en maar afgaande op de summiere communicatie van beide voorzitters over deze kwestie lijken ze nog in shock over deze plotselinge verlating. Maar het is nog niet te laat om met een goede advocaat (
Knoops? Hij schreef ook een paar thrillers) de gang naar de rechter in te zetten.’
René Appel (winnaar in 1991 en 2001): ‘Het is wat mij betreft een jammerlijk besluit. Is de toezegging om de Gouden Strop drie tot vijf jaar te financieren niet vastgelegd in een contract? Zo nee, is dat een beetje naïef van de Stichting Gouden Strop. Zo ja, dan is er een basis voor een juridische procedure. Bedenk verder ook dat die twee prijzen van ieder 50.000 euro Bookspot veel meer kosten dan totaal 100.000 euro. Denk aan kosten van juryleden, secretariaat, uitreiking enz.’
Tomas Ross (winnaar in 1987, 1996 en 2003): ‘Ik weet niet of het GNM BookSpot kan dwingen de prijs in elk geval nog komend jaar te betalen, contract is contract per slot, ook mondelinge toezeggingen zijn rechtsgeldig, ik zou het in ieder geval wel doen en het verbaast me dat we daar niks over horen.’
Hoe zie jij de toekomst van de Gouden Strop?
Stroombergen: ‘Laten we hopen dat de Gouden Strop flink wat jaren blijft bestaan. Het voelt allemaal wel een beetje als een munt die beide kanten op kan vallen. Ik denk dat we allemaal mooie wensen hebben voor wat de Gouden Strop zou moeten betekenen binnen het landschap van andere prijzen, maar het lastige daaraan is dat we daarvoor ook anderen nodig hebben, zoals de media. En als die niet mee bewegen...’
 |
Willem Asman |
Asman: ‘Daar is sinds de oprichting discussie over, ik ken geen ander genre dat zo hartgrondig eigengereid kan lopen zeiken over zijn eigen voornaamste assets. We hadden het natuurlijk allemaal liever anders gezien, BookSpot begon zo veelbelovend, maar ik maak me op de lange termijn geen zorgen. De Gouden Strop is een merk, niet meer weg te denken, die 20K was echt niet uit liefdadigheid.’
Berg: ‘Ik zou het echt niet weten. Een nieuwe sponsor zoeken? Of de prijs in eigen beheer voortzetten? Het thrillergenre verdient een prijs maar als de media-aandacht dermate gering blijft ben ik bang dat het niks wordt. Leuk voor ons schrijvers maar het grote publiek merkt er niets van. De vraag is hoe je het schip moet keren. Een andere vorm van jureren misschien, een publieksjury, waardoor de prijswinnaars ook echte bestsellers kunnen worden. Ik wou dat ik het wist.’
Post: ‘Ik verwacht dat er wel een andere sponsor komt. De prijs bestaat al zo lang.’
De Zwaan: ‘Voornamelijk hééél kort.’
Toes: ‘Als je dan toch een prijs wilt handhaven, zou het wel zo handig zijn om te bepalen: waarom? Gaat het genre ten onder wanneer er geen jaarlijkse mededeling ‘And the winner is…’ verschijnt? Gaan de verkoopcijfers omlaag zonder de GS?
Zelf zou ik in ieder geval de antieke naam afschaffen. Niemand weet nog waar ‘Gouden Strop’ vandaan komt of wie
Joop van den Broek was (Wie? Good old Joop van ver uit de vorige eeuw die een totaal onbekend boek met een gelijknamige titel schreef). Kom dus met een nieuwe prijs in een nieuwe jas. Maak een stevig businessplan (van vijf jaren?), waarin je belangen van sponsor én het genre én de deelnemers vastlegt. Zoek er een organisatie bij die inhoudelijke grote affiniteit met het genre of de literatuur in het algemeen heeft.’
Appel: ‘Ik ben in het verleden als bestuurslid van het GNM al op zoek geweest naar een nieuwe sponsor (dat is toen gelukt: de Bruna boekhandels), maar ik weet dat het verdomd moeilijk is. Toch is dat het enige wat er op zit als je de Gouden Strop wilt behouden. Hij mag wat betreft het prijzengeld dan best terug naar 10.000 euro. Belangrijk is, zoals altijd, de publiciteit die je ermee kunt creëren. Als dat niet lukt, maakt een Gouden Strop weinig kans op financiering.’
Ross: ‘Het verbaast me niet dat BookSpot zich terugtrekt. Het is helaas zoals ik al meer zei: de Strop is gedevalueerd, qua uitstraling maar zeker om commercieel uit te baten. Daar is BookSpot dan dus ook achter gekomen. Ik heb opnieuw geen publiciteit gezien, niet tevoren, nauwelijks tijdens, niet achteraf. Vraag naar de Stropwinnaar en je krijgt geen antwoord, evenmin als op de vraag naar de meeste voorgaande winnaars. En het zou me weer wel verbazen wanneer
Samantha Stroombergen meer dan 2000 exemplaren verkocht. Ook al zoals voorgaande prijswinnende titels uit de recente jaren.
De Strop heeft nauwelijks of geen effect op de verkoop, de prijswinnende uitgever besteedt - het oude liedje - zijn promogeld liever aan zijn buitenlandse bestsellerauteurs. Nodig, jawel, maar ook dom want zonder betaalde publiciteit worden geen eigen debutanten dat.
De Strop - het wordt eentonig, en ik weet dat het tegengesproken wordt - was tijdelijk bedoeld, voor pakweg een jaar of tien. Waarom? Omdat het toen al duidelijk was dat we een klein clubje zijn dat het op de langere termijn nooit alleen zou redden. Goedbedoeld, aanvankelijk wel prima aandacht en goede verkoop, maar alras Ons kent Ons. En dat werkt tegen je.
Drie maal de Strop winnen is mooi maar het doet wenkbrauwen fronsen. Zo ook met de steeds terugkerende juryleden, daar heb je
Jos van Cann weer, en dezelfde voorzitster die bij mijn beste weten een schat is maar deskundig waar het om thrillers gaat?’