De Spanningsblog besteedt met recensies, interviews en nieuws voornamelijk aandacht aan de hedendaagse thriller en de auteurs daarvan: Ferdinand von Schirach, Bavo Dhooge, Tess Franke, noem maar op. De vroege Nederlandse misdaadroman is op deze site een ondergeschoven kindje. Maar verzamelaar Wim van Eyle biedt uitkomst. Zijn rijke collectie aanschouwend richt Van Eyle eens per maand de schijnwerper op het werk van een - soms vergeten - Nederlandse misdaadschrijver uit vroeger tijden. Vandaag de dertigste aflevering uit de serie Plaat van de maand. Over Anton Roothaert, de schrik van de rooms-katholieke kerk.
DOOR MISVATTINGEN ACHTERVOLGD
(Door Wim van Eyle)
Wij hadden thuis maar een heel klein boekenplankje. In de oorlog en ook pal daarna waren boeken een extra uitgave. Liever kocht je een brood of ging je naar de buurtbibliotheek. De titels uit de bieb herinner ik me nog wel: 'Kees de Jongen', 'Koen' (van Jan Mens), 'Nachtvlucht' (van Viruly), 'Pallieter', 'De Moffenspiegel', 'De Jappenspiegel', 'Hollands Glorie', 'Linkerbeen gezocht' en 'Dr. Vlimmen' van Mr. A. Roothaert.
Anton Martinus Hendricus (Anton) Rootheart werd geboren in Tilburg op 9 juni 1896 en overleed in Antwerpen op 29 maart 1967. Hij werd begraven op het kerkhof Ruggeveld in het Vlaamse Deurne waar een grote steen zijn graf siert.
Anton en zijn twee broers Sjaak (1894) en Harrie (1898) hadden een rustige jeugd bij de nonnen op de bewaarschool en de fraters op de lagere school. Het schoolgaan vond Anton een echter een grote straf. De onderwijzers noemde hij dierentemmers en ook het benepen sfeertje van het leven in Tilburg stond hem niet aan, alhoewel zijn vader een goed lopend fabriekje in biljarttafels had en er nooit armoede werd geleden.
Op hetkatholieke gymnasium was het geen haar beter, ook hier werd de jonge Anton overspoeld met godsdienst. Zijn kans om hier los van te komen kwam in 1914 bij de mobilisatie. Hij verliet het gymnasium en kreeg een opleiding tot reserveofficier.
In Utrecht legde hij het staatsexamen gymnasium af waarna hij rechten ging studeren aan de Universiteit van Utrecht. In 1922 vestigde hij zich als advocaat in Tilburg. In 1923 trad hij in het huwelijk en acht maanden later werd zijn enig kind, een dochter, geboren.
De advocatuur leverde te weinig geld op en daarom werd hij ook leraar boekhouden en handelsrecht. Als goed katholiek moest hij dan wel zijn woning aanpassen. Dat betekende een inrichting met kruisbeelden, religieuze schilderijen, een Heilig Hartbeeld met een steeds brandend lichtje.
In 1927 liet zijn echtgenote hem in de steek voor een rijke fabrikant en het dochtertje werd hij Antons broer Harrie ondergebracht. Het was geen doen meer in Tilburg en met een nieuwe vlam, de niet onbemiddelde Greetje, vertrok hij in 1930 naar Antwerpen. Het was toen dat hij begon te schrijven. In 1933 verschenen bijna gelijktijdig twee detectiveromans bij uitgeverij Seyffardt. De boeken hadden redelijk succes en werden al snel gevolgd door nog twee romans in hetzelfde genre in 1934 en 1935. Het boek 'Chinesche handwassching' ('Chinese wasserij') is wel het beste van de vier.
Met 'Camera loopt' gaat Roothaert in op het proces van het maken van een speelfilm. Dan komt in september 1936 het boek uit dat hem groot zou maken:
'Doctor Vlimmen', een sleutelroman over een Brabantse dierenarts en zijn echtscheidingsperikelen. Reacties van katholieke zijde bleven niet uit: 'Een misselijk schendboek, een trap naar het katholieke Brabant', schrijft de Boekenschouw
in 1937, 'katholiek Brabant is voor dezen auteur een smerige, bedompte stal, veel smeriger nog en bedompter dan de stallen, waarin veearts Vlimmen zijn moeilijk maar prachtig beroep heeft uit te oefenen'. In het Lectuur Repertorium lezen we: 'een blijkbaar door rancune gevoede, eenzijdige, alsmede beledigende visie op de katholieke godsdienst, zijn bedienaars en belijders. Ook in het opzicht van moreel fatsoen dient voor een aantal van zijn werken streng voorbehoud in acht genomen te worden'.
Maar voor Roothaert was het een schot in de roos, het werd een bestseller. Het boek werd met succes verfilmd. In het boek 'Die verkeerde wereldt' neemt Roothaert het juist op voor meneer pastoor, maar beide boeken werden op de katholieke scholen doodgezwegen. Mede door het boek 'De vlam in de pan' werd Roothaert na de oorlog beticht van antisemitisme en pro-Duitse sentimenten. Deze misvattingen bleven Roothaert tot ver na zijn dood achtervolgen.
In 1949 verscheen 'De wenteltrap' een verhaal over een aan lager wal geraakte student. 'Oom Pius' uit 1951 viel weer slecht bij de katholieken. In 1952
verscheen er eindelijk weer een speurdersroman, samen met Jaap Romijn schreef hij 'Een avondje in Muscadin', een speurdersroman in briefvorm. Met 'Vlimmen contra Vlimmen' en 'Vlimmens tweede jeugd' bleef het goed gaan met de centjes, nu was het een trilogie.
In 1954 volgde nog 'Gevaarlijk speelgoed' een toneelstukje dat waarschijnlijk nooit is opgevoerd (maar in mijn exemplaar staat tenminste de handtekening van Roothaert, dat is nog wat...).
Een hersentrombose trof Roothaert in 1960. Hij herstelde een beetje, maar op 22 maart 1967 werd hij getroffen door een tweede beroerte en een week later (29 maart) stierf hij.
De semi-speurdersromans:
1933 - Spionnage in het veldleger (Seyffardt, Salm, Atlasreeks (cover B. Mohr), Bruna, Helicon, van Ditmar)
1933 - Onbekende dader (Seyffardt, Atlasreeks (cover R. van Looy en B. Mohr), Bruna)
1934 Chinesche handwassching (Seyffardt, Salm, Atlasreeks (cover B. Mohr), Bruna)
1935 Onrust op Raubrakken (Salm, van Ditmar, Bruna)
1949 De wenteltrap (Bruna, tweede versie van Bruna cover van Hans Sturris)
1952 Een avondje in Muscadin (met J. Romijn) (Bruna)
1954 Gevaarlijk speelgoed (toneelspel)(Bruna)
(De covers van de uitgaven van Bruna zijn getekend door Dick Bruna)
(Bronnen: Wim van Eyle, Frans Walch, auteur van de fraaie biografie, en Alwin van Ee)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten