Afgedankte handschoen (nieuws, 2013)

DE VERDWIJNING VAN AGATHA CHRISTIE: VOER VOOR WHYDUNNITS

Het begon op vrijdagavond 3 december 1926. Het was rond kwart voor tien toen schrijfster Agatha Christie de trap naar boven nam in haar woning in Berkshire, haar slapende dochter Rosalind een kus gaf, weer naar beneden sloop en de voordeur achter zich dichttrok. Even daarvoor zou ze een ruzie hebben gehad met echtgenoot Archie. Die zou hebben aangekondigd van haar te willen scheiden en het weekend door te brengen met zijn minnares.

Sinds die avond was Christie, toen al een gevierd schrijfster met een goed verkopende zesde roman 'The Murder of Roger Ackroyd', elf dagen van de aardbodem verdwenen. Haar Morris Cowley waarin ze was vertrokken, werd spoedig naar haar vermissing aangetroffen onder aan een helling bij Guildford. Maar van The Queen of Crime was geen spoor te bekennen.

Na ruim anderhalve week werd de schrijfster eindelijk getraceerd, maar onder omstandigheden die meer vragen opriepen dan ze beantwoordden. Op de dag van haar verdwijning had ze zich onder een andere naam ingeschreven in een hotel in Harrogate.

December 1926 zal voor altijd bekend staan als de maand waarin Agatha Christie voor elf dagen van de aardbodem verdween. Niemand weet hoe of waar ze deze dagen heeft doorgebracht. Ze claimde te lijden aan geheugenverlies. Het is nooit bekend geworden hoe en waar zij de elf dagen heeft doorgebracht: een onderwerp dat tot de verbeelding van documentairemakers, filmmakers en schrijvers blijft spreken omdat er veel aanknopingspunten waren die leken op elementen uit Christies eigen verhalen. Zo nam collega-schrijver Arthur Conan Doyle, die nogal veel waarde hechtte aan het occulte, een afgedankte handschoen van Christie mee en legde die voor aan een medium om de waarheid boven tafel te krijgen.

Biograaf Andrew Norman publiceerde in 2006 een boek over de affaire. De voormalig arts was ervan overtuigd dat Christie destijds verkeerde in een staat van 'fugue', een weinig voorkomende mentale aandoening waarin de patiënt problemen krijgt met zijn identiteit en daarvoor weg probeert te vluchten. Een stoornis waaraan ook de verdachte van de moord op Marianne Vaatstra zou lijden. Volgens Norman zou Christie een aantal dagen in soort van trance hebben verkeerd.

Bij uitgeverij Parelz is onlangs het boek '1926' verschenen. Daarin staan vier totaal verschillende verklaringen voor deze opmerkelijke gebeurtenis. Jean-Paul Colin, Peter Ronner, Carien Touwen en Johan van de Velde zijn ieder diep in deze verdachte geschiedenis gedoken en hebben de beschikbare feiten als uitgangspunt genomen. Het boek telt 164 pagina's, kost € 8,95 en is te bestellen bij de uitgeverij.