De Spanningsblog besteedt met recensies, interviews en nieuws voornamelijk aandacht aan de hedendaagse thriller en de auteurs daarvan: Stephen King, Bram Dehouck, Simone van der Vlugt, noem maar op. De vroege Nederlandse misdaadroman is op deze site een ondergeschoven kindje. Maar verzamelaar Wim van Eyle biedt uitkomst. Uit zijn rijke collectie richt Van Eyle eens per maand de schijnwerper op het werk van een - soms vergeten - Nederlandse misdaadschrijver uit vroeger tijden. Vandaag de zesentwintigste aflevering uit de serie Plaat van de maand. Over Maarten Maartens, de Dostojewski van de lage landen.
NIET DE EERSTE
(Door Wim van Eyle)
Maarten Maartens was het pseudoniem van Jozua Marius Willem Schwartz (sinds 9 april 1889 van der Poorten Schwartz), de talentvolle auteur die op 15 augustus 1858 in Amsterdam geboren werd en op 3 augustus 1915 in Doorn overleed.
Hij was de zoon van de predikant August Ferdinand Carl Schwartz (geboren in het Pruisisch-Poolse Meseritz en aanvankelijk voorbestemd om rabbijn te worden) die in de Joodse gemeenschap in Londen werkte. Eerder werkte hij in Amsterdam waar hij de rijke Cornelia van Vollenhove huwde.
Jozua (Joost) groeide op in Engeland, maar na de dood van zijn vader (1870) ging hij naar Amsterdam en later Bonn om aan het gymnasium te studeren. In 1877 begon hij in Utrecht met de studie rechten, hij promoveerde in 1882. Een jaar later huwde hij zijn nicht Anna van Vollenhoven en maakte sindsdien verre reizen (geld was immers geen bezwaar...).
In 1885 debuteerde hij onder eigen naam met de in het Engels geschreven gedichtenbundel 'The morning of a love and other poems'. Er volgden nog zo'n 25 boeken en bundels, doorgaans op de markt gebracht door een Britse uitgever (o.a. Remington en later Heinemann en Bentley) en veelal geschreven in het Engels, een taal die Jozua goed beheerste.
Ook schreef hij twee misdaadboeken, 'The Black Box Murder' (anoniem verschenen in Engeland in 1889 en later vaak vertaald, echter nooit in het Nederlands) en 'The Sin of Joost Avelingh' (1889, ook vertaald en nu wel in het Nederlands). Dit boek schreef hij, evenals bijna al zijn latere boeken onder het pseudoniem Maarten Maartens ('dit is tenminste een naam die de Britten kunnen uitspreken'). Vertalingen van beide boeken gingen steeds onder de naam Maarten Maartens.
Heel lang, tot een paar jaar terug, ging men er van uit dat Maarten Maartens de eerste Nederlander was die een detective schreef. Dit is echter onjuist evenals de aanname dat Tesselhof of Stratenus de eerste geweest zou zijn. In de negentiende eeuw zijn zes boeken aan te wijzen die de misdaad als hoofdthema hadden en die door een Nederlander geschreven waren. De oudste is van L. van Eikenhorst (pseudoniem van de journalist Jan David de Vries), daterend uit 1845 met de fraaie titel 'Een bijvoegsel tot de waarachtige physiologie van Amsterdam'. Dit boek vond zijn grootste lezersgbied in Duitsland onder de titel 'Amsterdams Geheimnisse'.
Melati van Java (= 'Mooie bloem van Java'), pseudoniem van Nicolina Christina Sloot, kwam in 1887 op de markt met de roman 'Ontmaskerd'. Maarten Maartens (dus op plaats drie)produceerde 'The Black Box Murder' (1889) en 'The Sin of Joost Avelingh' (1889). Tenslotte is er dan nog het obscure 'Langzaam gif' van Claudius (pseudoniem van Louise A. Stratenus)uit 1895.
Dat de eerste drie misdaadboeken zo lang onopgemerkt bleven zal onder meer samengehangen hebben met de woonplaats van de auteurs. Van Eikenhorst verbleef in de gevangenis van Antwerpen (na belediging van de Staat der Nederlanden en flinke schulden in Belgie), Melati van Java woonde, voordat zij met haar damesromans naar Nederland kwam, op het eiland Java, Maartens schreef in het Engels.
De boeken van Maarten Maartens vielen bijzonder goed in Engeland, de Verenigde Staten en Duitsland. Hij bewoog zich niet in de literaire kringen van Nederland, maar iemand als Lodewijk van Deyssel prees later het werk van Maartens zeer. In de VS en Engeland werd hij wel vergeleken met grootheden als Ibsen, Tolstoi en Dostojewski. Het is een kleine schande dat Maartens in de Nederlandse literaire naslagwerken schittert door afwezigheid.
In 1901 kwam Maartens naar Nederland waar hij aan de rand van Doorn een schitterend groot en stijlvol huis (zeg maar kasteel) liet bouwen onder de naam Huize Zonheuvel. Later werd dit het Maarten Maartenshuis.
(Bronnen: Wim van Eyle, G.J. van Bork, Weblog over cultuur, Wikipedia)
2 opmerkingen:
Misschien leuk om te weten: op 26 september vindt op landgoed Zoneheuvel een symposium plaats over Maarten Maartens, zijn gedachtegoed en zijn literaire nalatenschap. Voor aanmelding en meer informatie: zie www.maartenmaartens.nl
De inhoud op de flap luidt als volgt:
De zonde van Joost Avelingh van Maarten Maartens is een romantische en boeiende geschiedenis.
Toen de oude baron Van Trotzem zo plotseling stierf, bleek uit zijn testament dat zijn pleegzoon Joost Avelingh enig erfgenaam was van het grote fortuin en het prachtige landgoed.
Maar zou dat wel eerlijk in zijn werk zijn gegaan? De oude baron en zijn pleegzoon hadden nu niet bepaald in een goede verstandhouding geleefd. En er was nog een neef aan wie de baron destijds mondeling een flink bedrag had toegezegd.
Het duurde jaren voor de berooide neef een aanwijzing vond die leidde tot de arrestatie van Joost Avelingh. Hij werd verdacht van moord.
Was Avelingh werkelijk schuldig aan moord of voelde hij zich alleen maar schuldig? De lezer mag het uitmaken.
https://www.boekenstek.nl/a-65342506/pas-geplaatst/maartens-maarten-de-zonde-van-joost-avelingh/#description
Een reactie posten