02 december 2009

Denise Mina - In de stille nacht (2009)

Denise Mina wordt alleen maar beter



(Door Hans Knegtmans)

Tien jaar na haar romandebuut, Garnethill (vertaald als De kwetsbare getuige), heeft Denise Mina een plaats veroverd in de absolute top van de vrouwelijke thrillerschrijvers. In de stille nacht is haar achtste thriller, en ze wordt alleen maar beter.

Op een zondagavond vallen in Glasgow twee mannen met bivakmutsen een huis binnen. Ze eisen twee miljoen pond van de verbijsterde Pakistaanse bewoners. Tevens zijn ze op zoek naar ene 'Bob'. Als die net zomin aanwezig blijkt te zijn als het geëiste bedrag, verlaten ze het pand met de bejaarde pater familias als gijzelaar.

Rechercheur Alex Morrow kan aanvankelijk geen touw vastknopen aan het incident. Ze begrijpt echter maar al te goed waarom haar jongere collega Grant de leiding over het onderzoek heeft gekregen. Die wordt door hun baas gezien als aanstormend talent; hij is dan ook gezegend met sociale vaardigheden als subtiel opscheppen en onopvallend ellebogenwerk. Bovenal is hij man en iedereen weet dat Aziaten een hekel aan vrouwen hebben.

Behalve Alex en de ontvoerde Aamir Anwar speelt ook Pat, één van de ontvoerders, een hoofdrol in het verhaal. Tijdens de chaos in huize Anwar valt hij als een blok voor Aamirs zestienjarige dochter. In de nasleep van de ontvoering is hij met zijn hoofd meer bij zijn nieuwe geliefde dan bij de vraag hoe ze het losgeld kunnen opstrijken.

Mina bedrijft geen genrefictie en In de stille nacht overschrijdt moeiteloos de grenzen van de reguliere misdaadroman. De auteur schetst met dezelfde vanzelfsprekendheid Alex' professionele strubbelingen én de traumatische jeugdherinneringen waardoor Aamir in zijn gevangenschap wordt bezocht.

Maar het is de beschrijving van Pats verliefdheid waarin Mina stilistisch nieuwe wegen inslaat. Die tragikomische passages vertonen trekken van de vroege Elmore Leonard. Met meer psychologische diepgang dan waar de meester zelf zich aan waagde.

Denise Mina - In de stille nacht. Vertaling: Marijke Versluys. Uitgeverij Anthos, 352 pag.

Bron: Het Parool

Geen opmerkingen: