Als we de berichten van haar Amerikaanse uitgever moeten geloven, zitten de recensenten van de New York Times Book Review en The Washington Post dezer dagen al gebogen over drukproeven van 'The Tulip Virus', de Engelse vertaling van Daniëlle Hermans' thrillerdebuut 'Het tulpenvirus'. Het boek ligt in april 2010 in de Amerikaanse boekhandel. De promotie van Hermans in de USA wordt sowieso behoorlijk groots aangepakt. Uitgeverij St. Martin's Press stuurt maar liefst zeshonderd exemplaren van Hermans' eersteling rond naar critici. En dat terwijl maar twee procent van alle in de Verenigde Staten uitgegeven boeken vertaald werk is.
Terwijl de Amerikanen kunnen uitkijken naar 'The Tulip Virus', kan de Nederlandse lezersmarkt zich opmaken voor 'De man van Manhattan', na de tulpenthriller en 'De watermeesters' het derde boek van de in 1963 geboren communicatiemanager. Nee, de thriller gaat niet over het gelijknamige eendagsvlieghitje van Eddie Howell, maar over de nietsontziende veroveringsdrift van de Hollanders uit vroegere tijden. De thriller verschijnt in het januari 2011 bij uitgeverij A.W. Bruna.
Al jaren is de Amerikaanse historicus Don Christie bezig met zijn levenswerk: het ontcijferen van twaalfduizend zeventiende-eeuwse documenten. Dit unieke archief bevat materiaal over de ontdekking en kolonialisatie van Manhattan door de Hollanders.
Als Don Christie tijdelijk in Nederland verblijft, krijgt journaliste Kes van Buren de opdracht een artikel over hem te schrijven. Maar precies in die periode overlijdt hij. Alles wijst op een ongeluk, totdat Kes hoort dat Don Christie werd bedreigd. Ze is overtuigd van kwade opzet.
Tijdens haar onderzoek stuit Kes op een duister geheim dat terugleidt naar de tijd dat Peter Stuyvesant met harde hand de Nederlandse kolonie bestuurde. Als het geheim bekend wordt, zal de verstandhouding tussen Nederland en Amerika nooit meer hetzelfde zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten