WEG MET AMBLER EN SPILLANE
(Door Peter de Zwaan)
Het kwam zo maar over me: te veel boeken. Ik schrok van de gedachte, maar ze wilde niet wijken. Mijn woonkamer heeft geen behang, maar boek, overal. Eerst netjes in het gelid, later met stapels tot de plank er boven, nog later op de vloer en op de bovenste plank tot het plafond. Er was blijdschap bij de spinnen, maar verdriet bij bezoekers met stofallergie.
Na lang tobben kreeg ik een bruikbaar idee: alle boeken waarvan ik zeker wist dat ik ze niet nog een keer wilde lezen konden weg. Daar ging 'De wetten' van Connie Palmen; wat moet ik met een boek dat je hebt omdat je het hoort te hebben al weet je dat niemand bladzijde 40 heeft gehaald. Weg met 'De slinger van Foucault' van Umberto Eco en met 'Imprimatur' van Monaldi & Sorti. Er waren meer boeken waar ik door vrienden niet mee gezien wilde worden, maar het schoot niet op. Series moest ik hebben.
Daar gingen alle boeken van Edward S. Aarons over zijn held Sam Durell (stuk of 50), alles van Carter Brown (ruim 60), van James Hadley Chase, Mickey Spillane en Dan J. Marlowe. De meeste van die boeken had ik bewaard omdat ze van die fantastische omslagen hebben, kleine kunstwerkjes die een beter tijdsbeeld geven van de jaren '50 en '60 dan de inhoud. Alles van Ian Fleming ging er achteraan, daar waren zelfs de omslagen van onder de maat.
Eric Ambler ging ook in een doos voor de Kringloopwinkel, net als Janwillem van de Wetering, het meeste van Koos van Zomeren, een deel van de boeken van Ross MacDonald, alles van Peter Cheyney behalve de Duister-serie, het meeste van Len Deighton en alles van Duncan Kyle.
Let wel, voor u me bedreigt met hel en verdoemenis, ik heb het over boeken waarvan ik zeker wist dat ik ze nooit zou herlezen.
Dus weg met alle Harlan Cobens behalve zijn boeken over Myron Bolitar, weg met vrijwel alles van Lisa Scottoline.
Toen ik klaar was zaten er gaten in de boekenkast, en stonden in de serre zestien volle dozen. Er was nog veel over. Waarom kon ik nog geen afscheid nemen van Dick Francis? Zijn eerste 10, 15 boeken zijn goed, daarna schreef hij elk jaar hetzelfde boek met andere namen. Waarom ging P.G. Wodehouse naar zolder en niet in een weggeefdoos? Net als Ed McBain en Rex Stout?
Iets van jeugdsentiment, misschien, of het vage gevoel van: maak het niet te gek, tussen de 10 en 20 procent van je boeken weg doen is revolutionair genoeg.
Nadat ik de dozen had weggezet ging ik de stad in.
Daar kocht ik 'Cellojaren' van Bernlef.
Dat gaf een heel goed gevoel.
(Deze column is ook te lezen op www.peterdezwaan.nl)
Peter de Zwaan (1944, Meppel) heeft tientallen publicaties op zijn naam staan, misdaadromans en jeugdboeken. Voor zeven van zijn thrillers werd hij genomineerd voor de Gouden Strop, de prijs voor het beste Nederlandstalige spannende boek. Met 'Het Alibibureau' won hij in 2000 de Gouden Strop. In september 2009 verschijnt zijn nieuwe Jeff Meeks-thriller 'Een zaak van vrouwen'. En 'ergens in 2010' staat een volgende thriller op stapel die de - voorlopige - titel 'De mooiste meid van Oregon' heeft meegekregen. Kijk op de site van Peter de Zwaan voor meer informatie. (Foto Peter de Zwaan: Bob Bronshoff)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten