

In het boek 'Onder criminelen' dat uitgeverij Forum in augustus 2009 op de markt brengt, vertelt Astrid van der Star (1944) hoe het is om als vrouw in een mannengevangenis te werken. Nadat de kinderen de deur uit waren was Van der Star op zoek naar een baan. Haar oog viel op een advertentie waarin gevangenbewaarders werden gezocht. Ze solliciteerde en werd aangenomen. Ze begon in 1986 en werkte uiteindelijk op de kop af twintig jaar, levenslang dus, in het Huis van Bewaring aan de Noordsingel in Rotterdam.
Voordat Van der Star begon, wist ze eigenlijk net zoveel over de gevangenis als de gemiddelde Nederlander. Tijdens haar opleiding leerde ze al veel meer over de diverse gevangenissen en hun bewoners, maar de praktijk sloeg werkelijk alles. Ze liep al snel tegen de realiteit aan, waarin bizarre, tragische, komische en extreme gebeurtenissen elkaar afwisselen. De uitgeverij belooft antwoorden op vragen als 'Hoe ga je om met agressieve gedetineerden en is het allemaal tuig van de richel?' en 'Hoe ervaart een gedetineerde het 'vastzitten' en is een gevangenis werkelijk een soort Hiltonhotel?'.
Astrid van der Star woont in Rotterdam. Eerder schreef ze 'Van lief naar lef', een Rotterdamse familiegeschiedenis in de jaren vijftig.
KNOKPARTIJEN EN MOTORRITJES


Na verloop van tijd dreigt Jay echter zijn eigen identiteit te verliezen - hij lijkt zich meer en meer op zijn gemak te voelen met geweren, knokpartijen en motorritjes. Tot het gerucht rondgaat dat Bird een politieagent zou zijn... In 'No Angel', dat in september 2009 verschijnt, doet Dobyns verslag van zijn Angels-periode.
Jay Dobyns (Indiana, 1961) werkte na een carrière als footballspeler twintig jaar lang voor de ATF. Hij leidde verschillende gevaarlijke undercoveroperaties. Dobyns woont met zijn vrouw en kinderen op een geheime plek in de Verenigde Staten. Hij schreef 'No Angel' samen met journalist Nils Johnson-Shelton.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten