BESTE OOIT
(Door Peter de Zwaan)
Een paar weken nadat het bestuur van het Genootschap van Nederlandstalige Misdaadauteurs de hamvraag 'Moet het GNM blijven voortbestaan of niet' stelde, ben ik een beetje aan het googelen gegaan. Nou ben ik niet handig met computer en internet en er gaat vaak iets verkeerd, maar ik heb nergens een vlammend betoog kunnen vinden voor of tegen het GNM. Zaten alle misdaadschrijvers, behalve ik natuurlijk weer, in Frankfurt om hun werk aan China te verkopen?
Was iedereen druk bezig met de volgende prachtroman?
Interesseerde het niemand een barst wat er met het genootschap gebeurt?
Als ik tussen de drie mogelijkheden moest kiezen wist ik het wel. Gelukkig moet ik nooit iets, dus ik kies niet. Nog niet, in elk geval. Ik geef eerst collega's de kans me te wijzen op al de prachtcolumns over het GNM die ik heb gemist.
Voorlopig vraag ik aandacht voor mogelijkheid vier: de misdaadauteurs hebben het even te druk met ruzie maken met andere misdaadauteurs of met recensenten.
Dat laatste is ongetwijfeld bevredigend, maar het leidt tot niets. En als je niet uitkijkt dan zit je jezelf het graf in te helpen.
Een prachtig voorbeeld vond ik op De Spanningsblog. Een schrijfster wier naam ik niet zal noemen - als het op beschadigen aankomt kan ze het alleen af - zei dat haar nieuwe thriller 'geen hoge ogen zal gooien bij de heren recensenten. Dat is prima, ik heb het ook niet voor hen geschreven.'
Oei.
Je moet wel erg weinig vertrouwen hebben in je eigen boek als je zoiets zegt. Als je je op zo'n manier indekt dan had je het boek misschien beter nog een keer door de molen kunnen halen. Of weggooien.
Een paar jaar geleden zei een collega die mooie boeken heeft geschreven over een werk dat geen nominatie kreeg voor de Gouden Strop: 'Het was ook niet zo’n goed boek, ik had toen veel aan mijn hoofd, gedonder thuis en zo.'
Waarom stuur je zo'n boek dan naar je uitgever? Daar zou ik wel eens een discussie over willen zien.
Dan kunnen meteen de schrijvers worden aangepakt die er heel anders over denken, schrijvers zoals ik.
Toen ik 'Voortvluchtig' af had en naar De Bezige Bij stuurde schreef ik: 'Dit is het beste wat ik tot nu toe heb geschreven.'
Dat meende ik ook en dat meen ik nog steeds: het beste ooit.
Als je als schrijver niet achter je eigen werk staat waarom schrijf je dan?
Het is aan de recensenten om uit te leggen waarom ik ongelijk heb.
Met kracht van argumenten graag.
(Deze column is ook te lezen op www.peterdezwaan.nl)
Peter de Zwaan (1944, Meppel) heeft tientallen publicaties op zijn naam staan, misdaadromans en jeugdboeken. Voor zeven van zijn thrillers werd hij genomineerd voor de Gouden Strop, de prijs voor het beste Nederlandstalige spannende boek. Met 'Het Alibibureau' won hij in 2000 de Gouden Strop. Zijn nieuwste Jeff Meeks-thriller heet 'Voortvluchtig'.
4 opmerkingen:
Het is geen kwestie van weinig vertrouwen in eigen boek, maar een gedegen kennis van de (literaire) maatstaven van bepaalde recensenten. Schrijfster in kwestie schrijft het boek niet voor deze recensenten, maar voor haar duizenden lezers die genieten van haar stijl en haar manier van schrijven. Als uitgever kan ik vaak op voorhand voorspellen wat een boek zal gaan scoren bij de diverse recensenten. Ik zou mezelf in de vingers snijden en bovendien een hoop lezers teleurstellen wanneer ik een boek niet zou uitgeven omdat het te weinig sterren behaalt.
Helemaal met vorige opmerking eens. Peter's conclusie klopt niet. Als de schrijfster zegt dat haar thriller geen hoge ogen zal gooien bij de recensenten, wil dat abosluut niet zeggen dat ze geen vertrouwen in haar eigen boek heeft. Ze gelooft dan gewoon niet in de recensenten - en dat kun je uit haar hele interview wel halen.
Marion Pauw heeft een volstrekt verknipt beeld van recensenten. Zij denkt dat critici er al bij voorbaat op uit zijn om haar onderuit te halen. Peter de Zwaan heeft er wel vertrouwen in dat (de meeste) recensenten hun werk naar eer en geweten doen.
Maar het is een uitspraak van Marion, niet van Peter. En het gaat er om hoe ZIJ het bedoelt en wat ZIJ daar bij denkt.
Dat Peter dat vervolgens heel anders interpreteert, is omdat ZIJN referentiekader over recensenten kennelijk (zoals jij zegt) anders is.
Hij legt dus zijn referentiekader over Marion's uitspraak, die vanuit een heel ander gevoel is gedaan. En dat klopt niet. Als iemand iets zegt, moet je invoelen hoe diegene dat bedoelt, en wat de emotie daarachter is.
Ik blijf erbij: het is onzin om te stellen dat ze geen vertrouwen heeft in haar eigen boek, alleen maar omdat ze zegt dat ze geen vertrouwen heeft in de recensies. Het is heel duidelijk: dan heeft ze wel vertrouwen in haar boek, maar niet in de recensenten.
En of haar gevoel terecht is....tja, dat is weer een heel andere discussie. Ik heb ook niet het idee dat recensenten er bij voorbaat op uit zijn om iemand onderuit te halen. Maar iedereen weet ook...er zijn negatieve uitzonderingen. Lees de recensie van Arie Storm in het Parool maar eens, die speelt altijd op de man (vrouw), en zelden op de bal. Dat vind ik ook niet correct.
Een reactie posten