(Door Wilko Voordouw)
Jerker Eriksson en Håkan Axlander Sundquist zijn twee nieuwe namen aan het firmament van de Zweedse misdaadroman. Hun debuut 'Het kraaienmeisje' is een boek dat je, eenmaal begonnen, niet meer kan neerleggen. Spannend? Nee, beklemmend. Geschreven met een scalpel. Zinnen die aankomen als vuistslagen.
Het boek draait om Jeanette Kihlberg, hoofdinspecteur bij de politie van Stockholm. Deze energieke kostwinster - haar echtgenoot is een kunstenaar die nog niet is doorgebroken - wordt in korte tijd geconfronteerd met een aantal bijzondere lijken. De lichamen zijn als gemummificeerd, het gaat steeds om jonge jongens waarvan de identiteit niet valt vast te stellen. Al snel wordt duidelijk dat het gaat om illegaal in Zweden verblijvende jongens, die langdurig zijn mishandeld en misbruikt. Er zijn sporen te vinden van een verdovend middel dat tandartsen bij hun behandelingen gebruiken. Verder zijn er eigenlijk geen aanknopingspunten.
Bij de speurtocht naar de dader zoekt Kihlberg het in de richting van seksueel geperverteerden. Maar daarbij werkt het Openbaar Ministerie bepaald niet mee. De mogelijke verdachte die ze wil verhoren krijgt ze niet in de verhoorkamer. Uiteindelijk vindt ze steun bij psychotherapeut Sofia Zetterlund, die belangstelling lijkt te hebben voor dezelfde verdachten. Deze Zetterlund is op haar beurt weer geobsedeerd door een van haar patiënten, Victoria Bergman. Deze vrouw gaat gebukt onder de gevolgen van seksueel misbruik in haar jeugd. De verhoren zijn op bandjes opgenomen. De therapeute luistert deze op gepaste tijden af. Zetterlund is ook betrokken bij hulpverlening aan voormalige kindsoldaten.
Al deze lijntjes grijpen in de roman langzaam in elkaar. De permanente spanning die het schrijversduo weet op te wekken is zodanig, dat het moeilijk wordt het boek terzijde te leggen. De mannen begrijpen iets van psychologie, hebben waarschijnlijk gedegen onderzoek gedaan naar de werkwijze in de psychotherapie en bij de politie in een grote metropool als Stockholm. In ieder geval krijg je als lezer geen enkel moment het gevoel dat er iets aan het verhaal is gekunsteld. Sterker: het ene gruwelijke moment vloeit logisch voort uit het vorige. Briljant.
Gezien de grote belangstelling van het Nederlandse lezerspubliek voor dit soort thrillers is het aannemelijk dat er snel nieuwe drukken van 'Het kraaienmeisje' zullen komen. Dan verdient het aanbeveling dat ze bij uitgeverij Cargo nog eens zorgvuldig kijken naar de tekst op de achterflap van het boek. Want hoewel de hele roman zich in Stockholm afspeelt, stelt de tekst dat bij een 'een metrostation in Oslo' het eerste lichaam wordt gevonden. Dat staat nogal knullig, vooral bij een thriller van een schrijversduo waar we in de toekomst - als de voortekenen niet bedriegen - nog veel van zullen horen.
Eriksson & Sundquist - Het kraaienmeisje. Vertaling: Elina van der Heijden en Wiveca Jongeneel. Uitgeverij Cargo, 381 pag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten