(Door Maarten Moll)
De Deense schrijver Jussi Adler-Olsen is in Nederland bekend geworden met de politieromans rond rechercheur Carl Mørck. In deze zogenoemde Serie Q verschenen vier delen. Een meer dan uitstekende serie, mede door de hoofdpersonen - onder wie Mørcks assistens Assad - van wie we steeds meer te weten komen.
Voor Adler-Olsen aan Serie Q begon, schreef hij drie thrillers. De eerste twee, Het Alfabethuis en De bedrijfsterrorist zijn nu door uitgeverij Prometheus gebundeld. Bijna duizend pagina's zonder Carl Mørck. Is dat voor de Mørck-fans te doen? Ja en nee.
In het eerste deel van Het Alfabethuis laat hij twee Engelse oorlogsvliegers in 1944 in Duitsland neerstorten. Op miraculeuze wijze weten ze uit handen van de Duitsers te blijven. Ze nemen de plaats in van twee SS-oficieren die naar een hospitaal worden gebracht. Ze kunnen dat doen omdat die officieren getraumatiseerd zijn en niet kunnen spreken. Adler-Olsen beschrijft kundig en met spanning - hoe handelt een mens als hij onderdrukt wordt - het verblijf en de strijd om de werkelijke identiteit verborgen te houden. Op simulatie staat de doodstraf. Alleen heeft hij daar wel heel veel pagina's voor nodig. Ontsnap nou toch eens een keer! schreeuw je de twee Engelsen op ene gegeven moment toe.
Ook het tweede deel, dat speelt in 1972, had wel wat korter gemogen. Weer wordt alles uitgesponnen, met gevangennemingen, ontsnappingen etc. Dat je doorleest, is omdat je natuurlijk wel wilt weten hoe het afloopt. De bedrijfsterrorist is een krankzinnge thriller. Maar ook hier nekt de omvang de lezer. Adler-Olsen neemt veel te veel hooi op zijn vork. Peter de Boer liquideert bedrijven in opdracht van concurrenten. Origineel gegeven. Maar al snel komt hij, en later ook zijn vriendin, in een web van complotten en internationale criminele netwerken terecht. De kracht van Olsen is dat hij een stuwend verhaal weet neer te zetten (geloofwaardigheid doet er niet toe in thrillers). Hij sleurt je door de pagina's. Maar als het sleuren gaat vervelen...
Ook zijn Serie Q-romans tellen veel pagina's. Ook daar worden de plotlijnen uitgesponnen, maar voor die serie heeft hij - misschien gerijpt als schrijver - kleurrijke personages geschapen die bovendien meer inhoud hebben. En in die roman heeft hij lucht verwerkt. Humor vooral, en terzijdes die het allemaal niet zo loodzwaar maken.
Jussi Adler-Olsen - Het alfabethuis & De bedrijfsterrorist. Vertaling: Erica Weeda. Uitgeverij Prometheus, 976 pag.
(Bron: Het Parool)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten