06 maart 2008

Voor het sterven (achtergrond, 2008)

DE 50 BESTE MISDAADAUTEURS (VOLGENS THE DAILY TELEGRAPH)

Er was er een die er een blauw oog aan overhield, bij de ander waren de haren uitgetrokken en een derde was gebeten. Kortom, het had nogal wat voeten in aarde voordat de literatuurrecensenten van The Daily Telegraph onlangs de lijst der lijsten wisten op te stellen: vijftig misdaadauteurs die u gelezen móet hebben voor u sterft. De critici vroegen zich af: welke thrillerschrijver kan ook echt schrijven? Zonder rekening te houden met de populariteit van sommige auteurs - want waar zijn bijvoorbeeld Ian Rankin, Michael Connelly, Dennis Lehane, Lisa Scottoline in dit rijtje? - kwamen de recensenten tot de volgende lijst. Van Margery Allingham tot 'onze' eigen Janwillem van de Wetering.


Margery Louise Allingham (1904-1966). Geboren in Ealing, Londen, schreef Allingham vele romans, korte verhalen en toneelstukken, veelal in het misdaadgenre. Met vaart en frivoliteit geschreven. Zij had ook veel aandacht voor de occulte kant van het aardse bestaan.

Zij is het meest bekend als de auteur die de speurder-avonturier Albert Campion bedacht. Campion kwam in zeventien romans en twintig korte verhalen voor. Allingham overleed in 1966 aan de gevolgen van borstkanker.
Lees: The Tiger in the Smoke (1952)




Colin Bateman
(1962) is een thrillerschrijver, scenarist en voormalig journalist uit Bangor, Noord-Ierland. Bateman schrijft thrillers sinds zijn debuut Divorcing Jack uit 1994.

Journalist Dan Starkey speelt regelmatig een hoofdrol in Batemans komische thrillers. Bateman is ongeëvenaard in zijn oneliners.

Zie ook dit interview met Colin Bateman.
Lees: Wild About Harry (2001)



Edmund Clerihew Bentley (1875-1956). Een populaire Britse romanschrijver en humorist, die slechts vier boeken schreef, maar zeer invloedrijk was.

Trent's Last Case
uit 1913 is een mijlpaal in het detectivegenre omdat het breekt met enkele ongeschreven wetten voor dit soort boeken. Het boek wordt beschouwd als een van de eerste moderne misdaadromans. Zijn populariteit bereikte rond 1940 een hoogtepunt.
Lees: Trent's Last Case (1913)



Benjamin Black
(1945). Pseudoniem van de veelgeprezen Ierse romanschrijver en journalist John Banville. Onder zijn echte naam won de auteur The Man Booker Prize voor zijn achttiende roman The Sea.

Blacks tot dusver verschenen twee thrillers Christine Falls en The Silver Swan zijn gesitueerd in het Dublin van de jaren vijftig. Daarin onderzoekt patholoog-anatoom Quirk verdachte sterfgevallen. De romans zijn behoorlijk somber van toon.
Lees: Christine Falls (2006)



Lawrence Block (1938) is een Amerikaanse misdaadauteur die faam heeft verworven met zijn twee lange series boeken. De ene was een reeks hardboiled thrillers over de alcoholische privédetective Matthew Scudder, een ex-politieman. De ander was veel lichter van toon en had de gentleman-inbreker Bernie Rhodenbarr als hoofdrolspeler.

Block werd in 1993 benoemd tot Grand Master door het genootschap Mystery Writers of America.
Lees: All The Flowers Are Dying (2005)



Kyril Bonfiglioli (1929-1985). Kyril Bonfiglioli was een kunsthandelaar in Oxford. Later werd hij schrijver. Bonfiglioli schiep in slechts drie boeken de antiheld Charlie Mortdecai - ook een kunsthandelaar, maar dan een met onweerstaanbare charme en hier en daar psychopatische trekjes.

Zijn schelmenromans zijn behoorlijk politiek incorrect.
Lees: The Mortdecai Trilogy (1991)



Anthony Boucher (1911-1968). Deze redacteur van sciencefictionverhalen en schrijver van thrillers en korte verhalen werd geboren als William Anthony Parker White.

Hij was invloedrijk als redacteur. Tussen 1942 en 1947 recenseerde hij misdaadliteratuur voor de San Francisco Chronicle. Als auteur schiep hij karakters als Nick Noble, een voormalige smeris die een kroeg in stand houdt terwijl zijn ex-collega's hem hun moeilijkste zaken voorlegeen.
Lees: The Case of the Baker Street Irregulars (1940)



James Lee Burke (1936), opgegroeid in Houston, Texas, schrijft al op jonge leeftijd zijn eerste boek, Half of Paradise. Daarna volgen nog twee boeken. Vervolgens wordt het dertien jaar stil rond zijn persoon.

Het boek Lost Get-Back Boogie betekent de ommekeer. Nadat het door meer dan honderd uitgevers was geweigerd, werd het uiteindelijk, in 1986, toch uitgegeven. Het werd genomineerd voor de Pulitzer Prize, maar zorgde er ook voor dat Burke zich meer en meer ging richten op de misdaadroman. In 1987 komt het eerste boek over de Vietnamveteraan, belijdend christen, anoniem alcoholist en parttime detective Dave Roubicheaux uit Louisiana uit. Het derde boek in deze serie, Black Cherry Blues, levert Burke een Edgar Award op.
Lees: Black Cherry Blues (1989)


Andrea Camilleri (1925). Het Fenomeen wordt Andrea Camilleri in Italië genoemd. De misdaadauteur is er immens populair. In zijn thrillers is een Italiaanse commissaris de hoofdpersoon. Het gaat om de melancholieke Siciliaan Salvo Montalbano, een veertiger met passie voor eten en drinken. Hij woont alleen, maar heeft een verloofde in het verre Genua. Sicilië is waar het zich allemaal afspeelt.

Camilleri's karakters zijn levendig en en hun dilemma's eeuwig.
Il corso delle cose (De loop der dingen) was de titel van Camilleri's debuut uit 1968, dat door maar liefst veertien uitgevers werd afgewezen.
Lees: The Patience of the Spider (2007)


Raymond Thornton Chandler (1888-1959). Deze Amerikaanse schrijver van detectiveverhalen en -romans was samen met Dashiel Hammett en James M. Cain (de Californische school) één van de founding fathers van het hardboiled detectivegenre. Hij schreef slechts zeven misdaadromans en ruim 24 korte verhalen, die tot klassiekers uitgroeiden en van grote invloed waren op andere schrijvers, zoals Ross Macdonald.

Chandlers doordachte proza werd in brede kring bewonderd, van intellectuelen zoals W.H. Auden, Stephen Spender en Evelyn Waugh tot populisten als Ian Fleming. Hoewel zijn stijl vooral was geënt op die van Dashiell Hammett, was zijn gebruik van dichterlijke vergelijkingen heel origineel. Zinswendingen als De minuten liepen op hun tenen voorbij, met de vinger op de lippen (uit The Lady in the Lake, 1943) hebben in de VS de benaming 'Chandlerisms' gekregen.
Lees: Farewell, My Lovely (1940)


Gilbert Keith Chesterton (1874-1936) was een Engels letterkundige en journalist. Hij verdedigde in zijn geschriften de waardigheid van de menselijke persoon tegen alle mogelijke 'ismen'. Zijn scherpe, met humor geladen aanvallen bezorgden hem grote populariteit, maar ook talrijke vijanden. Hij is ook de auteur van Father Brown.

Chesterton werd 'de prins van de paradox' genoemd. Hij schreef een nonchalant, geestig proza met verbluffende formuleringen. Bijvoorbeeld: Dieven respecteren het privébezit. Ze willen alleen het privébezit tot hun privébezit maken, zodat ze het nog meer kunnen respecteren. Hij is een van de weinige christelijke schrijvers die evenveel bewonderd wordt door vrijzinnige als conservatieve christenen en ook door veel niet-christenen.
Lees: de complete serie Father Brown


Agatha Christie (1890-1976. De Britse schrijfster Dame Agatha Mary Clarissa Miller groeide uit tot één van de meest vertaalde en verkochte auteurs in de recente geschiedenis. Christies oeuvre omvat tachtig detectiveromans, twintig toneelstukken, vier non-fictie werken, zes romans (onder het pseudoniem Mary Westmacott) en een slordige 150 kort verhalen.

Er zijn bijna 200 verfilmingen van/over Christies werk en over het leven van de auteur op film en televisie verschenen (de Japanse animatieserie over Hercule Poirot en Miss Marple, twee van haar meest bekende karakters, uitgezonderd).
Lees: Peril at End House (1932)


Wilkie Collins (1824–1889) was een Britse schrijver en een tijdgenoot en vriend van Charles Dickens. Collins was een veelschrijver en publiceerde ook in Dickens' tijdschriften Household Words en All the Year Round. Hij geniet de meeste bekendheid als schrijver van de romans The Woman in White en The Moonstone, beide voorlopers van de detectiveroman.

De publicatie van The Moonstone zorgde voor een sensatie door de sensationele beschrijvingen van opiumverslaving. Wilkie Collins baseerde deze gedeeltelijk op zijn eigen ervaringen. Als een gevolg van deze verslaving leed Wilkie Collins op latere leeftijd in toenemende mate aan waanvoorstellingen. De meest opzienbarende hiervan was zijn overtuiging dat hij constant werd vergezeld van een dubbelganger, die hij 'Ghost Wilkie' noemde.
Lees: The Moonstone (1868)


Arthur Conan Doyle (1859-1930). Conan Doyles pijprokende detective is zo bekend, dat de naam Sherlock Holmes synoniem is geworden voor speurder. De verhalen rond Holmes betekenden een belangrijke vernieuwing van het genre en werden in korte tijd zeer populair. De druk, die dit legde op Conan Doyle, maakte dat zijn personage hem ernstig dwars ging zitten. In november 1891 schreef hij aan zijn moeder: Ik denk erover Holmes te doden... zodat hij voor eens en altijd verdwenen is. Hij leidt mijn gedachten af van betere dingen.

In december 1893 gebeurde dit ook, in het verhaal The Final Problem, waarin Holmes en zijn aartsvijand Professor Moriarty gezamenlijk in de Reichenbachwaterval in Zwitserland vallen en kennelijk omkomen. Zijn lezers pikten dit echter niet en Holmes keerde als kennelijke overlever van het drama bij de watervallen terug in menig verhaal. In veel avonturen wemelt het van de voortgangsfouten, maar Sherlock Holmes is gewoonweg briljant.
Lees: The Hound of the Baskervilles (1902)


Robert Crais (1954). De Amerikaanse schrijver Robert Crais begon zijn carrière als scenarist voor tv-series als Hill Street Blues, Cagney & Lacey, Miami Vice en L.A. Law. In de jaren tachtig besloot hij zich op het schrijven van thrillers te richten.

Aanvankelijk was hij weinig succesvol, maar na de dood van zijn vader in 1985 bedacht Crais een romanfiguur die behoorlijk in de smaak viel. De privédetective Elvis Cole is het type van ruwe bolster, blanke pit, eentje met het hart op de juiste plaats en de charme van Elvis the King. Crais snijdt actuele thema's aan in zijn thrillers. Free Fall was gebaseerd op de rellen volgende op de mishandeling door politieagenten van Rodney King en in Sunset Express komt een moordenaar voor die gelijkenis vertoont met O.J. Simpson.
Lees: The Watchman (2007)


Edmund Crispin (1921-1978) is het pseudoniem van Robert Bruce Montgomery, een bohemien onderwijzer en componist van koormuziek. Hij schreef ook soundtracks voor films, voordat hij zich op romans toelegde. In zijn detectives figureert professor annex speurder Gervase Fen, een hoogleraar aan de universiteit van Oxford.

Crispins whodunnits hebben ingewikkelde plots en fantastische, soms ongeloofwaardige oplossingen. De boeken zijn in een humoristische stijl geschreven en verwijzen vaak naar Engelse literatuur, poëzie en muziek. Crispin was een alcoholist en stierf uiteindelijk aan een hartaanval.
Lees: Holy Disorders (1945)


Charles John Huffham Dickens (1812–1870) was een van de belangrijkste Britse schrijvers van het Victoriaanse tijdperk. Veel van zijn werken verschenen in eerste instantie in de vorm van feuilletons in diverse bladen en werden pas later als boek uitgegeven. Enkele van zijn werken werden op deze manier gepubliceerd in het blad Household Words dat hij redigeerde en in de opvolger daarvan, All the Year Round.

Grote bekendheid verwierf hij met The Pickwick Papers (The posthumous papers of the Pickwick Club), dat vanaf 1836 in maandelijkse afleveringen verscheen. Na het succes hiervan verschenen snel achtereen Oliver Twist, Nicholas Nickleby, The Old Curiosity Shop en Barnaby Rudge. In veel gevallen stelde hij sociale misstanden aan de kaak, maar dat ging nooit ten koste van een goede verhaalopbouw en sterke karaktertekening.

In 1842 reisde hij naar de Verenigde Staten, waar hij onder andere pleitte voor de afschaffing van de slavernij. In 1843 verscheen de eerste en beroemdste van zijn kerstvertellingen: A Christmas Carol in Prose. Net zoals zijn vriend Wilkie Collins was Dickens geobsedeerd door criminaliteit. Zijn rechercheur Bucket uit Bleak House was een van de eerste speurders in de fictie.
Lees: Bleak House (1852)


John Dickson Carr (1906-1977). 'De meester van de onmogelijke misdaad' werd geboren in Uniontown. In de zomer van 1927 vertrekt hij naar Parijs 'om te studeren'. Zijn vader zag in hem een advocaat, zelf wilde hij slechts één ding : detectiveverhalen schrijven.

Voor hij een appartement in Parijs vond, bracht Carr zijn tijd door in Engeland, Duitsland en Italië. Zijn verblijf in Frankrijk resulteerde in een aantal verhalen met inspecteur Bencolin in de hoofdrol. Ook een aantal historisch geïnspireerde romans spelen zich af in het middeleeuws Frankrijk. Carrs eerste roman It walks by night wordt in 1930 gepubliceerd.

De flamboyante Fransman Bencolin wordt na vijf romans en vier korte verhalen genadeloos aan de dijk gezet om plaats te maken voor twee Engelse 'zwaargewichten': onder het pseudoniem Carter Dickson wordt Sir Henry Merrivale, 'Mycroft' of gewoon HM ten tonele gevoerd in 22 romans en 2 korte verhalen. Zijn tegenpool werd dan Dr Gideon Fell die in 23 romans en 5 korte verhalen de hoofdrol mocht vertolken.

Carr wordt ook wel 'de meester van het gesloten-kamer-mysterie' genoemd. Feit is dat veel van zijn slachtoffers inderdaad de geest gaven op plaatsen die op het eerste zicht ontoegankelijk waren. Sommige plots zijn ingenieus gevonden, maar andere vallen vrij zwak uit. (bron: http://www.geocities.com/ericgellaerts/).
Lees: The Hollow Man (1935)


Friedrich Dürrenmatt (1921-1990). Het beroemdste van de reeks spannende boeken van deze Zwitserse auteur, is The Pledge. Daarin ontdekt een politieman dat zijn Holmes-achtige speurderskwaliteiten niet zijn opgewassen tegen de gruwelijkheden van alledag. Het boek is later verfilmd met Jack Nicholson in de hoofdrol.

Naast boeken schreef Dürrenmatt ook toneelstukken. Zijn werken reflecteerden zijn ervaringen in de Tweede Wereldoorlog. Een gevleugelde uitdrukking van de schrijver was: 'Een verhaal is niet af voordat het de ergste draai heeft gemaakt'.
Lees: The Pledge (1958)


James Ellroy, geboortenaam Lee Earle Ellroy (1948) is een veelgelezen Amerikaanse misdaadschrijver en essayist. Hij heeft een unieke 'telegram'-stijl, waarbij hij woorden weglaat die andere schrijvers noodzakelijk zouden vinden. Zijn labyrintische boeken worden gekenmerkt door hun zwarte humor, de weergave van Amerikaans autoritarisme, een veelheid aan verhaallijnen en een pessimistisch wereldbeeld. Hoewel Ellroy conservatief lijkt, is hij een streng vegetariër die geen sterke drank gebruikt, en die tegen de doodstraf is.

In 1958, toen James 10 jaar oud was, werd zijn moeder, Geneva, vermoord in El Monte. Zij was daarnaartoe verhuisd samen met James, drie jaar na de scheiding van zijn vader, Armand. De moord die nooit opgelost werd, was een keerpunt in James' leven, en dit gaf hij weer in My Dark Places.
Geweld moet zijn nut hebben, stelt Ellroy, die de beste misdaadauteur uit de geschiedenis wil worden. De methode om dit te bereiken heeft hij ondertussen al gevonden: ,,Wat iedereen wil is goedgeschreven literatuur dat voortdurend opwindend en ontspannend is en dat je ‘a great fucking story’ vertelt. Dit soort boeken wil ik lezen. Dit soort boeken schrijf ik.''
Lees: The Black Dahlia (1987)


Frances Fyfield (1948) is het pseudoniem van Frances Hegarty, een Britse advocate en thrillerschrijfster. Na haar studie werkte ze onder andere voor de Metropolitan Police. Over haar carrière zegt ze: ,,Na een lang dieet van strafzaken, waarin gevaarlijke honden, verkrachters en veel, veel moordenaars waren inbegrepen, wilde ik over romantiek gaan schrijven. Maar het huiselijke macabere zat altijd in de weg.''

Fyfield won diverse prijzen, waaronder de Crime Writers' Association Silver Dagger (voor Deep Sleep). Ze schrijft ook psychologische thrillers onder haar eigen naam. Haar boeken zijn vertaald in veertien talen.
Lees: The Art of Drowning (2006)


Michael Gilbert (1912-2006). De boeken waarin Mr Calder en Mr Behrens figureren, twee ogenschijnlijk goedaardige heren maar in werkelijkheid moordenaars van de geheime dienst, zijn voorbeelden van de uiterst beschaafde benadering van geweld door deze ondergewaardeerde schrijver.

Michael Francis Gilbert was naast schrijver ook advocaat in Londen, die onder anderen Raymond Chandler als cliënt had. Hij had een lange schrijverscarrière die in 1946 begon met zijn debuut 'Close Quarters' tot aan 1999 met zijn thriller 'Over and Out'. Hij schreef policiers, spionageromans, avonturenverhalen, maar ook legal thrillers en alle soorten van denkbare combinaties van deze genres.
Lees: Smallbone Deceased (1950)


James Grady (1949). In Shelby, Montana geboren journalist en schrijver. In de thrillers van James Thomas Grady komen gewone mensen in buitengewoon gevaarlijke situaties terecht, veelal door toedoen van corrupte en inhalige overheidsfunctionarissen.

Zijn eerste roman, Six Days of the Condor, schreef hij toen hij 24 was. Het boek werd meteen verfilmd. Grady werkte ook als onderzoeksjournalist. Zijn ervaringen bezorgden hem een schat aan materiaal voor thrillers waaronder Razor Game en Runner in the Street.
Lees: Six Days of the Condor (1974)



Dashiell Samuel Hammett
(1894-1961). Hammett was een Amerikaans schrijver, onder meer bekend door de verfilming van zijn detectiveverhaal The Maltese Falcon, een van de eerste echte klassiekers in het Film Noir genre. Hij is de grondlegger van de moderne misdaadroman. Uit arren moede begon hij te schrijven voor pulpbladen, die in de jaren twintig immens populair waren in de Verenigde Staten. Vaak gingen die gewelddadige verhalen over de dikke detective Continental Op, waarmee hij al snel een van de populairste pulpschrijvers werd en zo zich het vak eigen maakte.

Hammett debuteerde in 1929 met 'The Dain Curse'. Hammett bracht de realiteit in het detectivegenre, dat daarvoor doordesemd was van de romantiek. Niet voor niets schreef Raymond Chandler ooit: ,,Ik heb het hardboiled misdaadverhaal niet uitgevonden en ik heb er nooit een geheim van gemaakt dat bijna alle eer daarvoor toekomt aan Dashiel Hammett.''
Herdrukt in 2004 zijn z'n verhalen over Continental Op nog zo verbazingwekkend levendig dat Hammetts held uit de jaren twintig een Blackberry zou kunnen hanteren zonder op te vallen.
Lees: The Maltese Falcon (1930)


Carl Hiaasen (1953). 'Meester van de komische misdaadroman' en 'Het geweten van Miami'. In zijn boeken beschrijft hij Florida's klimaat van ongegeneerde corruptie. De voormalig verslaggever en columnist voor The Miami Herals is altijd op zoek naar een schandaal.

,,Florida werd vernietigd door de ongebreidelde groei, overontwikkeling en vervuiling en de kwalijk ruikende wortel van al dit kwaad is hebzucht.'' Zo wordt in 'Hurricane' een zware orkaan gevolgd door een vloedgolf aan criminelen die komen kijken wat er te halen valt.
Bekendheid kreeg Hiaasen met de verfilming van zijn boek 'Striptease'. Het boek was overigens vele malen beter dan de film, ook al speelde Demi Moore er in.
Lees: Double Whammy (1987)


George V. Higgins (1939-1999) was niet alleen schrijver, maar ook een advocaat, columnist en hoogleraar. Elmore Leonard beschouwt George Vincent Higgins als zijn leermeester. Higgins, geboren in Brockton, Massachusetts als zoon van een onderwijzersechtpaar, was befaamd om zijn meesterlijke dialogen en zijn niet geringe kennis van de onderwereld.

Higgins' boek 'The Friends of Eddie Coyle' (1972) werd in 1985 uitgekozen als een van de twintig beste Amerikaanse romans sinds de Tweede Wereldoorlog. Higgins had er een hekel aan om misdaadauteur te worden genoemd. Hij benadrukte dat hij romans schreef.
Lees: The Rat on Fire (1981)


Patricia Highsmith (1921-1995) geboren als Mary Patricia Plangman (Fort Worth (Texas) was een Amerikaans schrijfster die voornamelijk bekend is van een aantal psychogische thrillers. Daarnaast schreef zij vele korte verhalen. Zij werd geboren in de Verenigde Staten maar woonde het grootste gedeelte van haar leven in Frankrijk. Zij schreef ook onder het pseudoniem Claire Morgan.
Highsmiths eerste boek 'Strangers on a Train' uit 1950 werd drie keer verfilmd, onder anderen door door Alfred Hitchcock in 1951. Haar tweede boek 'The Price of Salt' speelt zich af in het bekrompen Amerika van de jaren '50. Een jonge vrouw staat op het punt te trouwen, maar wordt hals over kop verliefd op Carol, een getrouwde vrouw. In de roman worden alle twijfels beschreven die deze gevoelens met zich brengen en alle obstakels die de vrouwen moeten overwinnen. Haar uitgever zag niets in dit liefdesverhaal tussen twee vrouwen. Highsmith laat de roman onder een pseudoniem uitgeven bij een kleine uitgeverij. In 1991 verscheen het boek in een Nederlandse vertaling onder de titel 'Carol'.

Tom Ripley is haar bekendste personage. Ripley liet ze in totaal vijf boeken opdraven. Het eerste boek waarin hij verscheen was 'The Talented Mr. Ripley'. In 1960 werd dit boek verfilmd als Plein Soleil door René Clément met Alain Delon in de rol van Tom Ripley. In 1999 werd het boek nogmaals verfilmd door Anthony Minghella met Matt Damon als Ripley. 'Ripley's Game' werd eveneens twee keer verfilmd; in 1977 door Wim Wenders als Der Amerikanische Freund met Dennis Hopper in de hoofdrol en in 2002 nogmaals met John Malkovich in de hoofdrol. 'Ripley Under Ground' is inmiddels ook verfilmd met dit keer Barry Pepper in de titelrol.
In totaal heeft Patricia Highsmith tweeëntwintig romans en zeven boeken met korte verhalen op haar naam staan. René Appel beschouwt haar als zijn grote voorbeeld.
Lees: The Talented Mr Ripley (1955)


Reginald Hill (1936), Britse misdaadauteur en winnaar in 1995 van de Crime Writers' Association Cartier Diamond Dagger voor zijn hele oeuvre. Iedereen denkt Hill te kennen door de tv-serie die op zijn twee personages Dalziel en Pascoe is gebaseerd. Maar men mist dan wel zijn magnifieke stijl en de manier waarop hij lezers om de tuin weet te leiden.

Hill, die zo'n twintig thrillers schreef over de twee Yorkshire rechercheurs, is zogezegd slachtoffer van zijn eigen succes. Hij schreef niet alleen over Dalziel en Pascoe, maar publiceerde ook nog dertig andere romans, waaronder vijf waarin de zwarte monteur Joe Sixsmith zich als detective ontpopt in Luton en omgeving.
Lees: Good Morning Midnight (2004)


Michael Innes was het pseudoniem van de Oxford-wetenschapper J.I.M. Stewart (1906-1994). Innes schreef zo'n vijftig misdaadromans en verhalenbundels in de periode tussen 1936 en 1986. Zijn detectives waren speels intellectueel, rijk aan zinspelingen op de Britse literatuur en de kunst uit de Renaissance.

Het bekendste karakter uit Innes' thrillers is Sir John Appleby, een inspecteur bij Scotland Yard, die meerdere malen in de boeken opduikt. In andere romans komt weliswaar een amateur-speurder, maar niet minder effectief, voor, luisterend naar de Charles Honeybath. De twee detectives ontmoeten elkaar in de misdaadroman 'Appleby and Honeybath.'
Lees: The Weight of the Evidence (1943)


Dan Kavanagh heet eigenlijk Julian Patrick Barnes. Onder zijn eigen naam werd de in 1946 geboren Britse auteur drie keer genomineerd voor de Man Booker Prize.

Als Kavanagh schreef hij in de jaren tachtig vier grimmige, absurde thrillers: 'Duffy', 'Fiddle City', 'Putting the Boot In' en 'Going to the Dogs' (1987). Hierin speelt Duffy, een biseksuele ex-agent, de hoofdrol.
Lees: The Duffy Omnibus (1991)



Ronald Knox (1888-1957), een Britse satirist, essayist, schrijver en vertaler, wiens carrière meer dan een halve eeuw omspande. De meeste van Knox' boeken gingen over religie en spirituele onderwerpen. Hij bekeerde zich tot het rooms-katholicisme toen hij 29 jaar was en wijdde zijn leven voornamelijk aan het vertalen van de Bijbel.

Knox was ook een vooraanstaand lid van het Engels Detection Club, een genootschap van misdaadschrijvers. In 1929 publiceerde hij zijn tien geboden van de misdaadliteratuur. Knox benadrukte in zijn Detective Story Decalogue 'eerlijk spel' tussen lezer en schrijver en verbood het gebruik in thrillers van 'doodstralen', onbekend vergif en toevallige ongelukken.
Ronald Arbuthnott Knox werd geboren in Knibworth, Leicestershire, als vierde zoon van Ellen Penelope Franse en de dominee Edmund Arbuthnott Knox, later bisschop van Manchester. Ronalds moeder overleed toen hij vier jaar oud was.

Knox' eerste misdaadroman was The Viaduct Murder (1925), een verhaal over een groep golfers die het dode lichaam van de lokale atheïst onder een spoorwegviaduct vindt. De pijprokende verzekeringonderzoeker Miles Bredon, Knox' held, werd geïntroduceerd in The Three Taps (1927). Na zes thrillers stopte Knox met schrijven omdat de bisschop hem had verzocht zijn tijd te besteden aan nuttiger zaken. Knox beschouwde de detectiveroman als een intellectuele puzzel die moet voldoen aan de regels van de logica - een mening die gedeeld werd door veel van zijn collega's.
Lees: The Viaduct Murder (1925)


Stieg Larsson (1954-2004) was een vooraanstaand Zweedse journalist die bij zijn dood de manuscripten naliet van drie thrillers. Vanaf zijn jeugd was hij een liefhebber van SF, een tijdlang was hij zelfs voorzitter van de Zweedse Science Fiction vereniging.

Larsson gold als een internationaal expert op het gebied van rechtsextremisme en neonazisme. Nadat er in 1995 in Zweden 5 racistische moorden waren gepleegd richtte hij de stichting Expo op met als doel: onderzoek plegen naar en publiceren over racistische en totalitaire organisaties en hun activiteiten in Zweden. Hij werd voorzitter van Expo en uitgever van het gelijknamige tijdschrift. Ook publiceerde hij een aantal boeken over de problematiek van het rechtsradicalisme in Zweden. Dit leverde hem bedreigingen op van aanhangers van rechtsradicale bewegingen.

Stieg Larsson had altijd al het plan een misdaadroman te schrijven. In 2002 begon hij tijdens zijn zomervakantie weer aan een boek. Achteraf bleek dit het eerste deel van de Millennium-trilogie te zijn. De titel van de trilogie is ontleend aan het tijdschrift waar een hoofdpersoon werkt. De schrijver voltooide de serie maar mocht de publicatie van het eerste deel in eigen land niet meer meemaken. Larsson stierf op 9 november 2004 in Stockholm tijdens zijn werk bij Expo aan de gevolgen van een hartinfarct.

In Larssons boeken staat het puzzelen en deduceren op de vierkante centimeter naast geavanceerde opsporingsmethoden met behulp van computernetwerken. Oude en nieuwe tijd vloeien mooi in elkaar over. Het raadsel van een verdwijning, 40 jaar geleden, speelt naast corruptie in de 21e eeuw. (bron: Misdaadromans.nl)
Lees: Mannen die vrouwen haten (2006)


Jonathan Latimer (1906-1983) was een Amerikaanse misdaadschrijver die beroemd werd met zijn William Crane-romans. Hij werd geboren in Chicago en trad in dienst bij de Chicago Tribune als journalist. Hij schreef voornamelijk over criminaliteit en had ontmoetingen met onder anderen Al Capone en Bugs Moran. Medio jaren dertig stortte Latimer zich op de fictie en startte met een serie thrillers waarin privédetective William Crane het centrale karakter is.

Latimer schreef typische hardboiled detectives gecombineerd met slapstickachtige elementen .
Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende Latimer bij de Amerikaanse marine. Na de oorlog verhuisde hij naar Californië waar hij scenario's schreef voor Hollywoodfilms. Jonathan Wyatt Latimer stierf op 76-jarige leeftijd aan de gevolgen van longkanker.
Lees: The Fifth Grave (1941)


John Lawton (1947), documentairemaker en auteur. In deze laatste hoedanigheid vermengt de Brit graag feiten en fictie. The Times noemde het werk van deze schrijver 'verslavend'. Zijn thriller 'Oneerbare verdiensten' speelt zich af in Londen, 1963. De woelige jaren zestig zijn in volle gang. Op de beruchte feesten van Dr. Fitzpatrick gaan diplomaten en parlementsleden zich te buiten aan seks, drugs en rock-'n-roll. Als de kranten daar lucht van krijgen, wordt Fitzpatrick gearresteerd vanwege 'oneerbare verdiensten'.

In 'In dienst van Churchill' staat Engeland alleen in de oorlog tegen nazi-Duitsland. Rusland waant zich veilig; Amerika houdt zich ogenschijnlijk afzijdig. Bij een luchtaanval op Berlijn verdwijnt de hooggeplaatste SD-officier Wolfgang Stahl, een Amerikaanse spion die werkt onder de codenaam De Blikken Man. De Duitsers denken dat hij dood is, de Britten weten wel beter. Maar waar is hij nu? De contactpersoon van Stahl bij het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, de verlegen aristocraat Calvin Cormack, probeert Stahl terug te vinden. Het spoor eindigt in Londen. Maar voor Cormack is Engeland een andere planeet: de taal, de gewoonten en de mensen blijven hem verbazen en zijn missie faalt jammerlijk. Dan ontmoet hij zijn laatste hoop. Een stille, zwaarmoedige, 25-jarige politieman van Scotland Yard. Zijn naam is Troy.
Lees: Black Out (1995)


Elmore Leonard (1925). De meester van de dialoog. Gewone-mensentaal, maar met de nodige, droge humor. Elmore Leonard werd beroemd met zijn sfeervolle tekening van de wereld van de kleine misdadiger.
Leonard werd geboren in New Orleans, maar het werk van zijn vader voor General Motors bracht met zich mee dat het gezin regelmatig verhuisde. In 1934 vestigde de familie Leonard zich uiteindelijk in Detroit, Michigan.
In de jaren dertig waren er twee grote gebeurtenissen die Leonards zouden beïnvloeden. De gangsters Bonnie en Clyde haalden regelmatig de kranten evenals het honkbalteam van de Detroit Tigers. Bonnie en Clyde beroofden banken van 1931 tot aan hun gewelddadige dood in 1934. In datzelfde jaar wonnen de Tigers de World Series. Het zorgde ervoor dat Leonard zijn leven lang geobsedeerd bleef door sport en wapens.

Leonard had zijn eerste succes als schrijver in 1951 toen zijn korte verhaal Trail of the Apache werd gepubliceerd. Zijn eerste roman The Bounty Hunters verscheen in 1953. Critici roemen 'de Dickens van Detroit om zijn realistische beschrijvingen en sterke dialogen. Zijn stijl neemt soms een loopje met de grammatica als dat de snelheid van het verhaal ten goede komt. Zijn belangrijkste regel die hij hanteert bij het schrijven is: 'Als wat ik heb geschreven op schrijven lijkt, dan herschrijf ik het.'
Lees: Maximum Bob (1991)


Henning Mankell (1948), schrijver die afwisselend in Mozambique en zijn vaderland Zweden woont. Mankell schrijft niet alleen thrillers, maar ook literaire romans, jeugdboeken en toneelstukken. Zijn boeken worden in meer dan dertig landen uitgegeven. In Nederland en België heeft Mankell zijn bekendheid vooral te danken aan de Wallander-serie: een reeks over de eigenwijze inspecteur Kurt Wallander uit Ystad.

In 2002 kreeg deze boekenreeks een vervolg met het eerste boek over Kurt Wallanders dochter Linda die eveneens politie-inspecteur werd. De Wallander-romans van Mankell werden verfilmd door de Zweedse STV met Rolf Lassgård in de hoofdrol. Bekender is de tv-serie Wallander, gebaseerd op ongepubliceerde, korte verhalen van Henning Mankell, waarin Kurt Wallander gespeeld wordt door Krister Henriksson.
Lees: Dwaalsporen (1995)


Ngaio Marsh (1895–1982) was een Nieuw-Zeelandse schrijfster van detectiveboeken en toneeldirectrice. Ngaio Marsh studeerde eerst schilderkunst maar sloot zich later als actrice aan bij een reizend toneelgezelschap in Nieuw-Zeeland. Vanaf 1928 verdeelde ze haar leven tussen Engeland en Nieuw-Zeeland, en ging leven van haar boeken.

Edith Ngaio Marsh schreef 32 detectiveromans en 1 bundel korte verhalen, die verschenen tussen 1934 en 1982. Samen met Agatha Christie, Margery Allingham en Dorothy L. Sayers behoorde ze tot de Britse 'Queens of Crime', de schrijfsters van misdaadverhalen die in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw domineerden. Hoofdpersoon in al haar detectiveverhalen is een op en top Engelse inspecteur, de aantrekkelijke Roderick Alleyn. Marsh brak vele vrouwenharten toen ze haar Alleyn uiteindelijk liet trouwen. De verhalen spelen zich vooral af in kunst- en toneelkringen, een milieu waarmee Marsh goed vertrouwd was.
In 1966 werd ze in de adelstand verheven als Dame Commander of the British Empire. Ze is nooit getrouwd geweest.
Lees: Vintage Murder (1937)


Ed McBain (1926-2005). Hij schreef het script voor Hitchcocks The Birds. Maar de auteur Ed McBain (geboren als Salvatore A. Lombino, maar sinds 1953 noemde hij zich Evan Hunter) komt tot leven als hij op verzoek van zijn uitgever een serie misdaadromans gaat schrijven. De eerste '87th Precinct' verschijnt in 1956.

McBain gaat nog zo'n halve eeuw door met deze politieromans die de lotgevallen van de rechercheurs van het 87the Precinct beschrijven en van grote invloed zouden zijn op de tv-serie Hill Street Blues.
Lees: King's Ransom (2003)


William McIlvanney (1936), een Schotse auteur van thrillers, romans en poëzie. McIlvanney, de zoon van een mijnwerker, wordt de kampioen van de korrelige, maar poëtische literatuur genoemd. In zijn boeken 'Laidlaw', 'The Papers of Tony Veitch', and 'Walking Wounded' portretteert hij het Glasgow van de jaren zeventig.

De boeken waren naar verluidt inspiratiebron voor de tv-serie Taggart, maar zijn veel intelligenter en subtieler. De thriller 'Laidlaw', genoemd naar rechercheur Jack Laidlaw die in McIlvanneys misdaadboeken figureert, wordt beschouwd als de eerste roman in het Tartan Noir-genre, een stroming in de misdaadliteratuur die haar roots heeft in Schotland, maar ook elementen uit het hardboiled genre haalt.
Lees: Laidlaw (1977)


Denise Mina (1966), in Glasgow geboren schrijfster van romans en stripboeken. Maar ze is het meest bekend van haar thrillers, waaronder de trilogie over de ex-psychiatrische patiënt Garnethill en de reeks rond de jonge reporter Paddy Meehan uit Glasgow.

Evenals McIlvanney wordt Mina beschouwd als een vertegenwoordiger van de Tartan Noir-stroming. Mina studeerde rechten aan Glasgow University. Ze schreef studies over de medische behandeling van vrouwen met afwijkend gedrag, een onderwerp dat ook in haar boeken is terug te vinden. Mina won eerder de John Creasey Award voor de beste misdaadroman van het jaar van de Crime Writers’ Association.
Zie ook dit interview met Denise Mina.
Lees: Garnethill (1999)


Walter Mosley (1952). Amerikaanse misdaadauteur die bekend werd met zijn serie hardboiled thrillers rond de zwarte privédetective en oorlogsveteraan Easy Rawlins, die in de wijk Watts in Los Angeles woonde en werkte. Bekende Rawlins-titels zijn 'Black Betty' en 'Devil in a Blue Dress. Van de laatste werd een film gemaakt met in de hoofdrol Denzel Washington. De laatste thriller waarin Easy Rawlins opdook, 'Blonde Faith' kwam vorig najaar uit bij uitgeverij Little, Brown and Company.
De toenmalige presidentskandidaat Bill Clinton, een verwoed lezer van misdaadromans, noemde Mosley in 1992 een van zijn favoriete auteurs. Zijn werk is in 21 talen vertaald.

Mosley gaat voor uitgeverij Riverhead Books drie romans schrijven, zo werd in 2007 bekend. In twee daarvan zal McGill figureren, een detective met als thuisbasis New York. McGill dook voor het eerst op in de novelle 'Karma'.
Lees: Devil in a Blue Dress (1991)


George Pelecanos (1957). Volgens The Daily Telegraph 'de Pulp Fiction-bard van de zelfkant van Washington DC'. De thrillers van deze Grieks-Amerikaanse auteur spelen zich voornamelijk af in de hoofdstad van de Verenigde Staten. Pelecanos is daarnaast ook een film- en televisieproducent. Zo was hij betrokken bij de HBO-serie The Wire.

Bij zijn thriller 'Hard Revolution' uit 2004 liet Pelecanos een cd meeverpakken. Het boek is waarschijnlijk het eerste met een eigen soundtrack. In 'The Night Garderner' uit 2006 gaf Pelecanos zichzelf een kleine bijrol.
Zie ook dit interview of dit interview met George Pelecanos.
Lees: Hell to Pay; De Grote Afrekening (1996)


Edgar Allan Poe (1809-1849). Poe was een man van vele talenten: zichzelf dood drinken was - helaas - niet een van de minste. Daarvoor schiep hij de eerste speurder in de misdaadliteratuur: Auguste Dupin en de harigste moordenaar, een orang-oetan.

Poe's bijzondere en vaak nachtmerrie-achtige werk was van grote invloed op de verschillende horror en fantasy genres. Hij wordt ook gezien als de grondlegger van het detective-genre met zijn drie verhalen over Auguste Dupin. Deze hadden een grote invloed op veel mysterieschrijvers na hem, onder meer Arthur Conan Doyle in The Hound of the Baskervilles.
Lees: The Murders in the Rue Morgue (1841)


Ruth Rendell (1930). Met haar creatie van inspecteur Wexford werd Ruth Rendell een van Engelands meest geliefde auteurs. Ze begon in 1964 met het schrijven van misdaadromans. Ook schrijft ze boeken onder de naam: Barbara Vine. Rendell heeft baanbrekend werk verricht voor het genre van psychologische misdaadromans. P.D. James heeft ooit gezegd dat Ruth Rendell het genre een upgrade heeft gegeven van ‘whodunnit’ naar ‘whydunnit’. Anderen noemen haar ‘de beste misdaadschrijfster ter wereld’. In 1997 kreeg ze de niet-erfbare titel van 'Baroness Rendell of Babergh'. Ze zit in de House of Lords namens Labour.

Ze begon in de journalistiek maar daar stopte ze na enkele jaren mee. Ze vond zichzelf niet goed genoeg. Ze trouwde met collega-journalist Don Rendell. In 1975 scheidde het echtpaar om vier jaar later te hertrouwen. De reden van deze kortstondige scheiding heeft Ruth Rendell nooit onthuld. Ruim tien jaar was ze huisvrouw en moeder. In 1953 kreeg ze een zoon, haar enige kind. Ze bleef wel schrijven in die tijd, maar haar verhalen werden steeds geweigerd.

In 1963 kwam ze in contact met Harold Harris van uitgeverij Hutchinsons. Bij deze uitgever verscheen in 1964 haar eerste boek en nog steeds is ze deze uitgeverij trouw.
Reginald Wexford, haar beroemde commissaris, en diens assistent Mike Burden waren de hoofdrolspelers van de verhalen die zich afspelen in Kingsmarkham, een fictieve stad. De detectives waarin deze twee een rol spelen, weerspiegelen het veranderende leven in de Engelse samenleving. In deze boeken zijn allerlei maatschappelijke en politieke thema’s van de afgelopen 40 jaar verweven. In 'Simisola' wordt een verhaal verteld over racisme en in 'Road Rage' is het onderwerp ‘milieuactivisme’.

Haar ‘cliffhangers’ zijn beroemd, haar verhalen realistisch en haar dialogen levensecht. En er is humor. ‘Er moet ook gelachen kunnen worden, anders wordt het allemaal wel erg zwaar en onheilspellend ‘, aldus de schrijfster. Ruth Rendell vindt dat ze in de loop der jaren beter is geworden als schrijfster. Ze bewondert Agatha Christie en P.D James en haar favoriete thriller is ' De heksen van Molford' van Josephine Tey, een klassieker, zonder moord of doodslag, uit 1948. (bron: Misdaadromans.nl)
Lees: The Water's Lovely (2006)


Dorothy Leigh Sayers (1893-1957) was een Engelse schrijfster, dichteres en vertaalster en werd het bekendst door haar detectiveverhalen met een hoger literair gehalte dan over het algemeen gebruikelijk in dit genre.

Dorothy Sayers werd in Oxford geboren als enig kind van Henry Sayers, een Anglicaanse geestelijke en hoofd van een christelijke school. In 1915 promoveerde ze met lof in de middeleeuwse letterkunde aan het Sommerville College in Oxford. Na haar afstuderen schreef ze twee dichtbundels. Om in haar onderhoud te kunnen voorzien werkte ze een poosje als copywriter en begon tegelijkertijd aan het schrijven van detectiveromans.

Haar eerste roman, Whose Body?, publiceerde ze in 1923. Hierin introduceerde ze de dandy-achtige speurder Lord Peter Wimsey en zijn vriend, inspecteur Parker van Scotland Yard, die samen meestal misdaden in de hogere kringen oplosten. Hij fungeerde in veertien van haar boeken en in verschillende korte verhalen. Ze onderscheidde door de creatieve doodsoorzaken die ze wist te verzinnen, zoals een kat met vergiftigde klauwen en een dolk van ijs.

In december 1936 werd de Peter Wimsey-roman 'Busman's Honeymoon' opgevoerd als toneelstuk. Daar was ze zo enthousiast over dat ze stopte met het schrijven van detectives en zich toelegde op het schrijven van hoorspelen en toneelstukken. Het stuk The Man Born to be King, uitgezonden op de BBC in een kinderuurtje, lokte een storm van kritiek uit. Ze verwoordde in dit spel haar geloofsvisie, waarbij ze de Christusfiguur alledaags Engels liet spreken, iets wat in die tijd nieuw was.

De laatste jaren van haar leven werkte ze aan een Engelse vertaling van Dantes driedelige 'Divina Comedia'. Het was van haar bekend dat ze religie en middeleeuwse studies belangrijker vond dan het schrijven van detectiveverhalen. Ze werkte hard en schreef van de vroege morgen tot in de kleine uurtjes. Ze stierf op 17 december 1957 onverwachts aan een hartstilstand, terwijl ze werkte aan het laatste deel van Dantes werk, 'Paradiso'.
Lees: Five Red Herrings (1931)


Georges Simenon (1903- 1989). Belgische meester die in zijn leven zo'n 300 romans heeft geschreven. Zelf heeft hij eens uitgerekend dat hij dagelijks zestig pagina's aan fictie schreef.
Georges Simenon werd geboren op 12 februari 1903. Het is in zijn geboortestad Luik dat Simenon zijn literaire carrière begon als freelancer. Talrijke reportages maakte hij voor de Gazette de Liège. Zijn inspiratie putte hij vooral uit de nauwe steegjes, de volkscafés, de trieste randgemeenten en de gewone mensen.

Zijn eerste roman 'Au Pont des Arches' schreef hij in 1921, het jaar waarin zijn vader overleed. Pas tien jaar later werd hij opgemerkt. Maar hij pakt het dan ook groot aan. In een Parijse nachtclub organiseert hij het memorabele bal anthropométrique om er zijn nieuwe politiereeks rond inspecteur-commissaris Maigret te lanceren. Zowel de literaire wereld van toen als pers en critici stelden zich vragen over de jonge Simenon die als schrijver serieus genomen wilde worden. Niet zelden werden er opmerkingen gemaakt over zijn te eenvoudige schrijfstijl. Dit bleek Simenon echter niet te storen. Benijd door collega's om zijn succes en zijn groeiende financiële status bleef hij maandelijks een roman schrijven.
Maar ook cineasten bleken geïnteresseerd in het werk van 'le petit Belge'. Zo werkte Simenon op het einde van 1931 samen met Jean Renoir aan het scenario van 'La Nuit du Carrefour', die Simenons allereerste verfilming zou worden.

Niet minder dan vierenvijftig films, geïnspireerd op Simenons werk, volgden elkaar op.
Simenon schreef 76 romans en 28 verhalen rond de figuur van Maigret. Het is de meest gelezen auteur van de twintigste eeuw en tot op heden ook de meest verfilmde. Hij stierf in 1989 in Lausanne. Hij was 86 jaar.
Lees: The Yellow Dog (1931)


Mickey Spillane (1918-2006) was een Amerikaanse schrijver van detectiveverhalen. Hij genoot vooral bekendheid door zijn serie over privédetective Mike Hammer. Ook heeft de als Frank Morrison Spillane geboren auteur teksten voor tekenstrips geschreven, enige tijd bij een circus gewerkt en geacteerd. Zo trad hij onder meer op in de aflevering 'Publish or Perish' (1974) van de bekende Amerikaanse tv-detectiveserie Columbo waarin hij de schrijver Alan Mallory speelde die wordt vermoord door zijn uitgever Riley Greenleaf (gespeeld door Jack Cassidy). Verder schreef hij ook voor het kinderboekgenre; zijn 'The Day the Sea Rolled Back' uit 1979 leverde hem een literaire prijs op. Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende hij in het Amerikaanse leger als opleider van gevechtspiloten.

Samen met Dashiell Hammett en Raymond Chandler wordt hij wel gezien als de vader van het moderne hardboiled Amerikaanse detective. Zijn eerste belangrijke werk was I, the Jury uit 1947 en was meteen een doorslaand succes. Decennia lang behoorde Spillane tot de meest populaire schrijvers in de Verenigde Staten. Zeven van z'n titels maken deel uit van de top tien van meest verkochte boeken in de 20e eeuw in de VS. Voor zijn bijdrage aan de detectiveliteratuur ontving hij in 1995 van de Mystery Writers of America de Grand Master Award.
Spillane overleed na een lang ziekbed op 88-jarige leeftijd.
Lees: I, the Jury (1947)


Jim Thompson (1906-1977). In de loop van zijn door alcoholisme getekende leven schreef deze Amerikaan een dertigtal pulpthrillers, televisiescenario's en een reeks korte verhalen. Zijn duistere verhalen zijn gesitueerd in een wereld die geen 'good guys' kent.

Daarnaast werkte hij mee aan de scripts van de vroege Kubrick-klassiekers The Killing en Paths of Glory. Tot Thompsons bekendste werken behoren: 'The Killer Inside Me', 'Pop. 1280', 'The Getaway' en 'A Hell of a Woman'. Zijn visuele schrijfstijl en rake dialogen leenden zich uitstekend tot verfilmingen. In de jaren negentig vond zijn werk onder andere dankzij Stephen Frears' verfilming van 'The Grifters' echt erkenning, met diverse verfilmingen en een herdruk van zijn werk tot gevolg.
Lees: The Getaway (1955)


Donald Westlake (1933). Een in Brooklyn, New York geboren schrijver die niet alleen onder zijn eigen naam maar ook onder een tiental pseudoniemen meer dan honderd boeken heeft geschreven. Hij is gespecialiseerd in misdaadliteratuur, met boeken waarin aimabele criminelen in weinig hoopvolle omstandigheden verzeild raken, maar is ook niet vies van sciencefiction.

Hij won tot drie keer toe een Edgar Award en is een van de twee schrijvers (de ander is Joe Gores) die Edgars wonnen in drie verschillende categorieën. In 1993 werd hij door het genootschap Mystery Writers of America bedacht met de hoogst denkbare titel Grand Master.
Lees: What's So Funny? (2007)


Janwillem van de Wetering (1931). Janwillem Lincoln van de Wetering is een Nederlands schrijver, zakenman en avonturier. In 1984 werd hij bekroond met de Franse Grand prix de littérature policière. Van de Wetering maakte vooral naam met twee series: de Amsterdamse rechercheurs (en later privédetectives) Grijpstra (de drummer) en De Gier (de dwarsfluitspeler), en een autobiografische Zentrilogie bestaande uit 'De lege spiegel', 'Het dagende niets', en 'Zuivere Leegte'.

In zijn fictie- en non-fictieboeken verwerkte hij informatie uit zijn avontuurlijke leven in zes werelddelen. Uniek en erg Nederlands, aldus The Daily Telegraph.
Lees: Het lijk in de Haarlemmerhouttuinen (1975)


(Bron: The Daily Telegraph, met dank aan onder andere de Moordgids van Jos van Cann, Wikipedia en Misdaadromans.nl voor de tip)

Geen opmerkingen: