10 maart 2018

Erkenning en status (nieuws, 2018)


De thriller kampt met een imagoprobleem


(Door Peter Kuijt)

Aanvankelijk was de werktitel van dit stuk 'Wat u (nog) niet kunt lezen op Hebban'. Maar daar heb ik maar van afgezien: 'niet' staat niet zo netjes in een kop. Maar hij dekte de lading wel.

Boekensite Hebban vroeg schrijvers en kenners van het thrillergenre, onder wie men ook schrijver dezes schaart, een aantal vragen te beantwoorden over de huidige staat van de Nederlandstalige misdaadroman. Vragen en antwoorden zouden gepubliceerd worden in het kader van de Thriller Tiendaagse die vrijdag 2 maart eindigde. UPDATE: Dat artikel is op 15 maart online gezet. Daar zijn de reacties van de betrokkenen vanzelfsprekend door de Hebban-redactie ingekort, anders zou het een immens lang artikel worden. Voor wie nieuwsgierig is: hier de vetgedrukte vragen en mijn - volledige - antwoorden.


De populariteit van de (Nederlandstalige) thriller daalt. Wat is er nodig om het tij te keren?
Dat de populariteit van de Nederlandstalige thriller daalt, durf ik niet te onderschrijven. Het spannende boek van Hollandsche of Vlaamse bodem heeft eigenlijk nooit een heel breed publiek getrokken, behalve dan degenen die een thriller van het supertrio Esther Verhoef, Saskia Noort en Simone van der Vlugt of de politieromans van Baantjer of – nog veel vroeger – een boek van Havank kochten.

De CPNB zal hoogstwaarschijnlijk tegenspreken dat de thriller steeds minder populair wordt. En de boekpromotor zal dan schermen met cijfers van verkochte boeken over 2017. Dan Brown stond op 1 met 243.770 verkochte exemplaren van Oorsprong, Judas van Astrid Holleeder – gepresenteerd als ‘spannend boek’ – bezette de tweede plaats en Goede dochter van Karin Slaughter stond op 3. In de toptien vonden verder nog drie spannende boeken een plekje. Of er qua populariteit dus sprake is van een tij om te keren, is dus discutabel.

Waar de thriller wel mee kampt, is een imagoprobleem. Je kunt met goed fatsoen niet met een thriller in je hand gesignaleerd worden, is de heersende gedachte. Of het moet langs de rand van een zwembad zijn of liggend op een strandlaken (zie alleen al het promotiemateriaal van de CPNB tijdens de Spannende Boeken Weken van vorig jaar). En dan zijn de thrillers nog uitsluitend in de zomermaanden te consumeren, wee je gebeente als je in de winter een spannend boek van de plank pakt.

Thrillers zijn voor dummies, voor laaggeletterden. Niet voor niets ratelt het panel boekverkopers tijdens De Wereld Draait Door uitsluitend over highbrow literatuur. Die verlagen zich niet om een misdaadroman als aanrader te presenteren. Het zou me niets verbazen als het kwartet heeft afgesproken sowieso thrillers buiten beschouwing te laten bij de selectie van het Boek van de Maand.

Maar niet alleen boekverkopers halen hun neus op voor het spannende genre. Was het niet uitgerekend Rinus Ferdinandusse, de grondlegger van de door velen zo onterecht verafgode Detective- & Thrillergids, die het constant denigrerend over ‘srillertjes’ had? En in kranten en tijdschriften krijgen thrillers maar een klein hoekje op de recensiepagina’s toebedeeld, je mag er vooral niet te veel woorden aan vuil maken.

Dat tij mag wat mij betreft wél gekeerd worden. Meer en serieuze aandacht van pers en de handel voor slim geconstrueerde thrillers, die bovendien goed geschreven zijn, is broodnodig.


Het genre heeft een hele goeie periode gehad, maar moeten we niet gewoon concluderen dat het niet zo zeer 'het genre' was, maar een handjevol populaire thrillerschrijfsters waren die de Nederlandse thriller wat aanzien hebben gegeven?
Ik durf de stelling te poneren dat die populaire thrillerschrijfsters de boel eigenlijk een beetje hebben verpest. Ik misgun auteurs als Simone van der Vlugt, Saskia Noort en Esther Verhoef hun bekendheid, succes, (publieks)prijzen en enorme aantallen verkochte boeken niet. Integendeel, je kunt op hun conto schrijven dat een grote groep onwetenden er achter is gekomen dat er überhaupt iets als een Nederlandse thriller bestaat.

Een nadelig effect is dat uitgevers massaal zijn gaan denken dat de literaire thriller geschreven door een – liefst blonde – vrouw hét Gouden Kalf is. De markt is en wordt nog steeds overstroomd door een grote golf aan relatiethrillers, domestic noir en meer van dat soort ongein. Juist de interessante thrillers die een maatschappelijk of actueel thema aanstippen – wijlen Joost Zwagerman zou het ‘straatrumoer’ noemen - delven hierdoor het onderspit. Risicoloze degelijkheid en na-aperij over losse handjes in een Vinex-woning of vreemdgaanderij met dodelijke afloop domineren de Nederlandse misdaadroman. De politieke thrillers, spionageromans of spannende boeken die bijvoorbeeld terrorisme als thema hebben, boeken dus die wat denkkracht van de lezer vergen, zijn tegenwoordig op het aantal vingers van een vuurwerkslachtoffer te tellen.

Wat het genre thrillers met een hoog werkelijkheidsgehalte betreft heeft Tomas Ross zegenrijk werk verricht. Hij is in zijn eentje verantwoordelijk voor een groot aantal van dat soort boeken (denk aan De zesde mei, De hand van God of De vlucht van de vierde oktober). Maar ook bijvoorbeeld Roel Janssen, Jacob Vis, Charles den Tex en René Appel weten van wanten met het ‘straatrumoer’.

De immense populariteit van de vrouwelijke thrillerauteur heeft ertoe geleid dat de lezer boeken van haar mannelijke evenknie terzijde legt. Van enige mate van genderneutraliteit is in het thrillergenre geen sprake. Het doet er helaas wél toe of een thriller door een vrouw of een man is geschreven. We zijn ons steeds meer gaan richten op de schrijfster en verbannen de schrijver naar de zijlijn. Sommige mannen zijn van de weeromstuit onder een vrouwelijk pseudoniem gaan schrijven (Suzanne Vermeer, Tess Franke). In talkshows zie je geen mannelijke thrillerauteur meer, zijn vrouwelijke collega des te vaker. Er is een collectief auteurs, Moordwijven, dat uitsluitend vrouwen telt. Er bestaat zelfs een website vrouwenthrillers.nl, die door een uitgeverij financieel wordt ondersteund. Laatst was in Rotterdam de presentatie van de nieuwste thriller van Sophia Hannah, haar gesprekpartners waren uitsluitend seksegenoten. Schrijfsters komen ter promotie ook steeds vaker opdraven op evenementen die speciaal op vrouwen zijn gericht, zoals de Huishoudbeurs en de zomerweken van Libelle. De mannelijke thrillerauteurs worden in feite gediscrimineerd. Het verbaast me dat die nog geen eigen #MeToo-beweging hebben opgericht.

Nu mogen vrouwen – en mannen ook – zo veel mogelijk collectieven en clubjes oprichten als ze willen. We leven in een vrij land. Maar dat bij elkaar kruipen van gelijkgestemden levert helaas niet veel meer op dan eenheidsworst. Veel zogeheten literaire thrillers lijken op elkaar.


De uitreiking van de Gouden Strop aan Felix Weber in 2017. Foto: Chris van Houts



















Hoe belangrijk is de Gouden Strop eigenlijk nog voor het genre?
De tenenkrommende uitreiking van de Gouden Strop 2017 bij RTL Late Night leidde niet tot de opening van het Journaal, maar hier en daar wel tot enige commotie. Schrijfster Saskia Noort kondigde daags erna aan een eigen thrillerprijs in het leven te roepen. Ze liet weten dat 'heel veel uitgevers, auteurs en lezers' dolenthousiast waren. Maar negen maanden nadat ze haar initiatief via Twitter wereldkundig had gemaakt, zijn er nog steeds geen concrete stappen gezet. Ik zie die prijs er ook niet komen. Tomas Ross, grondlegger van de Gouden Strop, zei vorige zomer ook al dat hij met iets nieuws bezig was, maar over wat en met wie wilde hij niets kwijt. 'Het is allemaal nog heel precair.'

De CPNB, die de Gouden Strop van het Genootschap van Nederlandstalige Misdaadauteurs (GNM) overnam en de activiteiten rond de prijs in de loop der jaren ontmantelde totdat er zelfs geen uitreiking meer over bleef, vindt het allemaal wel best zo. De organisatie wil alles rond de letteren coveren, dus ook het spannende boek. Maar uit niets blijkt bij deze boekpromotor enige liefde voor de thriller. Er wordt bijvoorbeeld flink uitgepakt rond de literaire roman (Boekenweek met bijbehorend Boekenbal, gratis treinreizen met het Boekenweekgeschenk) en jeugdboeken (grootscheepse campagne rond de Kinderboekenweek, een Kinderboekenbal, lespakketten en speciale uitgaven), maar als het om thrillers gaat, dan heet de keukenmeester Schraalhans.

Het GNM praat ondertussen met een eventuele sponsor die het prijzengeld van de Gouden Strop (10.000 euro, nog altijd minder dan de 25.000 gulden van destijds) moet opvijzelen, om de prijs nog enig aanzien te geven. De GNM-voorzitter laat weten dat de gesprekken 'de goede kant' op gaan.

Of de Gouden Strop blijft bestaan of dat we het in de toekomst moeten doen met de door Saskia Noort geïnitieerde award, het maakt me eigenlijk niet zo veel uit. Dat er een belangrijke thrillerprijs voor Nederlandstalige misdaadliteratuur moet blijven bestaan, is echter buiten kijf. Het genre verdient het om zo’n prijs te hebben, het behoort net zo goed tot de letteren als de poëzie, jeugdboeken of de laatste roman van Griet Op De Beeck.

Die prijs moet wat mij betreft net zoveel aanzien krijgen als de Libris Literatuurprijs. Het geldbedrag moet mijns inziens flink omhoog, naar 50.000 euro en er moet flink veel publicitaire aandacht aan worden geschonken. Als in de ons omringende landen (behalve België) prestigieuze thrillerprijzen al decennia kunnen bestaan, waarom zou dat niet in Nederland kunnen?


Wat maakt de Nederlandse thriller nu zo bijzonder om voor te blijven vechten? Is het genre nog wel vernieuwend genoeg?
De Nederlandse thriller is niet meer of minder bijzonder dan de Scandi-noir, de detectives uit het Verenigd Koninkrijk of de legal thriller uit de Verenigde Staten. Maar de thriller van vaderlandse bodem is het waard om te blijven koesteren.

Een goede spannende roman zegt iets over de tijd waarin het geschreven is, over de samenleving waarin het verhaal zich afspeelt, over hoe wij denken en doen. Kwaliteit moet voorop staan: het verhaal moet overtuigen, maar net zo belangrijk is een onberispelijke en liefst originele schrijfstijl.

Uitgevers zouden meer aandacht moeten schenken aan hun Nederlandstalige auteurs, de opeenvolgende jury’s van de Gouden Strop hameren daar niet voor niets op. Niet meer lukraak elk manuscript op de markt gooien dat geschreven is door iemand die een thrillerworkshop heeft gevolgd op een zeilschip of onder de Portugese zon. Een goede begeleiding is onontbeerlijk, evenals een degelijke redactie en investeren in publiciteit. Als dat allemaal goed zit, verwerf je erkenning en status en zit vanzelfsprekend vernieuwing in de lucht.

Peter Kuijt is oprichter van De Spanningsblog en thrillerrecensent voor het AD

1 opmerking:

Remko Meddeler zei

Kijk, zo ken ik Peter weer. Heerlijk vinnig artikel, met heel veel waarheden!