29 maart 2020
Een dingetje (column, 2020)
Pulp
(Door Peter de Zwaan)
Vorig jaar november overleed Wim van Eyle. Hij was 83 jaar en de wereld raakte er niet van overstuur: bescheiden stukjes van jazz-, sport- en misdaadliefhebbers, dat was het wel zo’n beetje.
Het uitvoerigste artikel las ik in het fraaie blad Jazz Bulletin van deze maand. Erik van den Berg schreef het en hij beperkte zich niet tot Van Eyles tientallen jazzdiscografieën en zijn bijdragen aan grote naslagwerken over jazz en geïmproviseerde muziek. Van den Berg noemde ook de naslagwerken over wielrennen en schaatsen en het Lexicon Nederlandstalige Misdaadromans dat in 2008 bij Spectrum verscheen. Alleen door de Dick Bos-achtige omslag met veel schaduw en dreiging was het boek al de moeite waard.
Wim van Eyle verzamelde 3500 Nederlandstalige misdaadromans uit de vorige eeuw die hij zomer vorig jaar schonk aan de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag.
Oké, allemaal oud nieuws tot hier voor wie de necrologieën een beetje bijhoudt. Ik had het weg kunnen laten en meteen ter zake kunnen komen als ik mijn grote waardering voor Van Eyle had willen negeren.
Nu komt het punt waar het me om gaat. Het stond in het stuk van Van den Berg in Jazz Bulletin (en voor zover ik weet niet op een thrillerwebsite, ik zeg het maar even) en het maakt maar weer eens duidelijk waarom het nooit iets zal worden met de waardering voor de misdaadschrijverij in dit land.
De Koninklijke Bibliotheek accepteerde de 3500 boeken en dat mag eigenlijk een wonder heten, want in een persbericht liet de bibliotheek het volgende weten: ‘De schenking van Van Eyle is een belangrijke toevoeging aan onze collectie pulp en aanverwante lectuur.’
Ik weet zeker dat ik het persbericht van een half jaar geleden niet onder ogen heb gehad. Misschien heeft niemand het, want er is geen storm van verontwaardiging over dit land getrokken: pulp en aanverwante lectuur, zijn ze daar in Den Haag knettergek?
Waarschijnlijk wel. Heel erg zeker weten van wel. Even gek als de kunstredacteuren van kranten en bladen die smaakvol uit weten te leggen dat geen enkele Nederlandse schrijver van misdaadboeken er iets van kan. Er is wel eens een boek dat bijna ergens op lijkt, maar de redacteur die zoiets beweert zal meteen worden gestraft door collega’s: ‘Vond je een misdaadroman een zesje waard? Hou er dan rekening mee dat het in je jaarlijkse beoordelingsgesprek een dingetje gaat worden.’ Waarna iemand van de kunstredactie meteen uitlegt dat je in IJsland, Noorwegen en Zweden moet zijn als je kwaliteit wilt. Andere landen mogen ook: in Patagonië moet een geweldenaar verblijven.
‘Pulp en aanverwante lectuur’, ik wist niet dat je zoveel minachting in vier woorden kon stoppen.
Pulp, zegt Wikipedia, is de benaming voor een reeks goedkope fictie-tijdschriften die werden gepubliceerd van de jaren twintig tot de jaren vijftig van de vorige eeuw.
Nog een keer Wikipedia: Lectuur in de strikte betekenis is de lagere, populaire vorm van geschreven fictie.
Volgens de Koninklijke Bibliotheek is de lagere, populaire vorm van geschreven fictie verwant aan een reeks goedkope fictie-tijdschriften van een eeuw geleden.
En nog steeds zijn er dapperen - misdaadschrijvers, een enkele uitgever, een met de nek aangekeken redacteur - die zich in willen spannen om gans het volk duidelijk te maken dat er wel degelijk goede Nederlandstalige misdaadboeken zijn, veel goede misdaadboeken, heel veel en dat ooit gezond verstand de vooroordelen aan de kant zal duwen. Ik hou van die mensen, maar een beetje medelijden heb ik wel met ze.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
NRC schreef erover:
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/06/07/onze-voorouders-verslonden-die-pulpromannetjes-a3963018
NRC schreef over de collectie van Wim van Eyle:
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/06/07/onze-voorouders-verslonden-die-pulpromannetjes-a3963018
Een reactie posten