De tweede eerste Canon
(Door Peter de Zwaan)
In 2017 verscheen de eerste Canon van de Nederlandstalige Misdaadliteratuur met de beste misdaadroman van na de oorlog, of van iets later, daar wil ik af zijn. Op de lijst stonden 77 boeken. Sander Verheijen, de hoofdredacteur van Hebban, en Peter Kuijt, de oprichter van De Spanningsblog, hadden er kranig werk mee verricht: pik de betere thrillers maar eens uit de berg die in een dikke halve eeuw over ons is uitgestort.
Het enige dat me er echt aan opviel was het ontbreken van H.J. Oolbekkink, de bedenker van geheim agent Glotz en avonturier Tim Spender, maar verder: niks mis mee.
Een Canon hoort tien, twintig jaar mee te kunnen, maar volgend jaar al verschijnt weer een Canon van de Nederlandstalige Misdaadliteratuur en het is weer de eerste. Met een grotere jury nu, maar opnieuw met Sander Verheijen en Peter Kuijt, je zou denken dat die zich herinneren dat ze het werk al een keer hebben gedaan.
Het heeft een hoog RTL-gehalte, die Canon. Je kunt op RTL4 met enige regelmaat een film zien die wordt aangekondigd als première. Een tijdje later is-ie op RTL 5, ook als première, want voor RTL5 is het de eerste keer. Daarna RTL7. En weer première.
Lezers mogen voor de tweede eerste Canon titels nomineren, dus als ik een beetje een handige schrijver was dan zou ik vrienden belagen: ‘Hé, doe me een plezier, nomineer me te pletter, het kan vast geen kwaad.’
De commissie die uiteindelijk oordeelt bestaat uit tien personen en als er een commissie is die uiteindelijk samenstelling en volgorde bepaalt dan noem ik die gemakshalve jury.
Een jury van tien en, eerlijk is eerlijk, het zijn mensen die kennis hebben van het genre en die niet te beroerd zijn om boeken te lezen.
‘Is dat niet heel gewoon, zeurkont, dat juryleden boeken lezen?’
Nou, ik kan me gevallen herinneren waarbij ik nogal wat twijfels had.
Nog een puntje. Er zitten twee auteurs in de jury. Het zijn collega-schrijvers die ik hoog acht, dus dat is het punt niet. Wel een puntje is dat schrijvers over zichzelf (‘Ik ga wel even de kamer uit, jongens’) en collega’s moeten oordelen.
Het is een kwestie van instelling, maar ik zou zeggen: denk er nog eens over na. Ooit haalde ik elk jaar de Detective & Thrillergids van Vrij Nederland in huis. Tot ik hoorde dat er ook een schrijver aan meewerkte die de afrekening niet schuwde. Hij ging er prat op dat hij meer boeken voor VN recenseerde dan een schrijver die zelf boeken maakt volgens mij tot zich kan nemen, niet als hij ook echt leest. Al meer dan tien jaar raak ik VN met een tang nog niet aan. Maar dat ligt aan mij hoor, dat ligt aan mij.
Volgend jaar hebben we dus de tweede eerste Canon en ik hoop dat ik het mag beleven dat we in 2025 de derde eerste krijgen en in 2029 de vierde eerste. Maak er een traditie van: elke Canon de eerste. Hebben wij, thrillerliefhebbers, toch eindelijk iets wat ons onderscheidt van alle andere Canons in de hele wereld.
(Door Peter de Zwaan)
In 2017 verscheen de eerste Canon van de Nederlandstalige Misdaadliteratuur met de beste misdaadroman van na de oorlog, of van iets later, daar wil ik af zijn. Op de lijst stonden 77 boeken. Sander Verheijen, de hoofdredacteur van Hebban, en Peter Kuijt, de oprichter van De Spanningsblog, hadden er kranig werk mee verricht: pik de betere thrillers maar eens uit de berg die in een dikke halve eeuw over ons is uitgestort.
Het enige dat me er echt aan opviel was het ontbreken van H.J. Oolbekkink, de bedenker van geheim agent Glotz en avonturier Tim Spender, maar verder: niks mis mee.
Een Canon hoort tien, twintig jaar mee te kunnen, maar volgend jaar al verschijnt weer een Canon van de Nederlandstalige Misdaadliteratuur en het is weer de eerste. Met een grotere jury nu, maar opnieuw met Sander Verheijen en Peter Kuijt, je zou denken dat die zich herinneren dat ze het werk al een keer hebben gedaan.
Het heeft een hoog RTL-gehalte, die Canon. Je kunt op RTL4 met enige regelmaat een film zien die wordt aangekondigd als première. Een tijdje later is-ie op RTL 5, ook als première, want voor RTL5 is het de eerste keer. Daarna RTL7. En weer première.
Lezers mogen voor de tweede eerste Canon titels nomineren, dus als ik een beetje een handige schrijver was dan zou ik vrienden belagen: ‘Hé, doe me een plezier, nomineer me te pletter, het kan vast geen kwaad.’
De commissie die uiteindelijk oordeelt bestaat uit tien personen en als er een commissie is die uiteindelijk samenstelling en volgorde bepaalt dan noem ik die gemakshalve jury.
Een jury van tien en, eerlijk is eerlijk, het zijn mensen die kennis hebben van het genre en die niet te beroerd zijn om boeken te lezen.
‘Is dat niet heel gewoon, zeurkont, dat juryleden boeken lezen?’
Nou, ik kan me gevallen herinneren waarbij ik nogal wat twijfels had.
Nog een puntje. Er zitten twee auteurs in de jury. Het zijn collega-schrijvers die ik hoog acht, dus dat is het punt niet. Wel een puntje is dat schrijvers over zichzelf (‘Ik ga wel even de kamer uit, jongens’) en collega’s moeten oordelen.
Het is een kwestie van instelling, maar ik zou zeggen: denk er nog eens over na. Ooit haalde ik elk jaar de Detective & Thrillergids van Vrij Nederland in huis. Tot ik hoorde dat er ook een schrijver aan meewerkte die de afrekening niet schuwde. Hij ging er prat op dat hij meer boeken voor VN recenseerde dan een schrijver die zelf boeken maakt volgens mij tot zich kan nemen, niet als hij ook echt leest. Al meer dan tien jaar raak ik VN met een tang nog niet aan. Maar dat ligt aan mij hoor, dat ligt aan mij.
Volgend jaar hebben we dus de tweede eerste Canon en ik hoop dat ik het mag beleven dat we in 2025 de derde eerste krijgen en in 2029 de vierde eerste. Maak er een traditie van: elke Canon de eerste. Hebben wij, thrillerliefhebbers, toch eindelijk iets wat ons onderscheidt van alle andere Canons in de hele wereld.
Deze column is ook te lezen op de website www.peterdezwaan.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten