27 augustus 2007

Henning Mankell - Kennedy's brein (2007)

Woede en compassie in 'Kennedy's brein'




(Door Peter Kuijt)

In 1985 zag de Zweedse misdaadauteur Henning Mankell, bij de westgrens van Zambia met Angola een jonge Afrikaanse man aan aids sterven. Dat was de eerste keer, maar niet de laatste. 'De herinnering aan zijn gezicht is de hele tijd dat ik dit boek plande en schreef levend geweest', schrijft Mankell in het nawoord van zijn jongste misdaadroman Kennedy's brein.

Hoewel de titel anders doet vermoeden is Kennedy's brein een 'Afrikaanse' roman van Mankell, die zoveel liefde koestert voor het continent. Inspecteur Kurt Wallander is in geen velden of wegen te bekennen. Hier is de hoofdrol weggelegd voor de Zweedse archeologe Louise Cantor. Zij leidt een opgraving in Griekenland, maar keert tussentijds terug naar Zweden omdat zij een lezing geacht wordt te houden over 'de zwarte kleur van klei'. Dat geeft haar de gelegenheid om haar zoon Henrik op te zoeken in Stockholm. Maar zij treft hem dood aan in zijn appartement. Zelfmoord, zeggen de instanties. Louise Cantor gelooft daar niets van.

Zoals een archeoloog uit scherven en fragmenten een ver verleden probeert te reconstrueren, zo gaat Louise te werk bij het in kaart brengen van het leven van haar zoon. Ze komt erachter dat ze Henrik eigenlijk helemaal niet goed kent. Haar zoon leidde een voor haar totaal verborgen leven. Met Aron, Henriks vader van wie Louise vervreemd is geraakt, reist ze de wereld rond om meer te weten te komen van haar zoon. Haar zoektocht brengt haar in Mozambique en in afgelegen oorden waar doodzieke aidspatiënten hun dagen liggen af te tellen. Als ze daartoe al in staat zijn. De ellende die Mankell beschrijft is tastbaar.

Het is de woede die hem dreef om Kennedy's brein te schrijven, meldt Mankell in zijn nawoord. Die woede spat de pagina's af: woede over het feit dat een heel continent aan zijn lot wordt overgelaten, woede over die Zuid-Afrikaanse blanken die de trein of de auto naar Maputo nemen op zoek naar 'zwarte poezen'. Verwoord in een bevlogen, magnifieke stijl: in simpele zinnen van peilloze diepten.

Maar Mankells woede heeft hem bij het schrijven ook dwarsgezeten. Te veel vragen zijn onbeantwoord gebleven. Hoe kwam Henrik aan zo veel geld? Wie zit er eigenlijk achter de moorden, niet alleen op hem maar ook op anderen? En de titel Kennedy's brein, verwijzend naar de verdwenen hersenen van de vermoorde president, lijkt er een beetje met de haren bijgesleept. Kennedy's brein maakt echter veel indruk, omdat het met compassie geschreven is.

Henning Mankell - Kennedy's brein. Uitgeverij De Geus, 377 pag.

25 augustus 2007

Allan Folsom - Dag van de samenzwering (2007)

De verkeerde afslag




(Door Arno Ruitenbeek)

Dat gaat niet goed. Allan Folsom is in Dag van de samenzwering bijna afgedaald tot het niveau van zijn voorganger Ludlum. Bombast en gebrek aan geloofwaardigheid strijden om de eer.

Het begon prima, in 2001, met De dag na morgen. Een serie onthoofdingen, een schrijnende ontmoeting, Europese hoofdsteden als decor. Dag van bekentenis' en Dag van vergelding volgden. Het geloof in de Amerikaanse scenarioschrijver, cameraman en producer Folsom werd niet beschaamd. Hier stond iemand die een internationaal complot overtuigend over het voetlicht kon brengen.

Ergens onderweg naar deze vierde thriller moet Folsom de verkeerde afslag hebben genomen. Dat is bij aanvang van deze, opnieuw kloeke roman, nog niet te merken. De sfeer is goed, de dialogen zijn puntig en de personages, hoewel groot in aantal, aantrekkelijk.

Ex-rechercheur van de politie van Los Angeles John Barron heeft een nieuwe identiteit als tuinarchitect Nicholas Marten opgebouwd in Groot-Brittannië. Hij keert schielijk terug naar de VS, om zijn doodzieke jeugdvriendin Caroline Parsons bij te staan. Ze heeft net haar man, een vooraanstaand politicus, en haar zoontje verloren bij wat een vliegtuigongeluk zou zijn maar meer lijkt op een dubbele moord. De Parsons waren bevriend met de president, John Henry Harris. Vanaf het moment dat Harris wordt geïntroduceerd, heeft Folsom zichzelf niet meer in de hand.

De president wordt omringd door lieden die de politieke leiders van Frankrijk en Duitsland willen vermoorden vanwege hun kritische houding ten opzichte van de Amerikaanse Irak-interventie. Marten moet op de vlucht voor zijn oud-collega's en een heksenkring. Harris sluit zich bij hem aan. Ze belanden via via in Spanje, achterna gezeten door zo'n beetje alle opsporingsdiensten ter wereld. De ene na de andere dooie valt, maar 'onze' helden slaan zich er dapper door heen. En gij geleuft dat.

Allan Folsom - Dag van de samenzwering. Vertaling Joost van der Meer en William Oostendorp. Uitgeverij De Boekerij, 512 pag.

John Hart - De wet en de leugen (2007)

Met Harts thrillerdebuut is niets mis




(Door Arno Ruitenbeek)

Een advocaat die ontdekt het verkeerde beroep te hebben. Wiens zeer dominante vader een jaar spoorloos is, waarna uit onderzoek van diens lijk slechts de conclusie moord kan worden getrokken. Het zijn slechts enkele van de saillante details die John Harts De wet en de leugen tot een perfect thrillerdebuut maken.

De naam van Scott Turow valt onmiddellijk, zoals ook de vergelijking met diens hit Presumed innocent meteen wordt gemaakt. Voormalig strafpleiter John Hart zal daarmee moeten leren leven. Het zal hem zijn nachtrust wel niet kosten aan zijn losse schrijfstijl te merken, en het gemak waarmee hij in De wet en de leugen de lezer veelvuldig en professioneel op het verkeerde verdachte been zet.

Als het niet bij dit ene schot in de roos blijft, heeft 'de sectie' legal thrillers er een geduchte concurrent voor Ellis, Martini en Margolin bij. Normaal gesproken zou in dit rijtje toppers ook Lescroart moeten worden genoemd, maar na diens geslaagde uitstapje naar de private eye, in de vorm van De Hunt Club kondigde hij recentelijk aan om de rechtbank wat vaker voorbij te lopen in zijn romans.

Harts hoofdpersoon is de tobbende jurist Work Pickens. Kantoorgenoot van zijn vermiste en naar nu blijkt, vermoorde vader Ezra, die zo goed als zeker Works moeder heeft vermoord. Waar senior, telg uit een zeer arm gezin, miljoenen dollars vergaarde met zijn pleidooien, zint Work op manieren om zijn leven op geheel andere wijze zin en inhoud te geven. Dat is tegen het zere been van echtgenote en 'oud geld'-exponent Barbara.

Works zusje Jean is uit de psychiatrische inrichting teruggekomen met de bikkelharde pot Alex. Zijn enige pleziertje vormen de vrijpartijen met zijn jeugdliefde Vanessa. Allen hebben redenen te over om elkaar grondig te haten en naar het leven te staan. Politie en justitie pakken de zwakste schakel echter op voor de moord op Ezra: zijn zoon. Die zelfs bereid is achter de tralies te verdwijnen, als hij daarmee de echte moordenaar, zus Jean, kan helpen.

Het is verstandig om de aandacht geen moment te laten verslappen. Onder elke laag drijfzand zit een nieuwe laag verraderlijk moeras van menselijke tekortkomingen en slechte intenties.

John Hart - De wet en de leugen. Vertaling J.J. de Wit. Uitgeverij Luitingh. 382 pag.

23 augustus 2007

Magdalen Nabb (1947-2007)

LEVENSLANG FAN VAN GEORGES SIMENON

De Britse misdaadschrijfster Magdalen Nabb, die detectiveromans schreef over de gezette en slordige Italiaanse rechercheur Guarnaccia, is overleden. Nabb stierf zaterdag 18 augustus aan een beroerte in de Italiaanse stad Florence, waar ze sinds 1975 woonde en werkte.

Nabb, die in 1947 werd geboren in het dorpje Chruch in het noordwesten van Engeland, publiceerde onlangs haar veertiende roman met als hoofdpersoon de van origine Siciliaanse inspecteur Marshal Salvatore Guarnaccia, getiteld 'Vita Nuova'. De boekenreeks is vertaald in veertien talen. Als levenslange fan van Georges Simenon begon ze naar eigen zeggen haar detectives te schrijven toen hij ermee ophield. Het karakter dat haar beroemd zou maken kwam in haar hoofd tot leven terwijl ze als pottenbakster werkte in een keramiekfabriekje in Montelupo Fiorentiono.

De wederzijdse bewondering tussen Nabb en Simenon kwam tot uiting in een correspondentie die doorging tot aan de dood van de Belg in 1989. Simenon was naar verluidt zo verzot op haar boeken, dat hij haar na elke episode een telegram stuurde met de vraag waar de volgende bleef. Elk eerste exemplaar ging dan ook steevast naar hem toe.

Naast detectives schreef Nabb ook dertien boeken voor kinderen. De opbrengsten van een aantal van die titels, zoals de 'Josie Smith'-serie en 'Het betoverde paard', komen ten goede aan een school voor Afghaanse vluchtelingen in Pakistan en een organisatie die werkende paarden, ezels en muilezels overal ter wereld helpt.

Michael Gruber - Duivelsritueel (2007)

Niets blijft ons bespaard




(Door Arno Ruitenbeek)

De Amerikaanse schrijver Michael Gruber zoekt het in de combinatie van mystiek, reli-fantasy en spanning. Met name dat laatste element komt in Duivelsritueel onvoldoende uit de verf.

Bij zijn onlangs in Nederland verschenen boek Nachtrituelen zag je het gevaar al aankomen. Het moordonderzoek van het door tal van tegenstellingen fris ogende rechercheursduo Cletis Barlow en Jimmy Paz moest in die thriller het onderspit delven tegen Afrikaanse tovenarij en pseudowetenschappelijk geneuzel over bezetenheid.

In Duivelsritueel weten we op de tweede bladzijde al waar we aan toe zijn: 'Bloed van Christus, genootschap van de Pleegzusters van het Bloed van Christus' (uit de Encyclopedia Catholica, tweede druk). Van de schrik bekomen, verheugen we ons kortstondig op het onderzoek naar een moord, waaraan Paz en agent Tito Morales werken. Een Sudanese leider van een doodseskader is uit het raam van een hotelkamer op de negende verdieping geduwd.

In de bewuste kamer zit Emmylou Dideroff. Deze, overduidelijk door God of een van zijn 'stand-ins' bevangen dame, legt een schriftelijke bekentenis af, waarin misdaden en misbruik elkaar afwisselen. Op verzoek van Paz schrijft ze alles op, vanaf haar vroegste jeugd. Niets blijft ons bespaard, elk hoofdstuk opnieuw.

Tussen de bedrijven door krijgen we geschiedenisles, aan de hand van de belevenissen van leden van een Franse familie uit de negentiende eeuw. Een ontvoering van Dideroff, een schietpartij en de komst van een wapenhandelaar met zeer vieze handen redden Duivelsritueel niet meer. Doodzonde.

Michael Gruber - Duivelsritueel. Vertaling Hugo Kuipers. Uitgeverij De Boekerij, 400 pag.

22 augustus 2007

Edgar Allan Poe (nieuws, 2007)

'POE TOASTER' KOMT UIT DE KAST

Het mysterie dat de gemoederen van sommigen al jaren bezighoudt, is opgelost. Naar het schijnt. Elk jaar legde een geheel in het zwart geklede geheimzinnige figuur - met breedgerande hoed en sjaal - drie rozen en een fles cognac op het graf van schrijver Edgar Allan Poe (1809-1849)in het Amerikaanse Baltimore. Dat gebeurde altijd in de nacht van 19 januari, de geboortedag van Poe. De 92-jarige Sam Porpora, een voormalig advertentiemanager, is nu naar voren getreden met het verhaal dat hij op deze manier de schrijver, die om zijn mysterieuze verhalen 'de uitvinder van de detective' wordt genoemd, wilde eren.

Of Porpora de grote schrijver werkelijk aan de vergetelheid heeft ontrukt, wordt in kringen van kenners ernstig betwijfeld. Het verhaal van de mysterieuze grafbezoeker is wel de hele wereld rondgegaan. Hoogstwaarschijnlijk heeft Porpora's actie de begraafplaats waar Poe ligt, bij de Westminster Presbyterian Church, voor verder verval behoed.

Jeff Jerome, conservator van het Poe-huis en Poe-museum in Baltimore is overdonderd door de 'onthulling'. Jerome had graag gewild dat Porpora, sinds de jaren zestig historicus van de Westminster Presbyterian Church, het mysterie in stand had gehouden.

Ten tijde van Porpora's aanstelling had de kerk nog maar zestig leden, en was het kerkhof een hangplek voor zuipschuiten geworden. Er waren geld en publiciteit nodig om de boel op te knappen en die wist Porpora met zijn jaarlijkse stunt bijeen te krijgen. Hij zou later beweren dat er al sinds de honderdste geboortedag van Poe in 1949 ieder jaar drie rozen - één voor Poe, één voor zijn vrouw en één voor zijn schoonmoeder - en de cognac waar Poe van zou hebben gehouden, op het graf waren opgedoken.

De zwartgeklede man kreeg de bijnaam 'Poe Toaster' en zijn verschijning werd ieder jaar door nieuwsgierigen gadegeslagen, onder aanvoering van Jeff Jerome. Die laat zich niet ontmoedigen door het verklappen van het geheim. ,,Op 19 januari volgend jaar ben ik er weer bij'', aldus Jerome. ,,Net zoals ik er altijd ben. Of de Toaster komt opdagen of niet. Of anderen zich bij me voegen of niet. Ik ga ervan uit dat de uitspraken van Porpora helemaal niets aan de traditie zullen veranderen.''