26 december 2015

Debutantenbal (nieuws, 2015)

TALENTEN OM IN DE GATEN TE HOUDEN

De komende maanden krijgt een flink aantal thrillerdebutanten de ruimte van hun uitgever. Er zitten een bedrijfskundige, journalisten, een voormalig taxichauffeur, de winnares van een schrijfwedstrijd, maar ook een gelauwerde filmregisseur tussen. Hier een rijtje namen om naar uit te kijken.


Black Eyed Susans
Uitgeverij A.W. Bruna presenteert ons Julia Heaberlin. Zij is een Amerikaanse prijswinnende journaliste, wier artikelen verschenen in kranten als The Detroit News en The Dallas Morning News. Ze was verantwoordelijk voor een reeks reportages over de moord op een aantal willekeurig gekozen meisjes en vrouwen, van wie de lichamen werden gevonden in de woestijn van Mexico. Een andere reeks betrof verhalen over vrouwen die het slachtoffer waren van huiselijk geweld. Haar debuut Black Eyed Susans (verschijningsdatum april 2016) is vernoemd naar een in Noord-Amerika te vinden plantensoort, onder hoveniers ook wel bekend als Rudbeckia hirta. De 16-jarige Tessa wordt aangetroffen in een veld met deze gele bloemen. Ze is op sterven na dood en heeft alleen slechts een vage herinnering aan hoe zij daar terecht is gekomen. Haar getuigenis leidt er wel toe dat de dader alsnog in de dodencel zijn tijd moet uitzitten. Althans, dat denkt ze.

De monarch
Canadees Jack Soren is geboren en getogen in Toronto. Zijn loopbaan is op z'n minst opmerkelijk te noemen: Zo schreef hij handleidingen voor het gebruik van software, was een tijdlang kelner, maar ook taxichauffeur. Privédetective staat ook op zijn cv, maar hij vond zichzelf maar een bar slechte speurder. Wellicht betekent zijn eersteling De monarch (april 2016, Harper Collins Holland) de start van een veelbelovende carrière in het thrillergenre. In Sorens debuut staat Jonathan Hall op het punt zijn carrière als internationaal kunstrover aan de wilgen te hangen, totdat zijn handelsmerk, een monarchvlinder, ineens opduikt in New York. Gekerfd in het verminkte lichaam van een bekende tv-presentator. En er vallen nog meer doden. Hall vermoedt dat iemand hem wil laten opdraaien voor de reeks moorden.

In een donker donker bos
Met Jack Soren heeft de Britse Ruth Ware ervaring in de horeca gemeen. Ware groeide op in Lewes, Sussex. Na haar studie aan de universiteit van Manchester vertrok ze naar Parijs om na een tijdje weer terug te keren naar het Verenigd Koninkrijk. Ze heeft gewerkt als serveerster, boekverkoper, lerares Engels en persvoorlichter. Ze is getrouwd en woont met man en twee kleine kinderen in Noord-Londen en werkt nu voor een grote uitgeverij in de Britse hoofdstad. In haar thrillerdebuut In een donker donker bos (april, 2016, Luitingh-Sijthoff) wordt Nora ‘uit het niets’ uitgenodigd voor het vrijgezellenfeest van Clare, die ze al tien jaar niet gezien heeft. Nora besluit te gaan. Maar wat hooguit een ongemakkelijk feestje zou moeten zijn, eindigt met een moord. Nora komt bij in het ziekenhuis, maar ze weet niet meer wat er is gebeurd.

Wat de jongen zag
Ben McPherson werd geboren in Glasgow en groeide op in die andere mooie Schotse stad, Edinburgh. Toen hij achttien was, hield McPherson Schotland voor gezien. Hij studeerde talen in Cambridge en werkte daarna vele jaren in de film- en televisiebranche in Londen. In het jaar 1998 zou zijn leven op slag veranderen. Na een 'werkdag' van maar liefst 48 uur ging McPherson een glas drinken in het journalistencafé Coach and Horses in Soho en ontmoette daar de vrouw met wie hij zou gaan trouwen. McPherson woont nu met zijn vrouw en hun twee zonen in Oslo. Hij werkt als columnist voor Aftenposten, een van de grote dagbladen in Noorwegen. In Wat de jongen zag (februari, Luitingh-Sijthoff) vinden Alex Mercer en zijn zoon Max hun buurman dood in bad. Het lijkt zelfmoord, totdat de politie Alex’ echtgenoot Millicent ondervraagt over een armband die in het huis van de buurman is gevonden. De vrouw bekent een kortstondige flirt – meer was het niet. Maar Max weet dingen over zijn moeder die geen zoon zou moeten weten.

De laatste tour
Afgelopen zomer werd Inge Duine in de bloemetjes gezet in Brouwerij De Prael in Amsterdam. Daar werd bekend gemaakt dat zij de winnares was van de Schrijf- & Huiverwedstrijd, georganiseerd door uitgeverij De Fontein en de Literaire Thrillersalon. Schrijven heeft ze altijd al gedaan, zo werkte ze voor dagblad BN/De Stem, schreef voor de kranten van de Universiteit van Tilburg en Avans Hogeschool. Bij die laatste instelling is Duine nu docent communicatie. Bij De Fontein komt in mei haar debuut De laatste tour uit. De thriller speelt zich af in het Franse Rouen, dat in de ban is van de Tour de France. Rechercheur Pierre Thilliez heeft weinig met La Grande Boucle, maar als een coureur vlak voor de start van een etappe dood wordt aangetroffen op zijn hotelkamer, staat de hele tourcaravaan op zijn kop. De rechercheur moet zeer tegen zijn zin in meereizen met het tourpeloton. Dan rijdt de geletruidrager het ravijn in. Toeval of niet?

Mea Culpa
De Britse Clare Mackintosh was twaalf jaar lang werkzaam bij de politie, waarvan een aantal jaren bij de recherche. Vier jaar geleden verliet zij het korps om freelance journalist en social media adviseur te worden. Nu schrijft ze fulltime, onder andere voor bladen en kranten als Good Housekeeping en de Daily Mail en de Guardian. Haar thrillerdebuut Mea Culpa (maart 2016, De Fontein) kreeg een publicitaire boost toen het werd geselecteerd voor onder andere de Richard and Judy Book Club. In het boek laat de alleenstaande moeder Jenna Gray de hand van haar zoontje even los en dan gebeurt het ondenkbare. Hij rent de straat over en komt onder een auto terecht. Om de vreselijke waarheid te ontlopen verhuist ze naar een afgelegen plek aan de kust van Wales, maar de pijn, herinneringen en rouw blijven allesoverheersend. Haar verleden haalt Jenna in, met alle verwoestende consequenties van dien.

De hashtagmoorden
Op haar website heeft Angela Clarke een lijstje met haar capaciteiten geplaatst. Zo schreef ze memoires, romans, toneelstukken en scenario's. Een andere kwalilteit is dat ze niet goed is in 'nee' zeggen. Ze kreeg een column toebedeeld nadat ze in een dronken bui een krantenredacteur had aangesproken op het kleine aantal vrouwelijke auteurs op zijn krant. Ze is er rotsvast van overtuigd dat chocoladebiscuits een goede keus zijn om als ontbijt te nuttigen. Verder heeft ze geschreven voor The Guardian, The Independent, The Daily Mail, Cosmopolitan, Writing Magazine en You Magazine. Dit jaar won ze de Young Stationers’ Prize, een aanmoedigingsprijs voor aanstormend schrijftalent.
Haar thrillerdebuut De hashtagmoorden (maart 2016, The House of Books) heeft Freddie Venton als hoofdpersoon. Ze werkt in een koffiebar, maar droomt van een carrière als journaliste. Een toevallige ontmoeting leidt haar naar de plek waar een gruwelijke moord is gepleegd. Wanneer de moordenaar op Twitter berichten begint achter te laten, stort ze zich op de zaak.

Maestra
De thriller Maestra verschijnt in maart 2016 in het Verenigd Koninkrijk (en in april in Nederlandse vertaling bij The House of Books), maar de afgelopen maanden was er al veel te doen over het boek van L.S. Hilton, oftewel Lisa Hilton. TriStar Pictures kocht in een vroeg stadium de filmrechten, de vertaalrechten zijn inmiddels aan 26 landen verkocht. The Daily Mail bombardeerde de schrijfster - zeer tegen haar zin, trouwens - al tot de nieuwe E.L. James.
Lisa Hilton (40) is journaliste, biografe en historica, die meerdere boeken op haar naam heeft staan, waaronder een biografie van koningin Elizabeth I. Hilton is opgegroeid in Engeland en heeft in Key West, New York, Florence, Parijs en Milaan gewoond. Tegenwoordig woont ze in Londen. Ze studeerde Engels en kunstgeschiedenis.
Maestra is de eerste in een serie van drie psychologische thrillers en vertelt het verhaal van Judith Rashleigh, die overdag werkzaam is op een prestigieus veilinghuis in Londen en 's avonds nog wat bijverdient in een weinig aangename bar. Rashleigh wordt door het veilinghuis op straat gezet als ze ontdekt dat er een vervalst schilderij onder de hamer komt. Ze ontdekt dat er een complot in de maak is, vlucht naar de Franse Rivièra en raakt uiteindelijk in een strijd verwikkeld, waarin ze moet vechten voor haar leven.

De stalen Madonna
Onder de debutanten van komend voorjaar bevindt zich ook een MOMBN'er, een Min Of Meer Bekende Nederlander. Het is de in 1953 in Aardenburg geboren Ate de Jong, filmregisseur. Hij verwierf bekendheid met films als Een vlucht regenwulpen, Brandende Liefde en Het bombardement (met Jan Smit in de hoofdrol). Verder was hij als producent betrokken bij de films Left Luggage, The Discovery of Heaven en Zomerhitte.
Zijn eerste spannende roman De stalen Madonna (februari) is gebaseerd op autobiografische feiten, laat uitgeverij The House of Books weten. Het is het eerste deel in een serie jetset-crimeverhalen. Leo Berliner krijgt de kans de moord op zijn eigen vrouw te onderzoeken, wanneer een filmverzekeraar hem vraagt de moord op een Amerikaanse filmproducent op te helderen. Een routineklus volgens deze opdrachtgever: de maffia heeft het gedaan, een snoepreisje naar een Amerikaanse filmset. Leo grijpt de buitenkans met 'verscheurd enthousiasme' aan. Maar Hollywood blijkt een nog grotere slangenkuil dan Leo had verwacht.

De man met negen vingers
Thomas Rydahl werd in 1974 in het Deense Aarhus geboren. Van jongs af aan schreef hij verhalen. In zijn tienerjaren won hij een verhalenwedstrijd met een Young Adult-roman. Hij studeerde filosofie en psychologie, maar volgde ook een opleiding tot brandweerman. Hij voltooide een studie aan Forfatterskolen, de Deense Schrijfacademie in 1999. Rydahl woont ten noorden van Kopenhagen samen met zijn vrouw, hun twee kinderen, vier katten, een hond en een hamster. Hij houdt van bier uit lokale brouwerijen.
In zijn debuut De man met negen vingers (mei 2016, De Geus), dat met De Glazen Sleutel, de belangrijkste Scandinavische thrillerprijs, werd bekroond, verruilt hoofdpersoon Erhard zijn gezinsleven in Denemarken voor een eenzaam bestaan op Fuerteventura. Op dit Canarische eiland werkt hij als pianostemmer en taxichauffeur. Dan raakt hij per toeval betrokken bij het onderzoek naar de dood van een baby.

Het glazen huis
Leonora Christina Skov (1976) is een Deens schrijfster die meerdere romans op haar naam heeft staan. Ze was als literatuurcritica verbonden aan het dagblad Politiken. Sinds 2006 schrijft zij columns en bespreekt ze literatuur voor het weekblad Weekendavisen. Ook treedt ze regelmatig op als commentator op de Deense televisie.
In haar thrillerdebuut Het glazen huis (maart 2016, Cargo) komen zeven kunstenaars en wetenschappers bij elkaar op een onbewoond eiland voor de Deense kust. Ze ontvingen allemaal een anonieme uitnodiging om een maand in alle rust te komen werken. Als blijkt dat hun tijdelijke huis volledig van glas is en ze volkomen afgesneden zijn van de buitenwereld, zijn de gasten meer op elkaar aangewezen dan ze lieft is. Dan verdwijnt een van hen en komt een ander dodelijk ten val. Langzaam wordt duidelijk dat de gasten zonder het te weten een gedeeld verleden hebben., vol leugens en bedrog.

Mijn naam is vrijheid
De naam van thrillerdebutant Jax Miller viel al in het voorjaar van 2014 toen vlak voor de London Book Fair uitgeverij HarperFiction een contract sloot met haar voor het schrijven van twee thrillers. Hoe groot het voorschot voor Miller was, werd toen niet bekend gemaakt. Wel is bevestigd dat het om een bedrag ging met zes cijfers voor de komma. Volgens de uitgever heeft Miller met haar debuut Freedom's Child een adembenemende, snelle thriller afgeleverd. Miller verklaarde tegenover het magazine The Bookseller: ,,Ik voltooide mijn manuscript op dinsdag, mijn literair agent las het op woensdag, sloot op donderdag een deal met mij en stuurde het vrijdag naar HarperFiction. Het contract werd vervolgens getekend op maandag.'
Mijn naam is vrijheid (mei 2016, Cargo) gaat over een vrouw, Freedom genaamd, die de laatste achttien jaar onder een getuigenbeschermingsprogramma heeft geleefd, nadat ze was vrijgepleit voor de moord op haar man. Als haar dochter, van wie ze beviel in de gevangenis en die ze heeft moeten afstaan ter adoptie, wordt vermist, ontsnapt Freedom aan haar begeleiders, vastbesloten om haar kind te redden.
Miller is geboren en getogen in New York en woont thans in het Ierse graafschap Meath. In 2013 stond ze, onder haar echte naam Aine O'Domhnaill, op de shortlist van de Debut Dagger van de Crime Writers' Association met het verhaal The Assassin's Keeper. Freedom's Child was toen al in de maak.

Het verkeerde pad
Debutante Rebecca Griffiths groeide op in Wales en studeerde af in Engelse literatuur. Na een succesvolle zakencarrière in Londen, Dublin en Schotland keerde ze terug naar Wales, waar ze op het platteland woont met haar man, een beeldend kunstenaar, hun hond en een stel uit de kluiten gewassen schapen.
Hoofdpersoon in Het verkeerde pad (april 2016, Ambo|Anthos) is Sarah d’Villez. Jaren geleden is zij als tiener elf dagen vastgehouden door een man. Op miraculeuze wijze wist ze te ontsnappen. Ze probeerde daarna een leven op te bouwen, maar haar huwelijk valt in duigen en ze komt tijdelijk bij haar moeder te wonen. Nu haar kidnapper op het punt staat vrijgelaten te worden, zit er voor Sarah slechts één ding op: vluchten uit Londen en onderduiken op het platteland van Wales.

Maakbaar
De derde debutant van vaderlandse bodem is de bedrijfskundige Mariette Zweers (1968). Eerder publiceerde ze een kort verhaal in Linda en was ze finaliste bij een schrijfwedstrijd.
In Maakbaar (mei 2016, Ambo|Anthos) heeft Anna, begin veertig, een succesvol leven opgebouwd in het noorden van het land, ver weg van haar geboortedorp aan de kust. Ze heeft een eigen bedrijf, een liefhebbende man en twee kinderen. Niemand weet van haar betrokkenheid bij de tragische dood van haar schoolvriendin Mette. Maar dan komt Anna oog in oog te staan met Miriam, een vriendin van vroeger.

Dood van een thrillerschrijfster
Tot slot een al bekende auteursnaam: Pauline Slot. Bepaald geen debutante, deze schrijfster van een zestal romans. Ze mocht echter niet in dit overzicht ontbreken omdat ze met een opmerkelijk boek komt. Een pastiche op een zomerthriller, zegt haar uitgeverij, De Arbeiderspers. In mei verschijnt daar Dood van een thrillerschrijfster. Het boek gaat over de succesvolle thrillerschrijfster Esther Noordvlucht. Zij huurt een strandstudio op een idyllisch landgoed in Griekenland en is te gast bij Selma Hoogstins, auteur van bloedserieuze romans. Ook aanwezig zijn zes schrijfcursisten die dromen van hun eigen bestseller. De thrillerschrijfster werkt aan een moordplot, maar vindt zelf vroegtijdig de dood. Wat is er met haar gebeurd?

(Eerder verschenen op Hebban.nl)

Klein hoekje (nieuws, 2015)

AGATHE WURTH SCHRIJFT LAATSTE THRILLER

Haar vierde thriller 'De Minerva moord' is tevens haar laatste. Schrijfster Agathe Wurth wil zich vanaf nu gaan concentreren op het kleinere verhaal, zo heeft ze aangekondigd.


Met De Minerva Moord heeft Agathe Wurth volgens haar uitgever Ellessy Crime een thriller geschreven die twee kanten van een dodelijk ongeluk belicht. Wat gebeurt er als je een fataal ongeval op je geweten hebt? Kun je daar eigenlijk wel mee wegkomen? Wat betekent het voor de nabestaanden?

In de thriller vieren Robert van Hout en zijn vrouw Céleste dat het manuscript van Roberts eerste boek wordt uitgebracht. Na een gezellige avond met vrienden rijden zij op de terugweg een man dood. Céleste neemt in paniek de teckel van de man mee en de politie weet niet te achterhalen wie de man van Emma heeft doodgereden of waar de hond is gebleven. Emma's leven staat op zijn kop, terwijl het leven van Robert en Céleste langzaam maar zeker zijn normale weg vervolgt – tot de situatie op een onverwacht moment compleet escaleert.

'Met onder meer De Verschijning en Ongeluk laat Wurth zien hoe zij als vertelster diep in het hoofd van al haar karakters kruipt', aldus de uitgever. 'Ook in De Minerva Moord blijkt de auteur een meester in het observeren van mensen en van het plaatsen van karakters in alledaagse situaties.'

Wurth heeft haar uitgever laten weten dat De Minerva Moord haar laatste thriller is en dat zij zich vanaf nu stort op het korte verhaal. 'Maar wie weet', aldus de auteur, 'een misdaad zit soms ook in een klein hoekje, en dus passend in een klein verhaal...'

Wurth woonde en werkte vele jaren in het buitenland (Verenigde staten, België en Groot-Brittannië). Ze woont nu alweer jaren in Rotterdam. Ze werkte in een pathologisch-anatomisch laboratorium en daar werd volgens haar website de kiem gelegd voor haar interesse in onnatuurlijke doodsoorzaken.

Ze debuteerde met psychologische misdaadroman Ongeluk (2005). Een aan haar rolstoel gekluisterde vrouw vertelt over de verdwijning van haar buurvrouw. Het blijkt dat ze verdronken is in de gracht voor hun flat in het Rotterdamse Kralingen. Politieonderzoek wijst uit dat het een noodlottig ongeval betreft. De inspecteur die de leiding van dat onderzoek heeft, raakt bevriend met de gehandicapte vrouw. Hij komt er achter dat haar invaliditeit het gevolg is van een verkeersongeval in haar jeugd. Hij duikt in haar verleden en probeert degene die het ongeluk veroorzaakte alsnog te pakken te krijgen. Dan wordt er een dode man in de bosjes bij de flat gevonden. Is het dit keer moord of toch een ongeval?

In De Maasmoorden (2007) wordt een jonge vrouw dood gevonden in het Kralingse Bos, een meisje verdwijnt spoorloos als ze voor een sollicitatiegesprek naar Rotterdam komt. Als zij op dezelfde wijze vermoord blijkt te zijn, vreest inspecteur Leo Vermeulen met een seriemoordenaar te maken te krijgen. Hij heeft dan ook niet veel tijd voor de amoureuze escapade van de vrouw van een goede vriend. Zij is hals over kop verliefd geworden op een taxichauffeur en heeft haar man verlaten, zonder adres achter te laten. Dan blijkt dat de moordenaar in taxikringen moet worden gezocht. Als nog een derde jonge vrouw wordt gevonden, krijgt Vermeulen belangstelling voor de nieuwe vriend van de weggelopen vrouw.

Vier jaar geleden verscheen Wurths derde misdaadroman, De verschijning. Een vrouw staat in de lift van de Bijenkorf in Rotterdam plotseling oog in oog met haar dertig jaar geleden overleden echtgenoot. Niemand gelooft haar verhaal. Ze neemt contact op met een jeugdvriendin, vrouw van inspecteur Leo Vermeulen. Korte tijd later rijdt ze met haar auto de Nieuwe Maas in. Uit een getuigenverklaring blijkt dat ze met opzet door een zware auto met grote snelheid van de kade is afgeduwd. Moord dus. Door middel van dagboekfragmenten komt Vermeulen er achter wat er dertig jaar geleden gebeurd is: een vrachtwagencabine waarvan de oplegger met vracht kort daarvoor gestolen is, stort in een ravijn in Schotland, vliegt in brand en de chauffeur komt om. Wie is er begraven in het familiegraf in Gorssel? Er volgt nog een moord en een ontvoering. Inspecteur Vermeulen raakt via zijn vrouw persoonlijk betrokken bij een geraffineerd misdaadcomplot en internationale drugshandel.

Een moordenaar op het eiland (nieuws, 2015)

Tien dingen die je nog niet wist over 'En toen waren er nog maar....'  



BBC One zendt een driedelige miniserie uit gebaseerd op And then there were none, het bestverkochte boek van Agatha Christie ooit. Superfan Chris Chan verzamelde een tiental feiten over het beroemde boek die je waarschijnlijk nog niet wist.

Oorspronkelijk heette het in 1939 gepubliceerde boek Ten little niggers, afgeleid van het gelijknamige kinderversje waarin na elke strofe een negertje verdwijnt.

In 1948 bracht uitgeverij Sijthoff het boek uit onder de titel Tien kleine negertjes. De achttiende druk uit 1994, verschenen bij Luitingh-Sijthoff, droeg nog steeds die titel. Pas tien jaar later kwam de uitgever met de meer politiek correcte titel En toen waren er nog maar...

In de Verenigde Staten moest men niets van de oorspronkelijke titel hebben. Daar verscheen het boek in 1940 en werd And Then  There Were None genoemd. In het Verenigd Koninkrijk werd de detective in 1965 hernoemd tot Ten Little Indians. De Queen of Crime zelf bewerkte het verhaal in 1943 tot een toneelstuk.

Het verhaal speelt zich af aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Het is 1939. Tien mensen zijn uitgenodigd om een weekend door te brengen in een landhuis op Soldier Island, een afgelegen eilandja voor de kust van Devon. Ze hebben geen contact met het vasteland en hun gastheer en gastvrouw, Mr. en Mrs. U.N. Owen zijn geheimzinnig genoeg afwezig. Op de eerste avond krijgen de tien gasten via een grammofoonplaat te horen dat ze stuk voor stuk worden beschuldigd van een misdaad. Meteen daarna valt de eerste gast dood neer. Als een aantal uren later een tweede gast dood wordt gevonden slaat de angst toe. Er is een moordenaar en daar ze slechts met zijn tienen op het eiland zijn is de moordenaar één van hen.

De tv-film die op BBC One wordt uitgezonden, is de eerste bewerking voor televisie die zich houdt aan het einde zoals die door Agatha Christie is opgeschreven. Scenarioschrijver Sarah Phelps verklaarde tegenover de BBC dat ze gechoqueerd was door het brute verhaal. 'Maar je kunt het ook zien als een spel met een uiterst geraffineerd en ongewoon plot.'

Agatha Christie zei zelf eens over And There Were None: 'Het thema fascineerde me enorm. Het verhaal waarin tien mensen moeten sterven mocht niet belachelijk overkomen. Ook de moordenaar mocht niet aan het begin al meteen bekend zijn. Er ging een enorme hoeveelheid planning vooraf aan het schrijven. Maar ik ben tevreden met de uitkomst. Het verhaal is helder, verrassend en leunt op een perfect en rationeel plot. Het boek is goed ontvangen en gerecenseerd. Maar degene die nog het meest opgetogen is over het boek, ben ikzelf. Ik weet beter dan welke recensent dan ook hoe moeilijk het was om te schrijven.'

Superfan Chris Chan - op zijn twaalfde had hij alle Christie-boeken al gelezen - stelde een lijstje met tien wetenswaardigheden over En toen waren er nog maar... samen.

  • Agatha Christie voelde zich haast verplicht om het boek te schrijven. Het vooruitzicht dat een zo effectief mogelijke verhaallijn zo moeilijk op papier te krijgen was, fascineerde haar. De plot werd zo vaak herschreven totdat Christie het goed genoeg vond om aan het verhaal te beginnen. 
  • Christie had oorspronkelijk een verhaal met twaalf personages op het eiland in gedachten. Twee karakters meer dan waarmee ze uiteindelijk het verhaal vulde. 
  • In eerdere brainstormsessies waren de misdrijven die sommige personages pleegden anders dan die uiteindelijk in het verhaal werden verwerkt. Het personage dat uiteindelijk gouvernante Vera Claythorne werd, dreef haar minnaar tot zelfmoord. Het karakter Emily Brent, de stijve, oude vrijster, pestte haar dienstmeid dermate dat die vergif innam en de oud-generaal John Gordon Macarthur stuurde ooit dertig soldaten onnodig het slagveld op.
  • Toen Agatha Christie aan de toneelversie van And Then There Were None werkte, besloot ze er een gelukkiger eind aan te breien. In de finale van het toneelstuk overleven personages het verblijf op Soldiers Island en raken verliefd op elkaar. Omdat het stuk tijdens de Tweede Wereldoorlog zou worden opgevoerd, vond Christie het slot van het originele verhaal veel te somber. 
  • Aanvankelijk wilde niemand de toneelversie op de planken brengen. Producenten geloofden niet dat het verhaal in het theater zou aanslaan. Men was bang dat de bezoekers erom zouden gaan lachen. Na veel pogingen vond Christie een producent bereid die de gok wel wilde wagen.

  • De schouwburg waar And Then There Were None in het begin werd opgevoerd, werd tijdens de oorlog gebombardeerd. Het stuk verhuisde vervolgens naar een ander theater.
  • And Then There Were None is waarschijnlijk het meest geparodieerde werk van Christie. Zo is er een stripalbum over Superman, dat stevig leentjebuur speelt bij het originele verhaal. De tekenfilmserie Family Guy kwam met aflevering getiteld And Then There Were Fewer.
  • In de filmversies van And Then There Were None is vaak van locatie gewisseld. De versie uit 1945 hield zich nog aan het eiland voor de kust van Engeland. Maar latere verfilimingen speelden zich af in een chalet op de top van een berg, dan wel in de woestijn van Iran of tijdens een safari in Afrika. 
  • In een vroege tv-versie van het boek, realiseerde een van de slachtoffers zich niet dat hij nog steeds 'op camera' was. Nadat hij was 'doodgestoken', stond hij op en liep weg met zijn handen in zijn zakken.
  • In een wereldwijde peiling gehouden in meer dan honderd landen is And Then There Were None dit jaar uitgeroepen tot Meest Favoriete Christie-verhaal ter Wereld.

02 december 2015

Het momentum (nieuws, 2015)

MAAND VAN HET SPANNENDE BOEK KRIMPT IN

Het logo van Juni - Maand van het Spannende Boek heeft zijn langste tijd gehad. Evenals de 'maand' zelf. Die actieperiode waarin de thriller centraal staat, wordt ingekort naar zeventien dagen: De Spannende Boeken Weken.






Boekpromotor Stichting CPNB heeft haar relaties en partners meegedeeld dat Juni - Maand van het Spannende Boek als campagne 'een krachtig merk' was en 'vaste waarde' had. Maar als periode te lang was om de aandacht van het publiek vast te houden. Daarom kiest de CPNB vanaf volgend jaar voor de Spannende Boeken Weken. Onder het motto 'kortere campagneperiode, krachtiger signaal' wordt van 3 tot en met 19 juni, dus zeventien dagen lang, het spannende boek gepromoot.

Volgens de CPNB is het thrillergenre nog steeds ongekend populair. 'De omzetcijfers van boekhandels die meedoen aan de campagne zijn nog altijd aantoonbaar beter dan die van niet-deelnemende boekhandels. Maar feit is dat het momentum lastig een hele maand lang vast te houden is.' Het is dan ook 'op veler verzoek' dat de CPNB heeft gekozen voor een kortere actieperiode van ruim twee weken.

Eerder dit jaar bleek al uit een peiling onder bezoekers (lezers, schrijvers, boekverkopers) van de website Hebban.nl, dat zij een maand durende campagne te veel van het goede vinden. Zo meldde schrijver René Appel: 'Het is moeilijk om een maand lang de aandacht gevangen te houden. Lezers denken over het algemeen ook trouwens dat het De week van het spannende boek is.' Zijn collega Corine Hartman vindt een actieweek (met eventueel een tweede week in november) toereikend.

20 november 2015

Goed bezig (nieuws, 2015)

Gouden Boek voor Simone van der Vlugt




Simone van der Vlugt kreeg gisteren op de Margriet Winterfair uit handen van zangeres Edsilia Rombley een Gouden Boek uitgereikt voor de behaalde mijlpaal van 250.000 verkocht exemplaren van Blauw water. De thriller is inmiddels aan een 24e druk bezig.

De thrillerschrijfster debuteerde in 2004 met De reünie, maar schrijft tegenwoordig ook regelmatig historische romans, waarvan De lege stad het meest recente voorbeeld is. In februari 2016 verschijnt Nachtblauw, haar nieuwste titel, wederom een historische roman. De boeken van Simone van der Vlugt boeken worden over de hele wereld vertaald en leverden haar in alleen Nederland en Vlaanderen al twee miljoen verkochte exemplaren op.

Blauw water is het vijfde boek in 2015 dat de Gouden status behaalt. De andere titels die dit jaar de 250.000 verkochte exemplaren haalden, waren Kieft van Michel van Egmond, Dat heb ik weer! van Carry Slee, Het Muizenhuis – Sam & Julia van Karina Schaapman en Dat kan niet waar zijn van Joris Luyendijk. Die laatste won eerder deze week de NS Publieksprijs, een prijs die Simone van der Vlugt ook al eens in ontvangst mocht nemen. In totaal zijn er inmiddels 16 Gouden Boeken, waarvan twee kinderboeken, drie Platina Boeken en slechts één Diamanten Boek, Een vlucht regenwulpen van Maarten 't Hart.

In Blauw water krijgen twee wildvreemde vrouwen op een intense manier met elkaar te maken, als een van hen samen met haar dochtertje gegijzeld wordt en de ander probeert te helpen.

Bron: Hebban.nl

Nogal observerend ingesteld (nieuws, 2015)





RENÉ APPEL: SCHRIJVER IN HET HIER EN NU

In een kleine drie decennia heeft de 70-jarige René Appel meer dan 25 misdaadromans geschreven. Twee maal won hij de Gouden Strop en recent ontving hij De Gouden Vleermuis voor zijn oeuvre. Rinus Ferdinandusse noemt hem de maestro van de doorzonkamerthriller. Een portret in zijn eigen woorden.


Ideeën
‘Soms haal ik dingen uit kranten of ik zie iets op tv, waarbij ik denk: daar zit misschien een verhaal in . Een andere keer hoor ik iets of wordt me iets verteld. Niet dat er allerlei moorden in mijn omgeving gebeuren, maar je vangt iets op van het soort conflict dat mensen hebben. Dan denk ik er over na hoe dat conflict verder uit de hand zou kunnen lopen.’
(interview in dagblad De Limburger, 2005)

Spanning
‘Mijn boeken moeten een beetje verontrustend zijn. Ik houd van subtiel opgebouwde spanning: een persoon die door het bos loopt, achter zich wat hoort en het gevoel krijgt dat er iets of iemand dichterbij komt. Voor mij geen wilde achtervolgingen of auto’s vol cocaïne. Een kleine misdaad die heel heftig kan uitpakken, is veel interessanter.’
(interview in de Telegraaf, 2005)

Ritme
‘Gelukkig kan ik snel schrijven. Acht tot tien boekpagina’s per dag, als ik lekker in het ritme zit. Ik heb zelfs een keer honderd pagina’s per week geschreven, toen ik alleen in een vakantiehuisje zat. Ik hoef over het algemeen ook weinig te schrappen en te verbeteren. Het staat er meestal in één keer goed op, zoals dat heet.’
(interview in de Volkskrant, 1998)

Observerend
‘Ik denk dat je twee soorten schrijvers hebt. Voor de eersten is het eigen leven vooral de bron die inspiratie levert voor hun verhalen, terwijl de anderen hun verhalen buiten zichzelf plaatsen. Ik behoor tot het tweede type schrijver. Ik ben nogal observerend ingesteld. Ik kijk erg naar mensen en wat er om me heen gebeurt. Daar heeft mijn vrouw nogal eens last van. Zitten we in een restaurant en kijkt ze me een beetje dwingend aan. Dat merk ik niet omdat ik weer bezig ben met observeren. Dan zie ik mensen die een half uur tegen elkaar zitten te zwijgen. Dus interpreteer ik er lustig op los, zo van hoe zou het huwelijk van die twee zijn. Ik heb een grote mate van nieuwsgierigheid naar mensen. Wat ze doen, wat ze bezielt. Hoe ze zich gedragen.’
(interview in Twentsche Courant Tubantia, 2005)

Triviaal
“Nee, dat soort boeken lees ik niet.’ Die frase hoorde ik nogal eens wanneer mensen erachter kwamen dat ik thrillers schreef. Ik werkte tenslotte op de Faculteit der Letteren en in de jaren tachtig hield men zich daar ver van dit triviale genre. De eerste (en laatste) associatie van dergelijke boeken was immers met schrijvers als Havank of Ellery Queen, en boven dergelijke pulp voelde je je ver verheven nadat je de middelbare school had verlaten.’
(column in Vrij Nederland, 2011)

Literatuur
‘De literatuur bevat veel gebakken kunstproza. Mooie zinnetjes heten al snel een mooie stijl, maar een goede stijl is als je weet hoe je karakters moet introduceren, hoe je dialogen schrijft, enzovoorts. Bij mij creëren juist mooie woorden een afstand tot het verhaal. Wat ik ook zo vreemd vind aan literair proza is dat mensen in die boeken ook nooit tv kijken. Ze lezen ook zelden kranten. De alledaagse werkelijkheid waarin mensen leven, dringt niet in die romans door. Mensen die de hele dag thuis zitten, kijken wel eens naar belspelletjes en dat schrijf ik dan weer wel op.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Clichés
'Ik verzet me tegen de clichés in de misdaadliteratuur. Eén van mijn boeken heeft een open einde. Er zijn recensenten die hebben gezegd dat dat absoluut niet kan. Flauwekul. Waarom moet er altijd een ontknoping zijn? Zoals ik het ook onzin vind dat het traditie is dat de misdadiger altijd gepakt wordt in de misdaadliteratuur. Het kwaad wordt gestraft en het goede zegeviert, dat vind ik een cliché. Dat gebeurt in het werkelijke leven toch ook niet.’
(interview in het AD, 2001)

Realiteit
‘Misdaadliteratuur schurkt vaak wat meer tegen de realiteit aan. Zo heeft de opkomst van de LPF met Fortuyn geen enkele spoor nagelaten in de vaderlandse letteren, terwijl er maar liefst drie thrillers zijn verschenen, die wel dit onderwerp als uitgangspunt hebben gekozen, inclusief interessante speculaties over mogelijke complotten.’
(Artikel René Appel in VARA-magazine, 2005)

Herkenbaar
‘Voor mijn werk is het heel erg belangrijk dat de omgeving herkenbaar is: ik laat er nu eenmaal dingen gebeuren die heel bizar en heftig zijn. De lezer gaat daar alleen in mee als die gelooft in de situatie. Daar investeer ik veel tijd in en ik laat de eerste versie van een verhaal daarom altijd door een expert lezen. Ik streef er niet naar om tijdloos te schrijven, mijn thrillers spelen zich af in het hier en nu.’
(interview in de Telegraaf, 2005)

Baantjer
‘Mensen denken ook vaak: die Appel is misdaadschrijver, dan zal hij Morse en Frost wel mooie vinden. Ik hou niet van formuleverhalen. (…) Voor mij geen Baantjer. Het is clichématig, een voortdurende recycling. Appie Baantjer vind ik een aardige man, maar zo’n serie is opgewarmde prak.’
(VARA TV Magazine, 2005)

Wraak
‘Er zijn grote verschillen tussen René Appel als privépersoon en René Appel als schrijver. In het eerste geval sluimeren bij mij wel wraakgevoelens als ik me slecht bejegend voel, maar loop ik meestal weg van het conflict; het blijkt dan namelijk meestal vanzelf over te gaan. Als schrijver zoek ik het conflict uiteraard juist op. Als mogelijke slachtoffers geen wraak meer willen, dan heb je geen verhaal. Hoe verrassender de wraak des te mooier het verhaal. Dus misschien sublimeer ik mijn wraakgevoelens wel in mijn boeken.’
(interview in GPD-dagbladen, 2009)

Bestselleritis
'Ik ben blij dat de Nederlandse misdaadroman beter verkoopt, ik gun iedereen een forse verkoop, maar het zou aardig zijn als het spectrum van wat er over de toonbank ging, wat breder was. De bestselleritis, met als extreem voorbeeld De Da Vinci Code van Dan Brown, is niet alleen voor de misdaadromans een probleem, m aar voor de hele boekenwereld.Rinus Ferdinandusse vertelde laatst een mop: er is een vliegtuig zoek geraakt in de Bermudadriehoek, er zijn geen overlevenden gevonden, maar wel 321 exemplaren van De Da Vinci Code. Die bestselleritis benauwt auteurs enorm, want iemand die De Da Vinci Code heeft gekocht, gaat niet nog een Nederlandse thriller meenemen. (…) Die bestselleritis is echt een verarming van de cultuur.’
(interview in Boekblad Magazine, 2006)

Recensenten
‘Als het om recensenten gaat: ik zou ze – bij negatieve opmerkingen over mijn boeken – graag van repliek dienen, maar dat is iets heel anders dan het koesteren van wraakgevoelens, laat staan het daadwerkelijke overgaan tot een wraakneming. Het is wel jammer dat een debat schrijver-recensent vrijwel onmogelijk is. Het zou schrijvers eens de kans geven hun gemoed te luchten.’
(interview in GPD-dagbladen, 2009)

Van kwaad tot erger
‘De problemen komen niet altijd van buiten, die zitten ook in je. Ik schrijf over situaties waarin ik niet terecht denk te kunnen komen. Dat klinkt wellicht wat arrogant. In mijn boek Tegenliggers schrijf ik bijvoorbeeld over een rijschoolhouder die volledig ontspoort als de echtscheidingsprocedure waarin hij zit uit de hand loopt. Zo’n typisch van-kwaad-tot-erger-scenario, dat ik veel om me heen heb gezien. Mij is dat niet op die manier overkomen. Mijn scheiding, zo’n 25 jaar geleden, is zo soepel verlopen, dat mijn dochter bij mij is komen wonen. Die heb ik min of meer alleen opgevoed. Het is in redelijk goede harmonie gegaan. Zeker van de kant van mijn dochter die papa’s nieuwe vrouw volledig accepteerde.’
(interview in PZC, 2005)

Lymfeklierkanker
‘Je hebt ook mensen bij wie de knop kanker indrukt en ze lopen leeg. Toen (in 1995, red.) ik de diagnose hoorde, dacht ik: ik ga dood. Heel simpel. Ik vond het vooral voor mijn gezin heel erg, voor mezelf niet zo. Want als je dood bent, merk je het niet meer. Naarmate ik meer informatie kreeg over behandelingen, won bij mij de gedachte terrein dat ik het er levend vanaf zou brengen en weer gezond zou worden. Er is leven vóór de dood en het moment van sterven wilde ik zo lang mogelijk uitstellen.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Zijn vader
‘Later ben ik erachter gekomen dat hij een man was met heel gefrustreerde artistieke ambities. Hij las niet, maar hij schreef wel. Mijn vader (die een schildersbedrijfje had, red.) was de dorpsdichter van Hoogkarspel. Schreef de jaarlijkse revue voor de plaatselijke gymnastiekvereniging en mensen kwamen wel eens bij hem langs voor een gedicht bij een zilveren bruiloft. Hij was ook muzikant. Speelde vaak in orkestjes, die dan bij ons kwamen repeteren. Hij had dan wel een gewoon beroep, maar was ook artiest. Zo werd hij in het dorp ook bekeken. Daar geneerde ik me hevig voor. In de ogen van kinderen kunnen ouders maar beter zo gewoon mogelijk zijn.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Patricia Highsmith
‘Ik ben als schrijver erg door haar beïnvloed. Ik houd van de manier waarop ze spanning creëert. Bij haar gaat het vooral om de ontwikkeling van haar karakter. De figuren zijn bij haar echt onderdeel van het verhaal. (…) Als ik schrijf, weet ik niet wat er gaat gebeuren. Al schrijvende vormt zich het verhaal. Ik heb de indruk dat zij ook zo werkt.’
(interview in Het Parool, 1995)

Tomas Ross
‘Wat betreft productie, consequentie en niveau Nederlands beste misdaadauteur – als ik mezelf even wegcijfer. Ik vind het heel knap wat hij doet. Ik zou het niet kunnen. Ik zou het ook niet willen, hoor. Het is mijn genre niet. Bij hem draait het vooral om de plot. Daar is hij echt heel goed in. Psychologisch vind ik hem echter niet sterk. Zijn personages hebben niet veel diepgang, ontwikkelen zich nauwelijks: het zijn marionetten in het verhaal.’
(interview in Het Parool, 1995)

Damesthriller
‘Ik kan me iets voorstellen bij de kritiek op dat genre die je wel hoort: het is nogal stereotiep allemaal. Een aantal vrouwelijke auteurs schrijft steeds hetzelfde boek, lees er één en je kent het hele verzameld werk. Aan de andere kant: het geslacht van de auteur zegt helemaal niets over de kwaliteit. Kijk maar naar het fantastische werk van Ruth Rendell (…) en Patricia Highsmith. Vrouwen kunnen het dus best.’
(interview in Vrij Nederland, 2014)

Betrouwbaarheid
‘Wat ik ontzettend belangrijk vind, is betrouwbaarheid. Dat je op mensen kunt rekenen als ze wat toezeggen. Het zou best kunnen zijn dat ik dat in mijn jeugd heb meegekregen. Voor hetzelfde geld heb ik het helemaal zelf ontwikkeld. Mensen in mijn boeken zijn vaak niet betrouwbaar. Dat maakt de verhalen juist interessant.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)

Taalchauvinisme
‘Wat wel ten nadele van het Nederlands kan werken, is dat ons taalchauvinisme niet zo groot is. Het Nederlands is bezig enig terrein te verliezen. Nederlanders doen tamelijk vlug afstand van hun eigen taal. (…) Als een buitenlander ons iets in gebroken Nederlands vraagt, dan hebben wij enorm snel de neiging over te gaan in het Engels. Britten en Amerikanen die hier komen, klagen er wel eens over: zij willen zich de Nederlandse taal eigen maken, maar worden er niet tot in staat gesteld.’
(interview in BN/De Stem, 2001)

Seksscènes
‘Ik vind ze zelf behoorlijk gênant om te lezen. Bovendien heb ik moeite met het benoemen van de essentiële lichaamsdelen. Je kunt kiezen tussen kut en vagina. Dat laatste vind ik te medisch en kut weer te plat. Wat doe je dan? Dan doe je het niet, dan suggereer je het maar.’
(interview in GPD-dagbladen, 2005)


CURRICULUM VITAE

René Appel werd op 19 september 1945 geboren in Hoogkarspel. Hij studeerde Nederlands en legde zich toe op de taalkunde. Binnen die taalkunde richtte hij zich op de verwerving van het Nederlands als tweede taal, waarin hij tot 2003 bijzonder hoogleraar was aan de Universiteit van Amsterdam, de stad waar hij ook woont. Na een op eigen initiatief geschreven kritiek over De terroristen van Sjöwall en Wahlöö, werd hij in 1976 vaste recensent voor misdaadliteratuur, wat hij tien jaar bleef. In 1987 verscheen zijn eerste psychologische thriller Handicap. Daarna publiceerde hij ruim 25 thrillers en enkele verhalenbundels. Hij ontving twee keer de Gouden Strop: voor De derde persoon (1991) en Zinloos geweld (2001). Eind oktober 2015 kreeg hij op het Nederlands Thrillerfestival een prijs voor zijn gehele oeuvre: De Gouden Vleermuis.

Dit verhaal stond eerder op Hebban.nl