Verhalen uit de verhoorkamer
Binnen een jaar nadat de van Urk afkomstige Appie Baantjer ging werken vanuit het roemruchte politiebureau aan de Warmoesstraat, kende hij elk bordeel van binnen en elke hoerenmadam en pooier, als waren het goede vrienden. Elke ochtend maakte hij 'een rondje hoer'.
'Eerst dacht ik: als ik ooit een zaak krijg waar een hoer bij betrokken is, zorg ik altijd dat er een collega bij is, want je weet nooit wat zo'n wijf met je doet', zei Appie Baantjer. 'Toen kreeg ik de moord op de hoer Magere Josje toegewezen. Daarvoor heb ik meer dan 200 getuigen gehoord en toen pas leerde ik iedereen goed kennen. De hoeren vonden het prachtig om mij alles te vertellen. Na die zaak maakte ik er een gewoonte van om 's ochtends eerst 'een rondje hoer' te maken, dan ging ik ze allemaal af voor een praatje.'
Bovenstaand citaat is afkomstig uit een interview uit 1998, toen Baantjer bijna 75 jaar oud was en nog elke dag schreef alsof de duivel hem op de hielen zat. Het is niet bekend of dit relaas ook is opgenomen in het boek Uit de verhoorkamer waarin Baantjer over zijn belevenissen op het bureau Warmoesstraat vertelt. Het boek is deze week bij uitgeverij De Fontein verschenen ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van de eerste ontvanger van de Meesterprijs op 16 september.
Binnen een jaar nadat de van Urk afkomstige Appie Baantjer ging werken vanuit het roemruchte politiebureau aan de Warmoesstraat, kende hij elk bordeel van binnen en elke hoerenmadam en pooier, als waren het goede vrienden. Elke ochtend maakte hij 'een rondje hoer'.
Bovenstaand citaat is afkomstig uit een interview uit 1998, toen Baantjer bijna 75 jaar oud was en nog elke dag schreef alsof de duivel hem op de hielen zat. Het is niet bekend of dit relaas ook is opgenomen in het boek Uit de verhoorkamer waarin Baantjer over zijn belevenissen op het bureau Warmoesstraat vertelt. Het boek is deze week bij uitgeverij De Fontein verschenen ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van de eerste ontvanger van de Meesterprijs op 16 september.
Baantjer is bijna 40 jaar in dienst geweest van de Amsterdamse politie, waarvan ruim 28 jaar aan het Bureau Warmoesstraat. Geïnspireerd door de dagelijkse praktijk van het bureau begon Appie Baantjer te schrijven over de kleurrijke personen met wie hij te maken kreeg.
Waargebeurde verhalen waarin de meest uiteenlopende Amsterdammers in de verhoorkamer hun verhaal en hun misdaden, groot of klein, uit de doeken doen. Uit het omvangrijke oeuvre aan korte verhalen is voor deze bundel een selectie van bestaande én niet eerder gepubliceerde verhalen gemaakt.
A.C. (Appie) Baantjer werd geboren op 16 september 1923 op Urk. In 1945 ging hij werken voor de Amsterdamse politie, nadat zijn vader daar voor hem had gesolliciteerd. Geïnspireerd door de dagelijkse praktijk van Bureau Warmoesstraat begon hij te schrijven over ene rechercheur De Cock, over wie hij uiteindelijk maar liefst 70 delen schreef. Appie Baantjer overleed in 2010.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten