13 december 2012

Judith Visser (interview, 2012)



'Ik ben leuk op weg'



Ze is vermoedelijk de enige thrillerauteur naar wie een peeskamertje is vernoemd. Daglicht kan ze niet goed verdragen en haar concentratieboog is extreem kort. Toch schreef Judith Visser al een aardig breed oeuvre bij elkaar. En dat is pas het begín. ,,Ik ben pas op een derde van wat ik als schrijfster wil bereiken.''


(Door Monique Brandt)

Ze heeft het uiterlijk van een elfachtig mooi meisje. Helemaal als ze thuis op haar vaste schrijfplek op de bank zit, met haar hondjes elk aan een kant naast haar, terwijl Senegal-papegaai Rikkie intussen vreedzaam voor zich uit krijst. De pennenvruchten van auteur Judith Visser (1978) hebben echter niets met de elfenwereld van doen.

Haar boeken worden bevolkt door duistere types, psychopaten die niet kijken op een toegetakeld stoffelijk overschot meer of minder. Haar meest recente titel 'Zeemansbruid' is een politiethriller vol actie en daardoor enigszins afwijkend van de rest van haar boeken, die doorgaans gelaagder zijn. 'Zeemansbruid' draait om een man met een - dodelijke - hang naar zogenaamde RealDolls: levensgrote en vooral levensechte sekspoppen, gemaakt van siliconen en amper van echt te onderscheiden. De pop vindt vooral aftrek onder mannelijke klanten, die soms met ze samenleven alsof ze de liefde van hun leven hebben gevonden. Met de ideale maten, een droomuiterlijk en het feit dat ze haar man nooit tegenspreekt, is ze voor klanten van de Amerikaanse 'vrouwenfabriek' kennelijk een droom die uitkomt, getuige de soms griezelige 'dankbrieven' op de site van het bedrijf.

Aan de publicatie van het boek ging een nogal moeizaam proces vooraf. De politie Rotterdam was een geweldige vraagbaak, aldus de schrijfster, die de oude typemachine van de legendarische hoofdcommissaris Blaauw cadeau kreeg van het korps. Hij prijkt nu op haar eettafel. Visser: ,,Ik wilde dit thema graag beschrijven en het best ging dat in de vorm van een politiethriller, omdat een agent de wereld erachter makkelijker kan onderzoeken. Maar al die procedures en regeltjes bleken enorm beperkend tijdens het schrijven. Ik moest voortdurend navragen hoe dingen werken bij de politie, wat mag, wat niet. Zeg nooit nooit, maar ik geloof dat ik dit genre toch maar achter me laat.''

Het bizarre thema past overigens goed bij Visser. Met haar voorliefde voor alles wat buitenissig is en haar wat je noemt expliciete schrijfstijl, weet ze een groot publiek te bereiken. Haar huidige schrijfritme moet tegenwoordig jaarlijks één volwassen en één young adult-thriller voortbrengen. In mei komt haar nieuwe YA-thriller 'Hasta la Vista' uit.

Vissers uitgesproken stijl wekt echter niet alleen positieve reacties op. Ooit werd haar in een Zuid-Hollandse bibliotheek de toegang ontzegd tot een lezing die ze zelf - op verzoek - zou geven, omdat de plaatselijke bibliothecaresse 'misselijk' was geworden tijdens het lezen van de pikante scènes in haar debuut 'Tegengif'. En nog regelmatig krijgt ze verontwaardigde dan wel bezorgde mails betreffende haar 'zieke geest'. Ze haalt haar schouders op. ,,Die verwarring over mij en mijn personages is iets chronisch. 'Tegengif' gaat over een prostituee, en iedereen wist zeker: Judith is prostituee geweest. Als ik schrijf over anorexia heb ik opeens ook anorexia. Onzin, maar mensen zijn er toch heel stellig in. Dat zo'n schattig ogend meisje zulke lugubere boeken schrijft kunnen ze niet aan. Terwijl een mannelijke auteur overal mee wegkomt, wat hij ook schrijft.''

Acteren

Haar schrijfproces vergelijkt ze met acteren op papier: ,,En als een actrice een psychopaat speelt, ís ze dat toch ook niet? Ik verplaats me in mijn personages zoals een actrice dat doet bij het spelen van een rol. Ik schrijf in de ik-vorm, filmisch, zodat de lezer het verhaal voor zich ziet. Binnen de begrenzing van de personages ga ik dan los. Ik zou acteren denk ik ook heel leuk vinden. In het acteren heb je het 'method acting', waarbij een acteur zich geheel verplaatst in een personage. Ik doe aan 'method writing'. Heel soms kan ik zo'n rol trouwens niet goed van me afzetten. Tijdens het werken aan 'Stuk', dat gaat over een meisje dat door pesten een heel laag zelfbeeld heeft, had ik dat bijvoorbeeld. Opeens vond ik mezelf dik en lelijk. Op een gegeven moment had mijn 'babe' er echt schoon genoeg van: 'Is dat kutboek nog niet af?'''

Visser is dolblij met haar status als succesvol auteur. Aanvankelijk zag haar toekomstbeeld er heel anders uit. Na haar diploma Voedingsleer zocht ze een praktijkruimte, maar door het zien van een documentaire van de Belgische programmamaker Paul Jambers over een privéhuis, kreeg ze een idee voor een boek. Haar plannen voor een eigen praktijk zette ze op slag overboord.

Schrijven was voor haar toen al een tweede natuur, Visser schrijft al sinds haar vierde, al gooide ze meestal weg wat ze destijds op papier zette. Haar vader vond onlangs nog een horrorverhaal dat ze op haar tiende bedacht: 'Het Spokende Paard'. ,,Ik schreef altijd romans. Hoe ik thrillerauteur geworden ben is me eigenlijk een raadsel. Die thrillers komen er als vanzelf uit, het was nooit mijn bedoeling. Maar ik ben dol op 'geheime' werelden, zoals die in bordelen. Researchend voor 'Tegengif' ging ik bij een aantal langs. Onder het mom van een sollicitatie kon ik er vrijuit rondneuzen. Ha, ik denk dat ze wel vonden dat ik uitzonderlijk veel vragen stelde! Ik werd trouwens overal aangenomen. Ik heb er nooit gewerkt, hoor'', zegt ze nog eens, nadrukkelijk.

Het privéhuis op de Bergweg in Rotterdam dat in 'Tegengif' en ook weer in 'Zeemansbruid' voorkomt, vernoemde zelfs een peeskamer naar de auteur, als dank voor alle gratis pr naar aanleiding van de boeken: ,,De Judith Visser-room. Te huur per uur.''

Tijdens het gesprek loopt ze regelmatig even weg. De gordijnen moeten dicht, thee moet gezet, de papegaai terug in zijn kooi, de allerlaatste koekjes opgediept uit een keukenkastje. ,,Ik kan moeilijk stilzitten'', vertelt ze. Visser lijdt aan ADD, die gepaard gaat met een extreem korte concentratieboog, een eindeloze, alles overheersende gedachtestroom en stemmingswisselingen. ,,Ik heb geen rijbewijs. Ik lees een boek per week, maar niet meer dan een halve pagina per keer; ik ben te snel afgeleid. Er is medicatie voor, maar daarvan gaan je hersenen anders werken en dan ben ik weer bang dat het mijn schrijven beïnvloedt. Het is een absolute ramp om met mij een film te kijken, om de vijf minuten zet ik de dvd stil omdat ik dan weer allerlei dingen die ik in die film hoor, wil googelen. Stemmingswisselingen? Ik heb gemiddeld een of twee keer per week een inzinking, momenten dat ik serieus denk, ik loop de zee in en ik kom niet meer terug. Maar toch, ik voel liever heel veel, heel intens, dan dat ik superstabiel zou zijn. Dit ben ík.''

Pornografisch

Het schrijven geeft haar genoeg vrijheid om er goed mee om te gaan, niet voor niets schreef ze ondanks haar concentratiestoornis een breed oeuvre bij elkaar. ,,Ik heb een leven ontworpen dat bij me past, ik het het zó om me heen gevouwen dat het goed me me gaat.''

Om het schrijven op gang te laten komen, heeft ze zo ook haar eigen methode. Ze schrijft haar boeken met de pen. ,,Zo gauw ik mijn pen op het papier zet begint het te vloeien. De woorden komen als vanzelf, hele dialogen ontstaan als vanzelf op het papier. Dat lukt me gewoonweg niet op de computer.''

Elk boek wordt vooraf eerst geheel in cartoons uitgetekend. ,,Bijna niemand weet dat ik stripboeken maak. Van elk nieuw boek maak ik eerst een stripversie, zodat ik alle personages voor me zie. Een soort synopsis in stripvorm eigenlijk, van begin tot einde, grove lijnen. Een film of theaterstuk wordt eerst gerepeteerd. Dat tekenen van de synopsis zie ik als repetitie voor het schrijven. Als dat lukt zie ik de cast voor me, en dan ga ik schrijven.''

Tekenen doet ze ook uit frustratie, als een verhaal niet op gang wil komen. Dan zijn het vooral heftige pornografische tekeningen. Stápels heeft ze ervan liggen, thuis. ,,Als het geen goede schrijfdag is geweest heb ik hoppa, weer een stapeltje.'' Ooit, toen ze als receptioniste werkte, hield ze een collega voor de gek die haar steeds vroeg tijdens vergaderingen koffie te brengen. ,,Terwijl ik gevaarlijk onhandig ben, tegen motorisch gestoord aan. Dat vond ik altijd verschrikkelijk.'' De man gebruikte altijd een groot aantal flipover-vellen tijdens vergaderingen. ,,Op een dag heb ik voor een vergadering op het derde vel een enorme pornografische tekening gemaakt. Ik moet nog lachen als ik denk hoe hij gekeken moet hebben toen hij tijdens een meeting de bewuste pagina opsloeg.''

,,Als ik op een dag geen boeken meer verkoop kan ik die tekeningen bundelen'', zegt ze, nog lachend. Dat laatste lijkt echter niet erg waarschijnlijk. Haar publiek wordt groter en haar spannende romans, zoals ze ze zelf betitelt, steeds beter. Alhoewel ze zelf nog vérder wil. ,,Ik ben erg kritisch op mezelf, wil stilistisch op een veel hoger niveau komen. Ik zal altijd thrillers blijven schrijven, maar ergens in me schuilt ook die mooie roman. Daar wil ik op den duur naartoe. Ik ben nog niet eens op een derde van wat ik als schrijver wil bereiken. Het was eigenlijk nooit mijn droom om thrillerauteur te worden: ik wilde altijd gewoon een hele goede schrijver zijn. Wat zal ik zeggen: ik ben leuk op weg.''

(Zeemansbruid wordt uitgegeven door Xander Uitgevers)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten