FONDS VREESDE TOES' TOORN
Het Letterenfonds wilde niet aan misdaadauteur Jac. Toes openbaren wie de interne adviseur was die zich had gebogen over zijn aanvraag voor een werkbeurs uit angst dat de schrijver hem of haar wat zou aandoen. Dat schrijft Toes in zijn blog op de website Crimezone.
Toes stond dinsdag 15 juni voor de rechtbank in Arnhem om een afwijzing van zijn verzoek om subsidie bij het schrijven van zijn thriller 'Het leugenarchief' aan te vechten. Toes wil met dit proefproces de boycot doorbreken die Nederlandstalige misdaadschrijvers bij het aanvragen van financiële ondersteuning in zijn ogen stelselmatig zou treffen.
Aan de rechtszitting ging een 'lange mars door de instituties' vooraf, schrijft Toes in zijn blog. ,,Ik leverde vijf exemplaren van mijn laatst verschenen misdaadroman in plus een uitgebreid werkplan voor de roman waarvoor ik de werkbeurs aanvroeg. En ik stuurde kopieën mee van mijn belastingaangifte want je moet wel onder een bepaalde inkomensgrens zitten. De uitgever deed er een aanbevelingsbrief bij waarin hij verklaarde dat ik op dezelfde wijze word behandeld als literaire auteurs.''
Het maken van het werkplan was weggegooide tijd en energie, bleek achteraf. ,,De huisjuriste van het Fonds bekende later dat dat werkplan nooit is gelezen. Het ingezonden werk was al zo onliterair, legde ze uit, dat het geen zin had om te bestuderen wat er verder nog in de envelop zat.''
Een paar maanden later volgde de afwijzing. Wilde Toes weten waarom, dan moest hij dat schriftelijk aanvragen. ,,Daarop volgde een brief met een samenvatting van één alinea van de redenen. De originele leesadviezen bleven echter geheim.'' Van degenen die zijn werk hadden beoordeeld, kreeg Toes alleen de namen van de externe leesadviseurs, de schrijvers Jan van Aken en Marja Pruis. Toes: ,,Ik kende ze wel maar niet als experts op het gebied van de misdaadliteratuur.'' De naam van de derde beoordelaar, de adviseur van het eigen huis, werd niet bekendgemaakt. Toes: ,,Is dat erg? Ja, dat is het, want ik wil kunnen controleren of deze fondsadviseurs bijvoorbeeld vooringenomen zijn (omdat ze het genre misdaadliteratuur per definitie niks vinden) of financieel belang hebben bij een afwijzing.''
Na een schriftelijk verzoek op openbaarmaking van alle namen en stukken, kreeg Toes een telefoontje van de huisjuriste van het Fonds. ,,De reden voor de geheimhouding luidde dat de adviseurs in bescherming moeten worden genomen tegen onwelgevallige reacties van de auteurs van wie de aanvraag is afgewezen. Ten eerste is 'het wereldje maar klein' en ten tweede 'doen ze dat werk ook maar tegen een geringe vergoeding'. Zij moeten 'vrij' hun werk kunnen doen.'' Toes vroeg daarop, lichtelijk spottend: ,,Zijn jullie adviseurs soms bang dat ik ze aanvlieg als ik ze in het café tegenkom?''. Het serieuze antwoord luidde: ,,Ja.''
In de rechtszaal waren rechters overigens wel op de hoogte van de namen van de Fondsboordelaars en hun oorspronkelijke adviezen. Toes' advocaat, mr. Ruud Vos, stelde tijdens de rechtszitting dat de commissie die door het Letterenfonds is aangesteld, geen deskundigheid heeft inzake het thrillergenre. ,,Enkele leden hebben zelfs aangegeven dergelijke boeken nooit te lezen.''
Vos vond ook dat er sprake is van belangenverstrengeling: commissieleden van het Fonds genieten zelf ook werkbeurzen, vaak structureel en niet onaanzienlijk. ,,Het druist in tegen hun persoonlijk belang om veel nieuwe auteurs, zeker als het om een compleet genre gaat, uit dezelfde vijver te laten vissen.'' Het bracht Toes ertoe om te pleiten voor een commissie voor Misdaadliteratuur. ,,Juist in dit segment kun je prima onbevooroordeelde commissieleden vinden. Hier zijn immers mensen die wél van de pen kunnen leven en geen subsidie nodig hebben.''
Uitspraak over zo'n vijf weken. Zie ook eerdere berichtgeving.
(Bron: De Contrabas, Crimezone.nl)
Hmmm, ben wel benieuwd wat Marja Pruis van het werk van Jac. Toes vond.
BeantwoordenVerwijderenHaar boek Atoomgeheimen (Uitgeverij Nijgh & van Ditmar)werd namelijk ingezonden voor de Gouden Strop 2009.
;-)