07 november 2018

Puur uit balorigheid (column, 2018)



Ik ben te oud



(Door Peter de Zwaan)

Ik ben te oud. Voor wat, ik hoor het je vragen. Te oud voor de bibliotheek van Almelo.

Almelo, ja, waar ik jaren geleden een verschil van inzicht had met de baas daar. Hij vond het onzin dat hij boeken moest aanschaffen die misschien maar een paar keer zouden worden uitgeleend, hij bestelde veel liever 250 exemplaren van een paar bestsellers, want die vlogen de deur uit. Ik had toen een column in een krant en legde uit - ik ben een vriendelijk mens, ik leg graag uit - dat het misschien geen kwaad kan als mensen de kans krijgen boeken te lezen die niet ‘iedereen leest’.

Ik ben een beetje allergisch voor de woorden 'iedereen leest'. De boeken die iedereen leest, lees ik niet, puur uit balorigheid, net zo min als ik boeken lees die ik ‘moet lezen’, want ik moet niets.

De opmerking over te oud voor Almelo had te maken met een lezing. Voor scholieren, niet voor hoogbejaarden, want dat had mogelijk door de beugel gekund.

‘Hij is al 70 hoor.’ Dat ben ik helemaal niet, 70, ik ben een stuk ouder.

De organisator van de lezing hield voet bij stuk en, zowaar, ik mocht.

Ik heb jarenlang lezingen gegeven voor verenigingen, huisvrouwen, praatgroepen, leesclubs en scholen. Die op scholen waren het leukst, want kinderen zijn spontaner dan volwassenen, het kan ze geen fluit schelen of een schrijver bekend/geliefd/gehaat is, ze luisteren en stellen als ze de kans krijgen de grappigste vragen.

Na verloop van jaren kreeg ik genoeg van het gereis naar plaatsen waar ik eigenlijk net toevallig die dag liever niet wilde zijn en ik ging fors op de rem staan.

Dat zou ik voor Almelo ook hebben gedaan als ik de organisator niet had gekend, een erg aardige man die ik graag ter wille wilde zijn. Hij was blij en ik dacht: voor een keertje is het weer leuk.

Bij de bibliotheek dachten ze van niet. Daar vreesde iemand dat het een sneue dag zou gaan worden als kinderen moeten luisteren naar een kinderboekenschrijver die nog ouder is dan 70.

Het rare van het hele verhaal is dat ik tot op de dag van vandaag denk dat ik naar een school ga. Ik zou niet weten wat de bibliotheek ermee te maken heeft en ik ga het niet vragen, want zelf redenen bedenken is veel leuker.

Het leukst zou zijn dat ze bij de bibliotheek somber over me doen omdat ik een paar jaar geleden een column heb geschreven over bibliotheken die een potje maken van de afdracht voor schrijvers. Ik zei toen dat ik mijn boeken niet meer in de bibliotheken wilde hebben, wie ze wil lezen die koopt ze maar. Als ik zoiets zeg dan doe ik het ook en het leverde een reeks boze bibliotheken op.

Of Almelo er bij was, weet ik niet meer, want ik verzamel geen bozigheid. Maar het idee dat het een met het ander te maken heeft, bevalt me zeer.

‘Die De Zwaan is niet alleen stokoud, hij doet nog lullig ook.’

Het mooie van dit alles is dat ik geen idee heb van de datum van de lezing. Misschien wordt het wel volgend jaar. Dan ben ik nog ouder. Arme scholieren.

Deze column is ook te lezen op www.peterdezwaan.nl

1 opmerking:

  1. Tja, triest, grappig, jammer, vervelend. Maar ik zie een lichtpuntje onder het mom "wraak is zoet"of zo iets. Ter voorbereiding van de bijeenkomst zorgt de bieb er namelijk voor(zwart op wit), dat de school boeken van de schrijver krijgt "om je vast in te lezen". Haha, zullen ze toch nog moeten aanschaffen of ergens weg moeten halen.

    BeantwoordenVerwijderen