Details (nieuws, 2013)

RECHTER: 'SHERLOCK HOLMES IS VAN ONS ALLEMAAL'

Sir Arthur Conan Doyle

Auteurs die zich aan fictie over Sherlock Holmes willen wagen, mogen schrijven over de cocaïneverslaving van de speurder, dat hij liefhebber is van oosterse vechtkunst en dat hij samenwoont met een vriend, Dr. Watson. Maar een beschrijving van diens eigen atletische verleden, zijn tweede huwelijk of de omstandigheden rond zijn pensionering is nog steeds uit den boze. Dat heeft een rechter in de Amerikaanse staat Illinois onlangs bepaald in een zaak over de auteursrechten op de Sherlock Holmes-romans.

Leslie Klinger, redacteur van het nog te verschijnen boek 'In the Company of Sherlock Holmes', had de rechter gevraagd of meer elementen uit de Holmes-boeken rechtenvrij kon worden verklaard. De magistraat benadrukte nog eens dat grote delen van het oeuvre over de speurder 'tot het publieke domein' behoren en van ons allemaal zijn, maar dat er ook enkele restricties zijn.

Het meeste wat over de detective heeft geschreven, was al rechtenvrij. Daaronder vallen de vier romans en 46 korte verhalen die de schrijver voor 1923 publiceerde. Daaruit mogen schrijvers legaal vrijelijk putten. Maar van tien verhalen die na 1923 werden uitgegeven, dient men af te blijven. Details uit die verhalen kunnen nog steeds onder het auteursrecht vallen, dat toebehoort aan de nazaten van Conan Doyle, aldus rechter Rubén Castillo.

De bepaling geldt alleen voor de Verenigde Staten. In Groot-Brittannië is het gehele Sherlock Holmes-oeuvre al rechtenvrij sinds eind 2000. Sir Arthur Conan Doyle, die in 1930 overleed, liet zijn lezers met Holmes kennis maken in de roman A Study in Scarlet, die in Groot-Brittannië in 1887 werd gepubliceerd en drie jaar later in de Verenigde Staten.

(Bron: The Guardian)