Conan Doyle, geestelijk vader van speurder Sherlock Holmes, schreef het semiautobiografische werk tussen 1883, toen hij 23 was en probeerde zichzelf in Portsmouth te vestigen als dokter én schrijver. Het manuscript raakte onderweg naar de uitgever echter verloren in de post.
Conan Doyle herschreef het werk uit zijn hoofd, maar heeft nooit geprobeerd de nieuwe versie gepubliceerd te krijgen. Sterker nog, hij zou later zeggen dat zijn afschuw over het verlies van het manuscript alleen kon worden overtroffen door een eventuele publicatie ervan.
Zijn eerste roman bevatte al enkele elementen uit de boeken over detective Sherlock Holmes, aldus de bibliotheek. Zo zou de hospita van John Smith in de eerste roman een voorloper zijn van de huishoudster in de verhalen over de beroemde speurder. De publicatie gaat gepaard met een tentoonstelling over de in 1930 overleden schrijver en zijn werk in The British Library.
Het boek was via de website van de bibliotheek te koop, maar was vandaag al 'out of stock'. Of en wanneer het boek in het Nederlands wordt uitgegeven is niet bekend.
Het boek vertelt het verhaal van John Smith, een 50-jarige 'eigenwijs persoon', die door jicht zijn kamer niet kan verlaten. Hij zet zijn gedachten en theorieën uiteen over onderwerpen als religie en oorlog in conversaties die hij heeft met bezoekers, variërend van een gepensioneerde legerofficier tot een predikant.
(Bron: The British Library)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten