(Door Remko Meddeler)
Scandinavische thrillers doen het goed in Nederland. Omdat hun kille, ruige en weidse landschappen tot onze verbeelding spreken? Omdat we ons enigszins kunnen vinden in de introverte noorderling die (dus) soms tot extreme wandaden komt? Of gewoon omdat Scandinaviërs goede vertellers zijn? Hoe dan ook, als een Noorse nieuwkomer nadert, wordt er door de uitgever volop vergeleken. Zo is Samuel Bjørks 'Ik reis alleen' ‘voor de liefhebbers van Lars Kepler en Jussi Adler-Olsen’ en moet de prijswinnende Jo Nesbø zelfs ‘oppassen’ om niet van zijn bestsellerstroon te worden gestoten. Zo’n vaart zal het niet lopen, want hoewel Bjørk een knappe verhalenpuzzel op papier zette, keek hij net te veel naar z’n misdaadschrijvende collega’s om verrassend en origineel genoeg te zijn voor een bovengemiddelde score.
In Ik reis alleen wordt de rol van de ietwat gezette, humeurige hoofdspeurder-zonder-veel-autoriteitsgevoel dit keer gespeeld door Holger Munch. Zijn pittige partner is Mia Krüger, die kampt met zowel een flinke depressie als een duister verleden. Samen gaan ze op zoek naar een gestoorde misdadiger die het heeft voorzien op zesjarige meisjes door ze her en der in de omgeving van Oslo met poppenkleren aan in bomen op te hangen. De zaak komt benauwend dichtbij als de kleindochter van Munch verdwijnt. En natuurlijk komt ook dat duistere verleden van Krüger van pas voor een boeiende want persoonlijke draai in het verhaal.
Dingen die ‘van pas komen’, die moet je op z’n minst goed verstoppen in een thriller. Dat is Samuel Bjørk lang niet overal gelukt. Natuurlijk krijgt de agente die in het begin haar einde voelt naderen, nog een moeilijke zaak op te lossen. Uiteraard haalt de zojuist geïntroduceerde computernerd dat belangrijke, maar onfortuinlijk gewiste bestand terug. En dat zowel Munchs kleindochter als moeder in alle naargeestigheid betrokken wordt, zie je al vroeg aankomen. Het is knap van de soms wat uitleggerige Bjørk dat hij veel van de talloze verhaallijnen en -lijntjes uiteindelijk netjes aan elkaar weet te knopen, maar hier en daar had er best een kunnen sneuvelen. Dan had hij ruimte gehad voor meer van die mooie, overtuigende passages over de innerlijke strijd van Mia, de gekte in het hoofd van de moordenaar en de paniekerige verwondering van een zesjarige in een afgesloten ruimte. Nu is Ik reis alleen een boek geworden dat vermaakt, maar net te veel is zoals andere scandi-thrillers waren. Daar hoeft Nesbø dus niet bang voor te zijn.
Samuel Bjørk - Ik reis alleen. Vertaling: Renee Vink. Uitgeverij Luitingh-Sijthoff, 400 pag., € 16,99. ISBN: 978 90 2456 555 9.
Scandinavische thrillers doen het goed in Nederland. Omdat hun kille, ruige en weidse landschappen tot onze verbeelding spreken? Omdat we ons enigszins kunnen vinden in de introverte noorderling die (dus) soms tot extreme wandaden komt? Of gewoon omdat Scandinaviërs goede vertellers zijn? Hoe dan ook, als een Noorse nieuwkomer nadert, wordt er door de uitgever volop vergeleken. Zo is Samuel Bjørks 'Ik reis alleen' ‘voor de liefhebbers van Lars Kepler en Jussi Adler-Olsen’ en moet de prijswinnende Jo Nesbø zelfs ‘oppassen’ om niet van zijn bestsellerstroon te worden gestoten. Zo’n vaart zal het niet lopen, want hoewel Bjørk een knappe verhalenpuzzel op papier zette, keek hij net te veel naar z’n misdaadschrijvende collega’s om verrassend en origineel genoeg te zijn voor een bovengemiddelde score.
In Ik reis alleen wordt de rol van de ietwat gezette, humeurige hoofdspeurder-zonder-veel-autoriteitsgevoel dit keer gespeeld door Holger Munch. Zijn pittige partner is Mia Krüger, die kampt met zowel een flinke depressie als een duister verleden. Samen gaan ze op zoek naar een gestoorde misdadiger die het heeft voorzien op zesjarige meisjes door ze her en der in de omgeving van Oslo met poppenkleren aan in bomen op te hangen. De zaak komt benauwend dichtbij als de kleindochter van Munch verdwijnt. En natuurlijk komt ook dat duistere verleden van Krüger van pas voor een boeiende want persoonlijke draai in het verhaal.
Dingen die ‘van pas komen’, die moet je op z’n minst goed verstoppen in een thriller. Dat is Samuel Bjørk lang niet overal gelukt. Natuurlijk krijgt de agente die in het begin haar einde voelt naderen, nog een moeilijke zaak op te lossen. Uiteraard haalt de zojuist geïntroduceerde computernerd dat belangrijke, maar onfortuinlijk gewiste bestand terug. En dat zowel Munchs kleindochter als moeder in alle naargeestigheid betrokken wordt, zie je al vroeg aankomen. Het is knap van de soms wat uitleggerige Bjørk dat hij veel van de talloze verhaallijnen en -lijntjes uiteindelijk netjes aan elkaar weet te knopen, maar hier en daar had er best een kunnen sneuvelen. Dan had hij ruimte gehad voor meer van die mooie, overtuigende passages over de innerlijke strijd van Mia, de gekte in het hoofd van de moordenaar en de paniekerige verwondering van een zesjarige in een afgesloten ruimte. Nu is Ik reis alleen een boek geworden dat vermaakt, maar net te veel is zoals andere scandi-thrillers waren. Daar hoeft Nesbø dus niet bang voor te zijn.
Samuel Bjørk - Ik reis alleen. Vertaling: Renee Vink. Uitgeverij Luitingh-Sijthoff, 400 pag., € 16,99. ISBN: 978 90 2456 555 9.