Taaie breinbreker
(Door Peter Kuijt)
Naar het schijnt werkt Dan Brown nog steeds hard aan de opvolger van De Da Vinci Code. Elke dag even ondersteboven hangen aan het plafond om de inspiratie naar zijn hoofd te doen stromen en dan weer aan het toetsenbord. En naar het schijnt gaat die thriller The Solomon Key heten, had die al vorig jaar moeten verschijnen en keert Browns held, professor Langdon, daarin terug naar de VS. Brown heeft al aangekondigd dat zijn nieuwe roman zal focussen op de oudste broederschap in de geschiedenis, de vrijmetselarij. Maar ja, het is nog steeds afwachten geblazen.
Jurist Gé Bosschee, auteur van de financiële thrillers Bloedgeld en Schuldbrief' had kennelijk geen zin meer om te wachten en schreef zijn eigen thriller over de vrijmetselaars, De Kennedy Code. In Bosschees verbeelding heeft een elitaire splinterbeweging binnen de vrijmetselarij de moord op president John F. Kennedy op haar geweten en niet, zoals de autoriteiten willen doen geloven, de eenling Lee Harvey Oswald.
Ook Thomas Shepard, hoogleraar Politieke Geschiedenis aan de George Washington University, is al jaren de mening toegedaan dat er een complot schuilging achter de moordaanslag op die fatale 22ste november 1963. En dan krijgt hij ineens mailtjes met filmbeelden toegestuurd, die zijn vermoeden wel eens zouden kunnen bevestigen. De opnamen, gemaakt door 'Babushka Lady' (die zo werd genoemd omdat ze een hoofddoek had omgeknoopt), laten zien dat er die dag meerdere schutters actief waren op Daley Plaza in Dallas. Verder krijgt Shepard verwijzingen naar een website, http://www.JFKTruthOrDare.com, waarop steeds nieuwe gegevens verschijnen over de complotteurs.
Ook verslaggeefster Jenna Campbell krijgt de informatie toegespeeld. Samen met Shepard probeert ze het mysterie te ontrafelen. Via eeuwenoude documenten en mails van de geheime informant maakt het duo een dollemansrit door historisch Washington. En daarbij wordt tot aan de explosieve finale niet op een mensenleven meer of minder gekeken.
Bosschee verdient een groot compliment met de uitgebreide research die hij heeft gepleegd. Maar zijn naspeuringen zitten hem ook in de weg. De lezer zal het weten dat hij zich diep heeft ingegraven in het onderwerp. Niet alleen via uitgebreide appendixen, maar ook in het verhaal zelf maakt hij uit en te na kennis met kabbalistische teksten, het genootschap van de Rozenkruisers, een gedetailleerd verslag van de gebeurtenissen op en rond Kennedy's sterfdag en alle ins en outs van de vrijmetselarij, inclusief passer, winkelhaak en graden. Al gauw bekruipt hem het gevoel in een klas te zitten waarin de geschiedenisleraar er maar niet in slaagt zijn lesstof overtuigend te brengen. Degene die wel de portee van dit alles wil doorgronden, heeft aan De Kennedy Code een taaie breinbreker.
Bosschee liet onlangs in een interview weten graag zelf De Da Vinci Code te hebben geschreven. De Amerikaan verstaat immers de kunst om de lezer van cliffhanger naar cliffhanger door het boek te jagen. Als Bosschee iets meer van Brown had gehad, dan was zijn boek inderdaad beter te verteren geweest. Brown schrijft weliswaar met een hark, maar in stijl is hij nog steeds een klasse beter dan Bosschee. De clichés vliegen over en weer, de bordkartonnen personages gaan geen moment leven en verrassende wendingen blijven achterwege. En dan probeert deze lezer zich nog steeds voor te stellen hoe je je belager met braaksel kunt besproeien, terwijl je mond zit vastgeplakt met tape.
Het moge duidelijk zijn: we moeten nog even geduldig wachten op The Solomon Key.
Gé Bosschee - De Kennedy Code, uitgeverij Karakter, 400 pag., 19,95 euro