11 april 2008

Chelsea Cain (interview, 2008)


Macaber, maar reuze normaal





(Door Monique Brandt)

AMSTERDAM _ Chelsea Cain, schrijver van het boek Hartzeer, komt soms ietwat buitenissig over, maar vertellen kan ze. De goedlachse Amerikaanse blikt smakelijk terug op de tijd dat ze als tienjarige in haar woonplaats Bellingham, Washington, een kerkhof voor huisdieren had. 'Als er ergens in de buurt een goudvis of hamster stierf, wisten ze me altijd te vinden. Samen met de treurende achterblijver zorgde ik dan dat het dier ergens in de tuin passend ter aarde werd besteld.'

Na een jaar lagen de bloembedden rond huize Cain vol met stapels schoenendozen, gevuld met in tissues verpakte vogels, vijftien in getal, drie katten, eerder genoemde hamster, een konijn, een kip en twaalf goudvissen. 'Ik was altijd al gefascineerd door de dood. Zo was ik ook dól op anatomieboeken. Misschien was ik wel een beetje een macaber kind', geeft ze grijnzend toe.

Die fascinatie werd overigens gevoed door het feit dat in die tijd een monster de buurt onveilig maakte. The Green River Killer, een seriemoordenaar die vanaf 1982 tientallen vrouwen en meisjes - meestal prostituees - vermoordde, opereerde niet ver van de plek waar haar hippiefamilie huisde. 'Voor een kind met toch al een rijke fantasie, was dat natuurlijk te bizar voor woorden. Het was de eerste keer dat ik besefte dat er kwaad in de wereld is, dat op een dag iemand kan komen om je mee te nemen. Hij was mijn persoonlijke boeman, en wat voor een. Ik was tien toen ze de eerste lichamen vonden, en ze konden hem tientallen jaren niet te pakken krijgen. Hij was een onderdeel van mijn jeugd.'

Gary Ridgeway, de man die pas 25 jaar later werd gepakt en uiteindelijk werd veroordeeld voor 48 (bewezen) moorden, vormde de inspiratie voor haar eerste thriller, zij het dat Cain een moordenarés opvoert.

Het boek - haar zesde, de eerste vijf boeken zijn niet in Nederland uitgegeven - gaat over een bizarre verhouding. De levensgevaarlijke Gretchen Lowell, naast wie Hannibal Lecter uit Silence of the Lambs een miezerig misdienaartje is, koestert haar favoriete proefkonijn wat betreft pijn en verwondingen. De politieman in kwestie, Archie Sheridan, overleefde ternauwernood tien dagen in haar gevangenschap. Desondanks kan hij haar maar niet vergeten. Ook Lowell schijnt op haar beurt een bizarre voorkeur voor hem te hebben: ze martelt hem tot aan het randje van de dood, maar belt op het moment suprême toch een ambulance. Is het haat, is het liefde?

Cain giechelt weer: 'Geloof het of niet, maar hij is werkelijk gek op haar. En zij op hém. Mijn boek is een zeer verwrongen, extreme liefdesroman. De ultieme disfunctionele relatie. Het is grappig dat de meeste mannen hier niets van begrijpen terwijl vrouwelijke lezers het idee erachter wél herkennen: de aantrekkingskracht van iemand die heel erg slecht voor je is. Want liefde is óók: macht, manipulatie, intimiteit, begeerte, obsessie.'


Lijken


Het concrete plan voor het boek ontstond toen Cain, eind jaren negentig, hoogzwanger van haar dochter, naar een tv-uitzending keek over het team dat 25 jaar had gezocht naar haar jeugdnachtmerrie Gary Ridgeway.

'De Green River Killer was nog maar net opgepakt. Larry King had politiemannen Dave Reichert en Tom Jensen te gast. Reichert was erbij toen de eerste lijken werden gevonden in één van Ridgeways griezelige verzamelplekken in de Green River, verzwaard met auto-onderdelen. Dat idee, dat die mannen zo lang, obsessief, met die zaak bezig waren geweest, zorgde voor een vonkje in mijn hoofd. Er werden beelden getoond van gesprekken tussen Reichert en Ridgeway in de gevangenis. En als je niet beter wist, zou je denken dat het vrienden waren, ze maakten grapjes met elkaar! Maar het was in feite een gesprek vol manipulatie, ze zaten onderhuids zo met elkaar te fucken, fantastisch! Reichert was ook wel teleurgesteld, vermoed ik. Zijn hele loopbaan draaide om die zaak, en nu was het afgelopen. Mij viel het zelfs tegen, toen ik Ridgeway zag, was dát het monster uit mijn jeugd, dát onooglijke, miezerige blanke mannetje?'

Tijdens haar research voor het boek bedacht Cain, in het dagelijks leven columniste van het dagblad The Oregonian, dat het 'aardig' zou zijn een vrouwelijke seriemoordenaar op te voeren. 'Een seksueel tintje zou de relatie tussen Archie en zijn kwelgeest compleet maken, als een bizar huwelijk. Toegegeven, we hebben niet zoveel vrouwelijke seriemoordenaars, afgezien van Aileen Wuornos, de ex-prostituee die eind jaren tachtig zeven mannen vermoordde. Maar ik wilde niet iemand als Wuornos, ik wilde een vrouw die moordt als een man. Ik wilde geen moordenares met een geschiedenis van mishandeling en misbruik en ellende, maar een vrouw die simpelweg moordt om de kick. Dat maakt het wel zo éng', grinnikt ze.

Gretchen zou je in feite kunnen beschouwen als rasfeministe, grapt ze. 'Ze heeft de touwtjes in handen. Eerlijk gezegd kom ik nooit zoveel krachtige vrouwelijke archetypen tegen in fictie. Daarbij is ze ook nog beeldschoon. Mannen vinden hele mooie vrouwen per definitie al intimiderend. Haar morbide hobby's daarbij opgeteld, is ze werkelijk een vrouwelijk monster.'

Haar research naar de achtergronden en gedachten van moordenaars, bracht haar in een nieuwe, gruwelijke wereld. 'Kun je je voorstellen, er is zelfs een encyclopedie met seriemoordenaars! En in het echt zijn ze nog maffer dan Gretchen. Wat je ook verzint, hoe gruwelijk je vondsten ook zijn, er is altijd wel iemand die iets nog ergers heeft verzonnen. En uitvoerde. Het lijkt tegenwoordig alsof seriemoordenaars een gimmick, een extraatje nodig hebben om op te vallen, zo veel lopen er rond.'

Toch is Cain aardig geslaagd in het bedenken van nieuwe vondsten. 'Ik zat te grinniken tijdens het schrijven, erg hè? Ik bedacht dat ik vooral normale huishoudelijke artikelen wilde gebruiken in de gruwelscènes. Een hamer en spijker, ontstoppingsmiddel, dat soort dingen. We hebben veel artsen in onze kennissenkring. Dat was erg handig, omdat ik moest weten of bepaalde medische handelingen mogelijk waren. Op een ochtend reed ik naar de bank, toen ik een oude vriend van de familie, een eerstehulparts, zag lopen. Ik stop, draai mijn raampje open, en vraag hem: 'Hé Frank, ik wil je even wat vragen. Is het mogelijk om eigenhandig iemands milt te verwijderen, of lukt dat je niet zonder hulp. Hij legt het me zonder blikken of blozen uit, waarop ik hem bedank, mijn raampje weer dichtdraai en weg rij. Tot op de dag van vandaag heeft hij me nooit gevraagd waarom ik dat wilde weten. Maar zoals ik al zei, verder ben ik best heel normaal.'

Chelsea Cain - Hartzeer. Uitgeverij Luitingh, 320 pag.

Geen opmerkingen: